Kurt Vandemaele
Gelukkig dat ik niet rijk ben
Kurt keek op de Week
Onze reporter over wat hij zich zou willen herinneren van de voorbije week
Ik heb het u eerder gezegd, ik wil de mooie dingen des levens onthouden, om aan het eind van de rit te weten dat ik geleefd heb, dat het de moeite is geweest. De ellende, de miserie, die hakt er doorgaans zo hard in dat die vanzelf opslagruimte in mijn hoofd vindt. En daar niet alleen, in mijn botten, in mijn hart, in mijn hele lijf.
Al die miserie, waar een mens met zijn hoofd niet bij kan, slepen we gewoon mee. Ze vertaalt zich in allerlei ziektes waardoor we vroeg of laat ook in de statistieken terechtkomen van de vele ellende die de mensen treft. Er is zoveel waar we ziek van worden. Ik zag deze week nog een vriend over de straat manken die me vertelde dat hij Parkinson heeft. In mijn gedachten zag ik een mooie jonge god die iedere vrouw kon krijgen, maar voor mij stond een oude, gebroken man die niet meer denkt aan wie of wat hij kan krijgen, maar alleen hoopt op een medisch mirakel. “Volgens de dokter komt het door de pesticiden,” zei hij me. “Als het zo doorgaat, komt er een epidemie van Parkinson.” Waren pesticiden niet bedoeld om ongewenste organismen te bestrijden? Precies. Net zoals dokters bedoeld zijn om ongewenste fenomenen te bestrijden die onze gezondheid tenietdoen.
De dokter is niet goed voor je gezondheid
Maar net zoals er meer en meer pesticiden zijn waarvan we ziek worden, zijn er ook meer en meer dokters die niet bepaald goed zijn voor onze gezondheid. Over mijn huisdokter hoor je me niet klagen. Die man oefent nog altijd het nobele beroep uit zoals we dat van hem en zijn collega’s mogen verwachten. Hij is trouw aan de eed van Hippocrates die van artsen verlangt dat ze hun geneeskunst inzetten om de pijn van de medemens te verlichten en diens gezondheid te bevorderen. Maar er zijn veel anderen. Maandag pakte De Standaard op zijn voorpagina uit met een artikel over de geldhonger van het doktersgild. Onze artsen blijken zoveel te kosten aan de ziekteverzekering dat het hele sociale systeem onder hun hebberigheid dreigt te bezwijken.
Was ik wat minder menselijk, ik zou uit protest beslissen om niet langer naar een dokter te gaan. Maar de kwaaltjes die met de leeftijd komen, willen benoemd en behandeld worden. Niet dat de dokters daar zo goed in slagen. Hoe meer ik er zie, hoe meer ik zie dat er veel is dat ze niet weten. Vaak gokken ze maar een beetje. “Ik ga je iets voorschrijven en dan zien we wel…” Iets later wordt er weer even iets anders geprobeerd. Mochten ze de leuze hanteren “niet tevreden, geld terug”, onze sociale kas zou niets te vrezen hebben.
Maar goed, de rijken hebben het niet gemakkelijk. Ware het niet van Georges-Louis Bouchez, de meerwaarde op hun aandelen werd nu zelfs belast. In Knokke en omstreken zijn er nu vast mensen die hun ongeboren gebroed van de naam ‘Georges-Louis’ gaan voorzien. Nee, dat succesje mogen ze hebben. Maar ook niet meer dan dat. Want hun leed is ons jolijt. Het is immers moeilijk om nog mee te leven met mensen die zich niet meer menselijk kunnen voordoen. De rijken, dat zijn degenen die fortuinen uitgeven om aan historisch ramptoerisme te doen en wrakken als dat van de Titanic te gaan bezichtigen. Als ze dan niet boven water komen, is er maar weinig medeleven. Hetzelfde voor de slachtoffers van het peperdure superjacht Bayesian dat de Britse tech-ondernemer Mike Lynch had overgehouden aan de overname van zijn bedrijf dat veel minder waard bleek dan wat hij ervoor gekregen had. Enkele dagen later kwam een van zijn kompanen om het leven nadat hij in de buurt van Cambridge werd aangereden. Teveel toeval om te geloven in ongelukken. Want rijke mensen wanen zich natuurlijk onsterfelijk. En ze zijn tegelijk nergens veilig. Voer voor een spannende thriller. “Gloating” zou de Engelse titel kunnen zijn. Leedvermaak in het Nederlands. Nee, dan beter de Duitse vertaling: “Schadenfreude”.
Pavel Durov was ooit gul, niet met zijn centen, maar met zijn zaad
Met arme Marc Coucke leven we ook niet mee. Was hij enkele jaren geleden nog anderhalf miljard euro waard, tegenwoordig doet hij vergeefse pogingen om weer miljardair te worden, lezen we in kranten die met centen bezig zijn. Marc stond aan de zijde van Bouchez. Zoals een echte liberaal. Dat zijn mensen die vechten voor vrijheid. Voor hun eigen vrijheid weliswaar. Ze moeten ongemoeid hun ding kunnen doen. Hun zakken kunnen vullen en zo weinig mogelijk delen. Ik weet niet wat Marcske allemaal met zijn centen aanvangt, maar het moet ergens steken dat men nog helemaal niet aan hem denkt als men het over ‘Marcske van de Kampioenen’ heeft.
Ergens heb ik respect voor vrijgevochten figuren, die vechten tegen het systeem en voor de vrijheid opkomen. Ergens, zeg ik, maar vaak is het in mijn kleine teen. Omdat ik merk dat zij die heel luid roepen dat ze van vrijheid houden, vooral aan hun eigen vrijheid denken. Pavel Durov is nog zo’n mannetje. Ooit was hij Rus tot hij vond dat het Russische systeem de menselijke vrijheden wat te zeer aan banden legde. Tot daar kan ik hem volgen.
Pavel Durov is het mannetje achter het sociale netwerk Telegram. Hij is zo rijk als de zee diep is. En ooit was hij gul. Met zijn zaad dan. In zijn drang naar vrijheid was hij ooit zo vrij om zijn zaad in het rond te strooien bij spermabanken die zaad met een hoog IQ vlot aan de vrouw konden brengen. Pavel weet als geboren Rus wat het betekent om belemmerd te worden in je communicatie. En dus kan al wie wil communiceren bij zijn Telegram terecht. Alle berichten in de geheime chats op zijn app zijn met end-to-end versleuteling beschermd. Daardoor zijn ze alleen leesbaar door de verstuurders en de bestemmelingen. En niemand anders. Voorstanders zien Telegram dan ook als een handige app waarmee in dictatoriale regimes activisten, journalisten en dissidenten veilig kunnen communiceren. Maar elders blijkt Telegram dan weer populair bij mensen die zich liever niet aan de wet houden om geld te verdienen. Sommige Telegramgebruikers gebruiken de vrijheid van communiceren juist om te communiceren over hoe je andermans vrijheid kan beknotten of misbruiken.
Pavel Durov houdt er niet van om ter verantwoording te worden geroepen. Maar de voorbije week werd hij in Frankrijk aangehouden. Inmiddels is hij weer vrijgelaten, maar hij mag het land niet uit. De man is multimiljardair en staat net niet in het lijstje van de 100 rijkste mensen ter wereld, hij zal zich wel een advocaat of een goeie dokter kunnen veroorloven.
Mijn oudste dochter wordt volgend jaar dertig. En daar wordt ze blijkbaar nu al licht nostalgisch van
Nee, ik moet ze niet, die miljardairs. Ze moeten van hun hoogmoed af. En dat kan alleen als we ze van een deel van hun centen afhelpen. We gaan ze er een plezier mee doen. Want als je zo rijk bent, heb je nauwelijks nog vrienden. Niemand heeft immers nog geld genoeg om met jou te kunnen omgaan en wie dat wel kan, is ook een etter. Het is zoals Ingrid Robeyns, Belgische prof Ethiek aan de universiteit van Utrecht, al lang zegt: “Niemand zou meer mogen bezitten dan 10 miljoen.” Ik heb mijn Tesla naar het containerpark gebracht sinds ik erachter ben dat Elon Musk geen milieuactivist is, maar wel een machtswellusteling die zoals zoveel mensen met een teveel aan geld niet denkt aan hoe hij de wereld beter kan maken. Als ze te veel centen hebben, vinden ze dat ze meer mogen. Ze mogen ook meer, omdat ze meer kunnen betalen. Maar ze betalen met geld dat niet meer ‘verdiend’ kan zijn. Omdat niemand het verdient om miljarden te verdienen. De superrijken zorgen er zelf voor dat we ze liever zien falen. En doordat ze vaak wel beseffen hoe weinig fatsoen ze hebben, geloof ik niet dat ze zichzelf graag zien.
Tenzij ze zijn zoals in ‘Emilia Pérez’, maar dat is dan eigenlijk een sprookje. Een sprookje voor volwassenen wel, geregisseerd door de Franse filmregisseur Jacques Audiard, een man die u misschien nog kent van het inmiddels 12 jaar oude ‘De rouille et d’os’, de film die voor de internationale doorbraak van Matthias Schoenaerts zorgde. Zijn nieuwste zal vast ook wonderen doen voor de acteercarrières van Zoe Saldana, Selena Gomez en Karla Sofía Gascon. Een verhaal over een grote drugbaas die zichzelf heruitvindt en alle regels overboord gooit in een film die net hetzelfde doet. Op alle vlak gedurfd en hoopgevend. Precies wat we nodig hebben.
Nee, miljardairs hebben we niet nodig. Dan liever een tijdsmiljonair. Dat blijkt een term om een mens aan te duiden wiens weelde erin bestaat dat hij alle vrije tijd heeft om te doen wat hij wil. Ik zie de term passeren op de Instagram van mijn oudste dochter, die na het lezen van ‘Everything I know about Love’ van Dolly Alderton blijkbaar licht nostalgisch werd. Het zal haar leeftijd zijn. Volgend jaar wordt ze dertig. En dan begint het besef in te treden dat alles wat goed is eindig is. Ze haalt een citaat uit het boek aan: ‘It is the sense of being a time millionaire, having oodles and oodles of time’. Daaronder noteert ze: ik zal voor eeuwig rouwen om het verdwenen gevoel van de tiener en vroege twintiger die eigenaar was van een eindeloos aantal lege minuten. Als een vader zoiets leest, wordt hij er een beetje week van. En heeft hij weer een fragment om in zijn bovenkamer op te slaan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier