Kathleen Van Brempt: “Ik heb heimwee naar Van Rompuy”

De aanpak van sociale dumping, dát moet de prioriteit zijn van deze Europese Unie in crisis, meent Europees parlementslid Kathleen Van Brempt (sp.a). Zij wil eindelijk komaf maken met Poolse of Bulgaarse werknemers die hier onder de prijs komen werken. Desnoods moet zelfs het geld voor Oost-Europa herbekeken worden. Anders dreigt ze ermee haar steun voor de Commissie-Juncker op te zeggen.

Kathleen Van Brempt is een vaste waarde in het Europees parlement. In 2000 maakte ze er haar intrede. Van 2003 tot 2009 waagde ze de oversteek naar de Belgische politiek, eerst als federaal staatssecretaris, daarna als Vlaams minister. Vervolgens keerde ze terug naar het Europees halfrond en sinds de verkiezingen van 2014 is zij er zelfs de laatste overgebleven sp.a’er. Maar haar verantwoordelijkheid was nooit zo groot. De 46-jarige Antwerpse is niet alleen vicevoorzitter van de sociaaldemocratische fractie, de tweede grootste fractie, ze leidt ook de belangrijke onderzoekscommissie naar het Volkswagen/ Dieselgateschandaal.

Weet al u hoe de auto-industrie Europa te slim af kon zijn met haar sjoemelsoftware?
De Europese Commissie én de lidstaten zijn stekeblind geweest. Wagens die al op de weg rijden, worden niet gecontroleerd. Natuurlijk is het ook schokkend om vast te stellen dat de industrie haar middelen voor onderzoek en ontwikkeling gebruikt om consument en overheid te bedriegen en niet om duurzame wagens te ontwerpen. Ik vind dat een groot ethisch probleem.

Wat moet er veranderen?
Ik ben voorstander van het Amerikaans systeem. De uitstootnormen zijn er vergelijkbaar, alleen is er een centraal orgaan dat alles controleert. Bij ons moeten de lidstaten de Europese wetgeving toepassen én controleren. Met alle gevolgen vandien als die lidstaten de belangen van hun auto-industrie laten primeren op de volksgezondheid. Dat moet drastisch veranderen. De controle zou moeten gebeuren door de Commissie.

Hoe zwaar weegt de druk van de autolobby op uw werk?
Er is nog geen enkele lobbyist langs geweest. Ik denk dat ze niet durven. Zij weten goed welke parlementsleden beïnvloedbaar zijn en welke niet. Let op, ik wil genuanceerd zijn. Het is zelfs essentieel dat parlementsleden gesprekken kunnen voeren met alle belangengroepen. Maar je moet transparant zijn. Het parlement is dat ook: wij hebben een register met de namen van zowat tienduizend lobbyisten en mogen enkel met hen praten. Ook de Commissie moet zich aan die regels houden. Dat is voorlopig niet het geval voor de Europese Raad. Daar zit het grote probleem.

“Dat Leterme adviseur is voor Volkswagen, vind ik geen goede zaak.”

Volkswagen heeft met Yves Leterme een oude bekende aangesteld als duurzaamheidsadviseur: hij was minister-president toen u Vlaams minister was.
Dat heeft mij verrast. Het is compleet nieuw voor mij dat Yves expertise heeft in klimaat en milieu. Ik heb hem alvast nooit betrapt op een grote overtuiging daarover. Laat me duidelijk zijn: dat vind ik geen goede zaak. Ex-commissarissen en ex-premiers zouden zorgvuldiger moeten omgaan met hun betrokkenheid bij de industrie. Dat geldt ook voor voormalig Commissievoorzitter Barroso die nu doodleuk aan de slag gaat bij investeringsbank Goldman Sachs, één van de veroorzakers van de crisis.

Volkswagen heeft ook ex-eurocommissaris Connie Hedegaard aangesteld als adviseur. Dat zegt wel iets over de grote politieke macht van die industrie.
Dat ze zichzelf maar niet overschatten. Als Volkswagen die mensen inzet om sterke controle vanuit Europa onmogelijk te maken, of om wetgeving negatief te beïnvloeden, dan krijgen ze met ons te maken. Maar weet je, de consument bezit nog altijd de grootste macht. Die is niet verplicht een diesel te kopen.

Heeft Leterme u nog niet gebeld?
Neen. Ik verwacht dat ook niet. Als hij belt, zal ik uiteraard praten. En hem duidelijk maken dat hij zijn job moet aanwenden om het goede te doen.

Iets anders. Hoe is de sfeer in het Europees halfrond na het Brexit-referendum?
Nu is dat al wat beter, maar voor de zomervakantie voelde je vooral tristesse. Ik had er zelf ook last van. Ik zal de Britten, hoe ambetant ze soms ook zijn, hard missen. Maar nu moeten we vooruit. Wat je zeker niet mag doen, en waar sommige Labour-collega’s wel van dromen, is de uitslag van het referendum aan de kant schuiven. De Brexit moet er komen, ten laatste in 2019.

“Als Juncker sociale dumping niet aanpakt, heb ik niet veel zin meer om zijn Commissie te steunen.”

En dan: waar moet Europa naartoe zonder de Britten?
We mogen vooral niet beginnen aan een grote institutionele show. Een nieuw Verdrag is niet aan de orde. Je krijgt dat niet uitgelegd aan de bevolking, want dat zou weer een compromis van een compromis zijn. Europa moet nu eerst luisteren naar de mensen, en haar bevoegdheden effectief inzetten om een sociale invulling te geven aan de interne markt. Alleen dan heeft de Unie nog een toekomst. Wat was het belangrijkste debat in Groot-Brittannië? Het vrij verkeer van personen: de sociale dumping. Dat moet aangepakt worden. Je hebt daarvoor geen verdragswijziging nodig.

Mijn buurman, een truckchauffeur, is om die reden razend op Europa.
(feller) En terecht. Je kan de mensen niet meer uitleggen dat Europa geweldig is als intussen Roemenen en Hongaren hun jobs afsnoepen aan een loon dat twintig of dertig procent lager ligt.

Marianne Thyssen, eurocommissaris voor Sociale Zaken, heeft een plan neergelegd voor gelijk loon voor gelijk werk, maar zij botst op een njet in Oost-Europa.
Haar plan gaat niet eens ver genoeg, vind ik. Ook de sociale bijdragen zouden op het niveau moeten liggen van het land waar je werkt. Anders blijf je met een kloof zitten. Maar goed, Thyssen wil een stap vooruit zetten en ik zal haar steunen. Dat Oost-Europa niet mee wil, tja … (zwijgt even) We gaan hen toch eens duidelijk moeten maken dat solidariteit een wederkerig begrip is.

Is dat een dreigement?
Ik polariseer niet graag, dat is niet mijn stijl. Maar het is wel zo dat de steun van de bevolking voor het Europees project zal blijven afbrokkelen als die sociale dumping niet aangepakt wordt. Als we de volgende meerjarenbegroting onderhandelen, sluit ik niet uit dat wij ook nadenken over onze solidariteit met Oost-Europa. Gaan wij evenveel solidariteit blijven opbrengen als die wederkerigheid er niet is? We zijn verdomme onze eigen arbeiders aan het wegconcurreren. Dat kan niet.

Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker wil de harten van de mensen weer veroveren. Maar als je zijn fletse State of the Union ziet, kun je twijfelen of hij daartoe in staat is.
Hij is daar niet toe in staat. Dat weet ik ook. Hij kan de harten van de parlementsleden nog niet veroveren.

Maar u steunt wel zijn Commissie?
Omdat er duidelijke inhoudelijke afspraken gemaakt zijn. Juncker heeft beloofd om de komende maanden werk te maken van sociale dumping. Als hij dat niet doet, heb ik niet veel zin meer om deze Commissie nog te steunen. Let op: Juncker doet al goede dingen. Hij heeft keihard geprobeerd de migratiecrisis in goede banen te leiden, maar de lidstaten staken voortdurend stokken in de wielen. Hij maakt ook komaf met de obsessieve besparingsdrang van de vorige Commissie.

Heeft hij een alcoholprobleem zoals gefluisterd wordt?
Dat weet ik niet, ik heb hem nooit zat gezien. Hij is wel moe, dat zie je aan hem.

Donald Tusk, de Europese president, is dan weer vooral onzichtbaar. Hebt u nog geen heimwee naar Herman Van Rompuy?
Een beetje wel. (lacht) Klinkt raar uit mijn mond, zeker? Van Rompuy heeft dat niet zo slecht gedaan.

Vreest u nooit voor het uiteenvallen van de Unie?
Als je naar de oudere generatie kijkt, wel, ja. Maar mijn hoop is gevestigd op de jongeren. Zij zijn Europees tot diep in hun ziel.

“Turkije wordt geen EU-lid.”

De breuk tussen Oost en West was nooit zo zichtbaar in de Unie. Hoe verklaart u dat?
Ik vrees dat we te vroeg zijn uitgebreid. Oost-Europa was niet klaar om deel uit te maken van de Europese democratie.

Ook de socialisten juichten die uitbreiding toe.
Ja, maar de sfeer was anders toen. Er was geen crisis. De idee was ook juist. We omarmen landen die net uit de communistische dictatuur zijn gestapt, zodat ook zij van vrede en veiligheid kunnen genieten. Dat hebben we in de jaren tachtig ook gedaan met Spanje en Portugal. Die waren ook net van een dictatoriaal juk verlost. We dachten dat dat ook zou lukken met Oost-Europa. Maar Europa heeft nagelaten te investeren in democratievorming daar.

Durft u met die kennis stellen dat Turkije EU-lid kan worden?
Turkije wordt geen lid. Al sluit dat nauwe samenwerking niet uit. Turkije blijft een belangrijke partner. Dat geldt ook voor Oekraïne.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier