Koen Geens (CD&V) over veiligheid, foute ballonnetjes en zijn aanbod tot ontslag: “Mijn intuïtie zei: aanblijven”

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) is not amused over de communicatie van coalitiepartner N-VA en de kritiek op het gevangenisbeleid. Al wikt en weegt hij zijn woorden. In alle omstandigheden een gentleman, de 58-jarige Vlaams-Brabander. Geens praat ook over die moeilijke nacht na de aanslagen en wat te doen met nieuwe uitdagingen zoals WhatsApp.

 

Volgens verschillende gevangenisdirecteurs staat deradicalisering in de gevangenis nergens. In een interview met Deze Week gaf Koen Metsu (N-VA), voorzitter van de terreurcommissie, hen volmondig gelijk. Wat zegt u?

Ik geloof niet dat wij achterop lopen op de ons omringende landen. Wij detecteren zo goed we kunnen. We hebben twee aparte vleugels voorzien, in Ittre en Hasselt, voor besmettelijke mensen. Maar dit is geen eenvoudig probleem. In een gevangenis zitten mensen die potentieel wanhopiger zijn, op zoek naar zingeving én vaak ervaring hebben met geweld. Dat zijn drie risicofactoren. Maar dan nog: ik begrijp die fixatie op gevangenissen niet. En het rondje zwartepieten al helemaal niet. De man die in Londen op de menigte inreed, dat had niemand zien aankomen. Net zo voor Berlijn of Nice.

Volgens de Staatsveiligheid zitten er wel 450 geradicaliseerden in onze cellen.

Ik betwist dat cijfer niet. Ik plaats dit probleem alleen in het juiste perspectief. Dat de Staatsveiligheid toegang heeft tot de gevangenis, is trouwens al een stap vooruit, dankzij deze regering. Deze week verschenen persoonlijke brieven van Salah Abdeslam in de krant. Als u die leest, zal u begrijpen welke gedachten in zijn hoofd speelden. Daar bestaat geen magic key voor.

Metsu wil geradicaliseerden meteen afzonderen.

(geprikkeld) En andere mensen zeggen: dan maak je er helden van. Ik sta ervan verbaasd hoeveel mensen dé oplossing menen te kennen. Ik geloof niet in het creëren van een Guantanamo. Wie risicogedrag vertoont en onmiddellijk afgezonderd wordt, krijg je niet meer terug. Wij hanteren een tweewegenbenadering. Wie neigt naar radicalisering, spreid je en laat je deelnemen aan het ‘normale’ regime. Men volgt die personen goed op. Lukt dat niet, dat moet je die afzonderen. Dit is een genuanceerde visie die internationale goedkeuring draagt. Maar ík heb niet de pretentie te beweren dat ik de waarheid in pacht heb. Dit gaat over mensen, niet over wiskunde.

Als men raakt aan de vrijheden, dan stop ik als minister van Justitie. Dat meen ik.

Verdienen geradicaliseerden een tweede kans?

De broer van Bart De Wever (Bruno, historicus, red) maakte onlangs de vergelijking met de Oostfrontstrijders die we geëxecuteerd hebben. Wat hebben we daarmee bereikt? Niet veel, denk ik. Wanhoop, de zoektocht naar zingeving en misplaatst idealisme kunnen jongeren tot gruwelijke misdrijven leiden. Ik ben de laatste om dan te zeggen: kom, zet die tegen de muur. Ook al zijn hun daden onvergeeflijk. Ik heb veel minder begrip voor de zogenaamde intellectuelen die het voer aanleveren en schaamteloos misbruik maken van die jongeren. Dat zijn de mensen die we wél isoleren.

Kan iemand deradicaliseren?

Ik geloof dat wel. Je moet die persoon eerst ervan overtuigen geweld af te zweren. Dat kan. Iemand kan radicaal zijn zonder geweld te gebruiken. Neem mezelf: ik sta radicaal in het midden. Het moeilijkste is de tweede stap: foute denkbeelden ombuigen. Dat is een werk van lange adem.

In die visie zijn islamconsulenten cruciaal. Loopt het daar niet mank? Zij zijn met te weinig, hebben geen officieel statuut en worden onderbetaald.

Ik ben u dankbaar dat u alle gebreken opnoemt. Dat probleem geldt trouwens voor alle consulenten in onze gevangenissen. Ook priesters, rabbijnen en vrijzinnige consulenten mankeren een statuut. Ik probeer dat recht te zetten. Al is dat niet eenvoudig. Onze samenleving staat niet te springen om religieuze consulenten goed te betalen. Maar deradicalisering is niet alleen een zaak van consulenten. Ook cipiers, imams en sociale assistenten detecteren mee.

Waar zit het grootste gevaar voor radicalisering: in de moskee, in de gevangenis of achter de computer?

Achter de computer. Daar ben ik nogal zeker van. Of in de disco. Ik heb de film Black gezien van Adil El Arbi. Die toont mooi aan hoe jongeren zich in grootsteden laten meesleuren in domme avonturen om erbij te horen. Die jongeren lopen heus de moskee niet plat. Die filmpjes van IS bijvoorbeeld, die zijn op maat gemaakt van discojongeren. Je moet eens luisteren naar de beat daarin, dat ritme. Dat spreekt aan. Dit is een sociaal probleem, geen probleem van de gevangenissen op zich.

Ik begrijp die fixatie op gevangenissen niet. En het rondje zwartepieten al helemaal niet.

IS maakt ook gretig gebruik van WhatsApp. Kunnen politie en inlichtingen daarin inbreken?

Neen. WhatsApp is een Amerikaans bedrijf. Wil je toegang daartoe, dan duurt dat maanden. Dat is problematisch. Dat wordt momenteel besproken in de Europese ministerraad. We moeten een manier vinden om sneller die nieuwe communicatiemedia te kraken. Ideaal zou zijn dat landen die informatie willen, rechtstreeks toegang kunnen krijgen tot de operator. Dit is een grote uitdaging: onze wetgeving zo schrijven dat we niet telkens achterop lopen op technologische vernieuwingen.

Veiligheid is prioriteit voor deze regering. Durft u stellen dat ons land veiliger is dan twee jaar geleden?

Absoluut. Ik kan u een lange lijst maatregelen geven. Het leeuwendeel daarvan is op Justitie gemaakt. Maar uw vraag is alleen relevant als u erbij vraagt of we nog steeds even vrij zijn. Ook daarop is het antwoord ja.

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V): “Ik communiceer doorgaans milder buiten dan binnenskamers. Helaas doet niet iedereen dat.” (foto belga)
Minister van Justitie Koen Geens (CD&V): “Ik communiceer doorgaans milder buiten dan binnenskamers. Helaas doet niet iedereen dat.” (foto belga)

Vanuit de meerderheid wordt wel de indruk gewekt dat vrijheden op de schop zitten: het boerkiniverbod, de vrijheid van meningsuiting, de noodtoestand.

Ik wek alvast die indruk niet. Laat me heel duidelijk zijn: als men raakt aan de vrijheden, dan stop ik als minister van Justitie. Dat meen ik. Maar ik kan niet instaan voor wat anderen zeggen. Men communiceert soms te veel. Neem Twitter. Als je dat polariserend gebruikt, dan stort je een hele natie in absolute verwarring.

U doelt op N-VA?

Dat zegt u. Ik meen wel dat enkele van hun communicaties niet oordeelkundig zijn.

Weegt dat op een regering?

Als je telkens opnieuw non-issues oprakelt, zoals de noodtoestand of de dubbele nationaliteit, dan maak je een helder beleid niet eenvoudig. Dan maak je het verwarrend voor de mensen. Ik werk mij uit de naad om zo correct mogelijk het regeringsbeleid uit te voeren. Ik zou het leuker vinden mocht dat op prijs gesteld worden in plaats van telkens nieuwe ballonnen op te laten. Weet u: ik communiceer doorgaans milder buiten dan binnenskamers. Dat merkt u waarschijnlijk wel. (glimlacht) Helaas doet niet iedereen dat.

Wat hebt u nog niet kunnen realiseren op vlak van veiligheid?

Op wettelijk vlak staan we waar we moeten staan. Mijn prioriteit zit nu in het operationele: betere doorstroming van informatie in de fase van het onderzoek en de strafuitvoering en betere samenwerking tussen de diensten op het terrein.

Waarom wou u na de aanslagen vorig jaar uw ontslag indienen?

De premier vroeg me die avond laat om langs te komen. Waarom wist ik niet, maar ik voelde grote nervositeit. Ik heb hem gezegd: als dat de werking van de regering makkelijker maakt, dan wil ik ontslag nemen. De premier zei dat hij dat niet wenste, maar dat Jan Jambon ontslag wou nemen. En ik ken de Belgische geschiedenis. Als de minister van Binnenlandse Zaken gaat, moet die van Justitie ook gaan.

Wat zou een ontslag geholpen hebben?

Laat me duidelijk zijn: mijn intuïtie zei: aanblijven. Ik ben een vechter. Maar het was een moeilijke situatie. Ik wou niet dat de discussie over mij zou gaan. Het gaat op zo’n moment over het belang van het land. Maar ik ben blij dat ik hier nog zit.

“Van Avermaet is een crème van een man”

Vandaag start de Paasvakantie. Wordt dat even uitblazen?

Ik ga proberen ’s avonds wat minder te vergaderen. De tweede week gaan mijn vrouw en ik vier dagen naar Marseille, een citytrip.

Waarom Frankrijk? Omdat er verkiezingen voor de deur staan?

O neen. Omdat Marseille een aangename stad is. Vol vuur. Mooie architectuur ook. En niet te ver van huis. Ik volg de verkiezingen wel. En ik ben ongerust voor wat komt. Dat zeg ik eerlijk. Verkiezingsuitslagen zijn heel onvoorspelbaar de laatste tijd.

Volgt u de Ronde van Vlaanderen vandaag?

Natuurlijk. Waarschijnlijk vanuit mijn zetel. Dat doe ik het liefst. Al ga ik misschien wel even naar Oudenaarde. Ik gun Greg Van Avermaet heel hard de overwinning. Een crème van een man. Ik heb al jaren grote sympathie voor hem.

Minister Geens stuurt morgen zijn 150e nieuwsbrief uit. Voor deze speciale gelegenheid wou hij het anders aanpakken. Zie filmpje hieronder en lees meer op www.koengeens.be/newsletters

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier