Een kennismaking met Sammy Mahdi, de kersverse voorzitter van CD&V: “We moeten soms durven schofferen”

Sammy Mahdi is nu ook officieel de nieuwe voorzitter van CD&V. Hij zal de koning morgen zijn ontslag aanbieden als staatssecretaris. In zijn eerste interview schuwt de amper 33-jarige Brusselaar de zware woorden niet. “We zullen méér onze voet zetten zonder daarom kamikazepiloten te zijn.” U weze gewaarschuwd, Ben Weyts en Zuhal Demir. Mahdi lanceert ook een opvallend voorstel om gemeenschapsdienst in te voeren voor asielzoekers.

“Christendemocraten zijn de bouwmeesters van de toekomst: het zijn de woorden van wijlen Leo Tindemans en het is ook mijn overtuiging. Wij moeten meer doen dan surfen op de waan van de dag. Dat is mijn erfenis op Asiel en Migratie. Ik heb geen tamtam gemaakt over concrete casussen om mezelf populair te maken, ik heb beleid gevoerd om de wereld beter te maken. Dit is het mooiste departement van allemaal, want het raakt de kern van onze samenleving.” Aan het woord is een vastberaden Sammy Mahdi die met spijt in het hart afscheid neemt van de regering. De lokroep van zijn belaagde partij, na het vroegtijdig vertrek van Joachim Coens, was te groot.

Hebt u een steen in de rivier kunnen verleggen?
“Já. ( op dreef ) Al mijn voorgangers spraken over een nieuw migratiewetboek, ik heb het in gang gezet. Dat zal alle wetgeving verenigen en zorgen voor duidelijkheid. Het zal gedaan zijn met vijftien keer in beroep gaan tegen een uitspraak. Dat is één steen. Er komen vier nieuwe gesloten centra voor gedwongen terugkeer. Er is historisch veel geïnvesteerd in extra personeel zodat de procedures sneller kunnen. En ten slotte, iets waar ik heel fier op ben: eindelijk activeren we asielzoekers op grote schaal op de arbeidsmarkt. Vroeger werd hen gevraagd om vooral stil te zitten in het asielcentrum.”

U kan niet vermijden dat er asielzoekers op straat slapen. Is dat een smet op uw palmares?
“Dat is frustrerend, absoluut. En weet u waarom ook? Omdat asielcrisissen dikwijls een gevolg zijn van de Europese regelgeving. We maken het onszelf moeilijk. Bijna de helft van onze asielzoekers zijn al geregistreerd in een ander land. Toch zijn wij verplicht om hen op te vangen als ze naar hier komen. Dat is niet houdbaar.”

Kwatongen zeggen dat u deze crisis gebruikt om uzelf populair te maken.
“( fel ) Denkt iemand dat ik het plezierig vind dat mensen op straat slapen? Dat maakt me kwaad. Ik heb elke dag aan oplossingen gewerkt. Maar ik zal ook blijven pleiten voor een eerlijker systeem. Wij kunnen geen voorrang geven aan mensen die al recht hebben op bed, bad en brood in een ander Europees land. Dat is niet rechtvaardig. Ik heb daar ook op mijn laatste Europese ministerraad op gehamerd. Je voelt wel dat de neuzen stilaan in dezelfde richting komen te staan. Dat is het goede nieuws.”

(foto Christophe De Muynck

 

Ik vind dat er meer verwacht mag worden van nieuwkomers. Laat hen gemeenschapsdienst doen, zoals we ook vragen aan werklozen

Intussen slapen die mensen wel buiten. Uw coalitiepartner Groen vindt dat u niet genoeg doet.
“En wat willen zij dan? Hotelopvang zal het probleem niet oplossen, hoor. Het zou ook geen goed signaal zijn. Ik heb de regering voorgesteld om een tentenkamp in te richten zoals Nederland doet. Dat zou een betere oplossing zijn.”

Wie zal u opvolgen op dit departement?
“Die primeur is voor de partijraad van maandagavond. Uiteraard heb ik een idee in mijn hoofd. Maar voorlopig zit het alleen daar, dus ik heb er vertrouwen in dat het niet zal uitlekken. ( lacht )”

Waarom verkiest u de partij boven de regering?
“Omdat ik geloof dat ik, samen met een hele ploeg, de partij weer vooruit kan stuwen. Ik heb niet de makkelijkste weg gekozen, dat besef ik. Maar ik kon niet anders. Ik móest dit doen. Te veel mensen trokken aan mijn mouw. Ik mag niet alleen aan mezelf denken. Jean-Luc Dehaene is mijn grote voorbeeld: een volkse politicus die niet rond de pot draaide en verstand combineerde met leiderschap.”

Welaan dan: waarom zou iemand nog voor CD&V moeten stemmen?
“Wij zijn dé gemeenschapspartij. Wij geloven niet in de betutteling van links. Een pint verbieden op Chirokampen, kinderen verplicht naar de opvang sturen: dat is niet mijn samenleving. We verbieden en betuttelen onze samenleving kapot. Aan de rechtse kant zie ik veel individualisme en egoïsme. De N-VA bijvoorbeeld vaart een harde economische koers. Wij willen dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen, zij niet. Deze positie tussen links en rechts maakt onze partij uniek.”

Is het personalisme uw ideologische leidraad?
“Ja. Maar ik wil dat moeilijke woord op een volkse manier brengen. Wij geloven dat mensen een verantwoordelijkheid hebben tegenover zichzelf én tegenover de ander. Wij zijn eigenlijk Daensisten: wij hebben de morele plicht om niemand achter te laten.”

(foto Christophe De Muynck)

 

Een pint verbieden op Chirokampen, kinderen verplicht naar de opvang sturen: dat is niet mijn samenleving

U verweet ook Vlaams Onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) betutteling, toen het ging over de nieuwe eindtermen.
“( knikt ) Wij hebben een totaal andere visie op onderwijs. Hij noemt het debat over de eindtermen een keuze tussen vrijheid en kwaliteit. Dat is onzin. ( op dreef ) Waarom wil hij de leerkrachten duizenden eindtermen opleggen? Geef toch vertrouwen aan die mensen. Ik zal het scherper stellen: hoe meer vrijheid, hoe meer kwaliteit. De focus van het onderwijs moet liggen op kennisoverdracht. Dat kan gerealiseerd worden met enkele minimale eindtermen. Vandaag worden leerkrachten overbelast. Mijn zus is leerkracht. Ik stel vast dat zij over elk punt van elk kind een heel rapport moet schrijven. Ik zou Weyts aanraden zijn oefening opnieuw te maken.”

Voelt u zich nog goed in de Vlaamse regering?
“Jawel, maar we zullen meer dan vroeger onze voet zetten, zeker op onze thema’s zoals koopkracht. Ik vind dat maar logisch. We zullen bijvoorbeeld niet aanvaarden dat er opnieuw bespaard wordt op de kinderbijslag. De index moet opnieuw met twee procent stijgen. ( benadrukt ) We zullen méér onze voet zetten zonder daarom kamikazepiloten te zijn.”

Steunt u het stikstofplan van Zuhal Demir (N-VA)?
“Wij steunen het plan om het stikstofprobleem aan te pakken, maar het moet correct uitgevoerd worden. Dat is een bezorgdheid die ik deel met de boeren. Ik heb het gevoel dat we onze boeren aan het wegpesten zijn. Weet u nog dat we de Chinezen hebben moeten smeken om mondmaskers? Ik hoop dat we hen nooit moeten smeken om voedsel. Veel boeren voelen zich onrechtvaardig behandeld. Het is ook ongeloofwaardig dat een chemiebedrijf zoals Ineos, dat meer stikstof uitstoot, wél een vergunning krijgt. Als er terechte bezwaren uit het openbaar onderzoek komen, dan moeten er aanpassingen komen.”

Heeft uw partij niet te lang weggekeken van het stikstofprobleem?
“Mijn partij? We hebben in Vlaanderen de meest innovatieve landbouw ter wereld. Al vijftien jaar zijn onze boeren aan het innoveren. Hen wegpesten, is geen oplossing.”

Dat is geen antwoord op mijn vraag.
“( onverstoord ) Alle landen in Europa worstelen met de stikstofuitstoot. De vraag is hoe we dat aanpakken: investeren we in innovatie of pesten we onze boeren weg?”

(foto Christophe De Muynck)

U blijft de vraag ontwijken. Zou het niet kunnen dat de kiezer uw partij afstraft voor slecht bestuur?
“( afgemeten ) Hebben wij fouten gemaakt? Ongetwijfeld wel. Maar wat willen de kiezers weten? Wat we te bieden hebben voor de problemen van vandaag. Vraag eens op straat aan de gemiddelde mens waar CD&V voor staat. Het antwoord zal zijn: ‘Ik weet het niet’.”

Hoe verklaart u de teloorgang van uw partij?
“( denkt na ) Ooit waren wij de grootste partij. Toen hadden we de coalitiepartners voor het kiezen. Zij brachten de wijn mee, wij deden het water in de glazen. Dat was toen geen probleem, want door de verzuiling waren we zeker van onze stemmen. Die tijd is voorbij. We moeten niet langer álle kiezers willen overtuigen. We moeten soms zelfs durven schofferen. Anders bestaat het gevaar dat we de mensen onverschillig laten. ( benadrukt ) Dat moeten we voorkomen. Meer zelfs: dat is mijn eerste ambitie. We mogen geen grijze partij zijn. We moeten de mensen raken.”

Blijft uw partij in de federale regering zitten?
“Ja. Het is niet mijn bedoeling politieke spelletjes te spelen, hè. Maar we zullen ook daar hard duwen voor onze voorstellen.”

Hoe ziet u de relatie van uw partij met de kerk?
“( geprikkeld ) Wat een vreemde vraag. Zou u die ook stellen aan mijn voorgangers Wouter Beke en Joachim Coens?”

Ja natuurlijk, waarom niet?
“Wij zijn niet meer de Katholieke Partij van honderdvijftig jaar geleden. We zitten al vele jaren niet meer op structurele basis met de kerk aan tafel en dat zal niet veranderen. Er is een scheiding tussen kerk en staat. Maar net zoals de Chiro een mening mag hebben in het debat, mag ook de kerk een mening hebben.”

Wat vindt u dan van de naam CD&V? Is die achterhaald?
“Neen. Een nieuwe naam is geen item op dit moment. De christendemocratie is een sterke politieke ideologie. We moeten het verhaal wel scherper brengen. Dat is de prioriteit voor mij.”

Dat het vreemd is dat een moslim aan het hoofd komt van een christelijke partij, zei bisschop Luc Van Looy in ‘Dag Allemaal’. Wat doet dat met u?
“Ik was verrast, teleurgesteld en zelfs gekwetst. Het is misschien daarom dat ik wat geprikkeld reageer op uw vragen over de kerk. Ik ken hem niet en hij mij duidelijk ook niet. Mijn moeder is katholiek en mijn vader is moslim. Dat klikt zeer goed. Zij delen dezelfde waarden. Ikzelf ben agnost. Ik ben niet zo religieus.”

(foto Christophe De Muynck)

U was in uw leven al dikwijls slachtoffer van vooroordelen, ook als kind. Zou dat u gevormd hebben?
“( knikt ) Dat heeft me dikwijls gekwetst, maar tegelijk ook sterker gemaakt. ‘Je moet dat als een uitdaging zien’, zei mijn vader. Toon die mensen dat hun vooroordelen fout zijn. Toon hen dat de wereld niet eenvoudig in elkaar zit. Soms is het zelfs plezant om daartegen in te gaan. Ik heb de bisschop gevraagd om samen een pint te drinken. Ik denk dat hij gechoqueerd zal zijn om mij te zien met een Jupiler in mijn handen. ( lacht ) De afspraak ligt intussen vast. Ik kijk er alleszins naar uit.”

Over vooroordelen gesproken. U hebt in Molenbeek gewoond. Is deze gemeente symbool voor al wat fout loopt op vlak van integratie?
“Niet meer en niet minder dan andere steden. Er zijn mensen die al dertig jaar in Molenbeek wonen en geen woord Frans of Nederlands spreken. Dat kan niet. Je mag fier zijn op je wortels en je cultuur, maar je moet toch een minimale vorm van integratie tonen. Dat betekent taal, maar ook enige culturele affiniteit. Al vind ik het ook fout wat Conner Rousseau (Vooruit) zei. Als hij door Molenbeek rijdt, voelt hij zich niet in België, zegt hij. Dat wekt minstens de indruk dat hij naar de huidskleur kijkt, want wat kan hij anders zien als hij in zijn wagen zit?”

Hebt u daar graag gewoond?
“Jawel, maar ik heb ook dikwijls frustraties gevoeld. Vriendinnen van mij werden elke dag nagefloten, soms zelfs achtervolgd. We mogen niet zwijgen daarover.”

Welk verhaal wil u als voorzitter vertellen over integratie?
“We zijn een inclusieve partij. Niet uw afkomst telt, maar uw toekomst: dat is het basisprincipe. Ik vind wel dat er meer verwacht mag worden van nieuwkomers. Het is goed dat asielzoekers eindelijk aan de slag mogen, maar ik zou nog een stap verder willen gaan. Laat hen ook gemeenschapsdienst doen, zoals we ook vragen aan werklozen. Zo betrek je die mensen veel sneller bij onze samenleving. Dat is geen pestmaatregel, hè. Ik krijg dikwijls van asielzoekers zelf te horen dat de lat gerust wat hoger mag. Het zal hun integratie alleen maar bespoedigen.”

Laatste vraag: wat vindt u van het cordon sanitaire tegenover Vlaams Belang? Houdt u de deur gesloten?
“Ja, maar ik heb daarvoor geen cordon nodig. Ik hoor Tom Van Grieken zeggen dat Vlaanderen dominant blank moet blijven. Daarmee weet ik genoeg. Wat wil hij daarmee zeggen? Ik ben niet blank. Ben ik dan geen Vlaming? Het mensbeeld van zijn partij staat diametraal tegenover mijn mensbeeld. Het zou dus onmogelijk zijn om met hen te besturen. Dat geldt trouwens ook voor PVDA.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier