Julie Vranckx brengt een boek uit over een thema waar veel vrouwen mee worstelen: “Praten over onze vagina is een taboe, zeker als er iets mis is”

Heel wat vrouwen belanden met milde tot ernstige klachten of aandoeningen aan hun vagina op de dokterstafel. Gek dat je in romantische films nooit iets ziet over pijn bij het vrijen of dat er in onze maatschappij bijna nooit wordt gepraat over de mentale impact. Met haar boek ‘Niet voor pussies’ maakt Julie Vranckx alles waar vrouwen ‘down there’ op botsen bespreekbaar.

“Het idee voor dit boek is drie jaar geleden gestart, nadat ik zelf werd geopereerd aan een kleine aandoening, hymen imperforatus (een maagdenvlies dat de vagina volledig afsluit, red.). Ik was verbaasd dat ik er online bijna niets over terug kon vinden”, begint Julie haar verhaal. “Ik hoorde ook niet over andere lotgenoten. Even voelde ik me heel alleen, als de uitzondering op de regel. De gynaecoloog vertelde me echter dat het een standaardoperatie is die heel vaak wordt gedaan. En door er toch over te praten, begon ik ook andere verhalen te horen. Over dezelfde aandoening, maar ook over andere problemen. Het idee heeft even moeten rijpen, maar ik begon echt zin te krijgen om rond dit thema een boek te maken. Om het taboe te doorbreken en vrouwen het gevoel te geven dat ze er helemaal niet alleen voorstaan. In Niet voor pussies bespreek ik een hele reeks van aandoeningen of ziektes én getuigen ook heel wat vrouwen over hun ervaringen.”

Waarom is het zo’n taboe?

“Ik merkte zelf dat het een onderwerp was waar minder vlot over gepraat wordt. Ik heb het bijvoorbeeld tegen mijn ouders verteld en voelde dat het toch minder evident was om een conversatie rond te voeren. Met vrouwelijke collega’s lukt dat nog, maar bij mannelijke collega’s lag het al meteen wat lastiger. De vagina is iets heel intiem waar sowieso al wat minder vaak over wordt gepraat, laat staan als er iets mis is of iets niet volledig gaat zoals het hoort. De vagina wordt gelinkt aan seks, dus indirect denken mensen dan meteen ook dat je geen of moeilijker seks kan hebben. Het gaat opeens niet meer over het lichaamsdeel, maar over de werking ervan en alles wat er mogelijk bij kan komen kijken.”

De vagina is iets heel intiem waar sowieso al watminder vaak over wordt gepraat”

Was het evident om getuigenissen te vinden?

“Dat was niet moeilijk. Ik heb via mijn eigen social media een oproep gedaan en soms werd ik geholpen door specifieke organisaties, bijvoorbeeld rond vulvodynie. Al bij al vond ik snel voldoende getuigenissen. Soms ook mensen die ik kende, waarvan ik helemaal niet wist dat ze er mee gestruggeld hadden. Het mooie is dat het bewijst dat er meerdere vrouwen zijn die issues hebben of hadden met hun vagina.”

Wat is de belangrijkste boodschap die je met je boek wil geven?

“Ik hoop mijn steentje bij te dragen om het taboe te verkleinen, vrouwen te verbinden en de gesprekken rond de vagina te normaliseren. Als ik één advies mag geven, is het om vooral je gevoel te volgen. Vanaf dat je voelt dat er iets niet klopt, zoek het uit. Ik hoor dat heel wat mensen eerst van het kastje naar de muur worden gestuurd voor ze een goede diagnose krijgen. Het is jouw lichaam, jij voelt of er iets scheelt of niet. Laat je dus niet te snel wegsturen bij een arts. Voor veel problemen is er een oplossing. Praten helpt bovendien, in tegenstelling tot het opkroppen. En vooral: besef dat je niet alleen bent.”

‘Niet voor pussies’ verschijnt op 11 mei bij Uitgeverij Horizon, 19,99 euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier