Wout van Aert zet meteen Omloop Het Nieuwsblad naar zijn hand met straffe solo

Anticiperen. Dat wilde Wout van Aert (27) net voor de Bosberg doen om met enkele seconden voorsprong aan de laatste beklimming van de 77ste Omloop Het Nieuwsblad te beginnen. Het resultaat: een solo van ruim dertien kilometer en zijn eerste klassieke zege van het jaar. Is er iemand onder jullie die durft te zeggen dat het daarbij zal blijven?

“Koersen in Vlaanderen, dat is oorlog.” Dirk Demol, ploegleider bij Israel Start-Up Nation, 62 intussen en een veteraan van vele oorlogen, had het ongetwijfeld niet slecht bedoeld toen we hem begin deze week aan de lijn hadden. Maar terwijl het in Oekraïne effectief oorlog is, leek de Omloop gisteren, dermate gestimuleerd door het eerste lentezonnetje, heel lang op een wapenstilstand. Op televisie althans. De realiteit zal anders aangevoeld hebben. 13 hellingen, 1.900 hoogtemeters, ruim 16 kilometer aan kasseistroken en vooral vijf uur draaien en keren doorheen de Vlaamse Ardennen… In de media werd deze week naar jaarlijkse gewoonte druk gespeculeerd: over de sterke seizoenstart van Lotto-Soudal, over de ambitie van Jumbo-Visma om als blok Quick-Step-Alpha Vinyl te overstijgen… De conclusie aan het eind van het verhaal was echter zoals elk jaar gelijkluidend: aan de start in Gent staan alle tellers op nul. Voor Wout van Aert geen probleem: hij had in 2022 immers nog niet gekoerst.

Sterk Jumbo-Visma

Het moet gezegd: terwijl Quick-Step-Alpha Vinyl duidelijk niet naar deze Omloop heeft gepiekt, deed Jumbo-Visma, met zijn allen deze week neergedaald vanop een berg op Tenerife, het voortreffelijk. Zoals aangekondigd. “We gaan met open vizier koersen, om te winnen. Zo simpel is het”, luidde het voor aanvang. En zo geschiedde ook. Twee keer stormden de troepen van Van Aert in blok naar voren: in de aanloop naar de kasseien van de Holleweg, op 58 km van de aankomst, en in de aanloop naar de Berendries, op 32 km van Ninove. De eerste keer gooide de verkeerde windrichting nog roet in het eten, de tweede keer was het wel prijs. Tiesj Benoot, aan zijn eerste koers als meesterknecht van Van Aert bezig, trok vanaf de voet stevig door en zag op de top nog vier mannetjes in zijn wiel kleven: zijn kopman uiteraard, het Ineos Grenadiers-duo Jonathan Narvaez en Tom Pidcock, en Sonny Colbrelli. Van een test gesproken. Even later ging Benoot solo, maar op de Muur in Geraardsbergen was alles te herdoen. Eén kopje gaf een opvallend frisse indruk: juist, de man in de Belgische driekleur. Nog 16 kilometer tot Ninove en de koers kon opnieuw beginnen. Een sprint leek onafwendbaar.

Dat was buiten één renner gerekend: Wout van Aert. Eén simpele versnelling net voor de kasseien van de Bosberg, vanuit het zadel en schijnbaar geen trap te veel gevend, volstond om de rest op enkele meters te zetten. De op één na sterkste man in koers, Victor Campenaerts, reageerde, maar moest al vlug vaststellen dat het geen zin had. Deze Wout van Aert zou, 48 dagen na zijn Belgische titel in het veld, de 77ste Omloop winnen. Solo. “Ik dacht: als ik enkele meters voor de voet van de Bosberg neem, kan ik er met wat voorsprong aan beginnen. Toen ik achterom keek, zag ik niemand.” Het leven zoals het is. Getekend: Wout van Aert.

Looptraining op woensdag

Het moet momenteel bijzonder fijn zijn om als Wout van Aert door het leven te gaan. Zowat alles wat onze 27-jarige landgenoot doet, lijkt wel in goud te veranderen. En daar hoort ook wat mentale oorlogsvoering bij. Op Strava bijvoorbeeld. Zo kwamen we woensdag, drie dagen nadat Van Aert zijn laatste training op de Teide had afgewerkt, te weten dat hij eerst acht kilometer was gaan lopen aan een snelheid van net geen 14 km per uur en daarna ook nog eens 160 km had gefietst, waarbij hij eerst enkele persoonlijke records op zijn favoriete hellingen in het Hageland had neergezet en vervolgens de laatste 50 km achter de scooter had afgewerkt. “Knaldrang”, voegde hij er op Strava prompt aan toe.

Wout van Aert oogt fris, staat scherper dan ooit en vooral, hij lijkt mentaal klaar om het hele voorjaar, tot en met 17 april, op zijn beste niveau ooit te presteren. Omloop of geen Omloop, uiteindelijk is het dit voorjaar alleen maar om de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix te doen. Dat zijn de wedstrijden die hij nu moet winnen. Dat beseft de Kempenaar natuurlijk zelf ook. Daarvoor heeft hij het WK veldrijden laten schieten. Daarvoor gaat hij straks in Parijs-Nice niet voor eindwinst. “Het is gewoon een logisch vervolg in hoe mijn carrière loopt”, vertelde Van Aert een week geleden. “Het is de volgende stap die ik wil zetten.”

De druk, intern en extern, wordt dit voorjaar de grootste valkuil voor Van Aert. Zonder Julian Alaphilippe – de Franse wereldkampioen wil eindelijk zijn eerste Luik-Bastenaken-Luik winnen – en zonder de allerbeste Mathieu van der Poel – het valt niet te voorspellen wanneer hij weer op niveau zal zijn – ligt alle verantwoordelijkheid bij hem en zijn team. En dus kreeg Van Aert gisteren meteen te verwachten vragen voor de voeten geschoven. Of hij niet te vroeg in topvorm is. Daarop zei Van Aert diplomatisch: “Zo is er altijd iets. Ik ben gewoon blij dat ik gewonnen heb. Wat je al binnen hebt, is een mooie bonus.” Tijd voor de volgende vraag. Aan hoeveel procent van zijn topconditie hij momenteel zit. “Moeilijk te zeggen”, luidde zijn antwoord. Waarop poging drie volgde. Of hij deze vorm tot Parijs-Roubaix, die dit jaar door de Franse gemeenteraadsverkiezingen een week later plaatsvindt, zal kunnen vasthouden. Opnieuw riposteerde Van Aert gevat. “Puur qua koershardheid zal er nog wat bijkomen. Het zal nodig zijn, want straks zijn de koersen 60 km langer. Ik was vandaag goed, maar voor de Ronde en Roubaix heb ik nog wat meer nodig.”

Zelfs Adrie van der Poel gaf het al aan: deze Van Aert wordt de man van het voorjaar. Zouden zijn concurrenten Strava niet beter even uitschakelen?

Analyse

door Tom Vandenbussche

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier