Sven Ornelis

“Verdriet is geen wedstrijd, geen vergelijkende studie”

Toen op sociale media de eerste filmpjes verschenen van de Tomorrowland-brand, wist je: deze beelden gaan de wereld rond. Dat de mainstage, waar zoveel creatievelingen honderden dagen aan hadden getekend en gewerkt, in twee uur tijd in vlammen opging, was wereldnieuws. Met tienduizenden die van heinde en verre onderweg waren naar Boom, kon je er donder op zeggen dat dit nieuws zich, excusez le mot, als een lopend vuurtje zou verspreiden. Maar tegelijk voelde je al aan wat er enkele uren later zou gebeuren op sociale media. Het verdriet, de verslagenheid, de internationale solidariteit rond het drama in De Schorre… dat zou snel worden gerelativeerd. Want een mainstage die plots in vlammen opgaat is best erg, maar een oorlogsgebied dat dag in, dag uit wordt gebombardeerd, is heel veel erger. Uiteraard.

Maar pech en verdriet komen altijd binnen. In het beste geval mondjesmaat. Als baby vind je je knuffel of je tut niet, als kleuter val je op je knie, in de lagere school verlies je een spelletje, en als puber breekt je hart voor het eerst. Dat zijn allemaal kleine of grote drama’s. Ondertussen sterven er voortdurend mensen aan ziektes, vallen er bommen en breken er oorlogen uit. Maar je knie doet wel pijn. Of je hart. Die pijn is echt. Dat verdriet oprecht. Daarom moet je dat kunnen voelen. Verdriet of pijn wegwuiven omdat het in vergelijking met andere ellende ‘maar’ klein is, helpt niemand. Een teen stoten aan de tafelpoot is ellende. Een vriend die niet meer antwoordt op je berichten, dat raakt je. Niemand denkt: “Dit is even erg als een genocide.” Maar de pijn is er.

En dus mag het nieuws over een afgebrand hoofdpodium zeker wereldnieuws zijn. Niet omdat het belangrijker is dan andere rampen, maar omdat het voor veel mensen wél een drama is. Die pijn doet niets af aan de pijn over wereldconflicten. Het is geen wedstrijd, geen vergelijkende studie. Uiteindelijk willen we hetzelfde: een mooie wereld zonder brand, zonder bommen, zonder ellende. Mét hoop op een mooiere toekomst. In Boom weten ze wat ik bedoel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier