© Christophe De Muynck

“Als we niet extra investeren, riskeren we een nieuwe Witte Mars”: Justitieminister Annelies Verlinden (CD&V) trekt aan de alarmbel

“Een gevangene die op de grond slaapt, zal geen beter mens worden. Dat moet iedereen in de regering, ook de premier, goed beseffen. Justitie gaat over de veiligheid van ons allemaal.” Minister Annelies Verlinden (CD&V) trekt aan de alarmbel voor extra middelen, ook in deze budgettair krappe tijden. Een cri de coeur van de vrouw die onze rechtstaat wil redden.

Annelies Verlinden is bevoegd voor Justitie en de Noordzee. Deze ochtend had de stijlvolle politica uit Schoten een vergadering met de kustburgemeesters. Vandaar het knalblauwe pak met blauwe naaldhakken, knipoogt ze. Waarna ze direct toevoegt: “Wie denkt dat ik ’s ochtends tijd heb om mijn outfit te matchen aan mijn vergaderingen, vergist zich. Het zijn heel intense tijden. Het is een grote eer als je minister van Justitie mag zijn, maar ook een grote verantwoordelijkheid.”

Zijn het niet vooral benauwde tijden om minister te zijn? Vorige week werd zelfs een aanslag op de premier verijdeld.

“Een minister moet altijd sterk zijn en mag zich nooit laten leiden door angst. Maar tegelijk is elke minister ook maar een mens. (voorzichtig) Af en toe ben je wel eens bang, ja. Als zulke berichten binnenkomen, lig je daar een tijdje wakker van. Ik heb veel bezorgde berichten gekregen van vrienden en familie. Het is niet normaal dat politici gevaar lopen omdat ze hun mening uiten. Dat is natuurlijk het doel van terroristen, dat de vrijheid van meningsuiting ingeperkt wordt.”

Was u ook een doelwit van de opgerolde terreurcel?

“Daar kan ik niet over uitweiden. Ik kan alleen maar zeggen dat ik in goede handen ben van de veiligheidsdiensten. Die mensen leveren fantastisch werk. Dat is vorige week nogmaals bewezen. Hulde daarvoor! Maar gelukkig leven wij nog niet in de Far West, waar ministers geen vrijheid van bewegen meer hebben.”

U wil wel betere bewaking van ministers?

“Ik wil daarover spreken met het crisiscentrum en de bevoegde diensten. Wij zijn een van de weinige landen waar sommige ministers niet automatisch beschermd worden. Begrijp me niet verkeerd: ik ben daar geen voorstander van. Ik vind het absoluut niet stoer om bescherming te krijgen. Maar tegelijk ben ik waakzaam voor wat in Nederland gebeurd is. Het geweld waarmee politici daar te maken krijgen, dat wil ik hier niet meemaken.”

“Af en toe ben je wel eens bang, ja. Het is niet normaal dat politici gevaar lopen omdat ze hun mening uiten”

Moeten politici ook in de spiegel kijken? N-VA-voorzitter Valerie Van Peel wijst PVDA en Vlaams Belang met de vinger.

“Ik ga dat niet doen. Ik ga ervan uit dat ook deze extremere partijen geen geweld willen. Wat wel zo is, is dat het politieke debat ruwer wordt. Of beter: dat wie spektakel brengt en luide slogans roept, meer echo krijgt dan vroeger. Dat is het gevolg van clickbaits en sociale media.”

Wordt u nooit gepusht om wat harder te zijn?

“O ja. Regelmatig zelfs. Vanuit verschillende hoeken. Maar dat zou niet stroken met wie ik ben. Ik geloof ook niet dat roepers echt iets bijbrengen aan de samenleving. Wie help je vooruit als je luchtkastelen verkoopt die je nooit kan waarmaken? Ik vertel liever een genuanceerd verhaal met context bij.”

© Christophe De Muynck

Wat zegt de minister van Justitie over de relschoppers van deze week op de betoging?

“Het is een schande. Dat zijn mensen die de vrijheid van meningsuiting kapen om geweld te plegen. Dat is onaanvaardbaar.”

Hoe groot is de kans dat zij gestraft worden? Heel wat mensen gaan ervan uit dat zij hiermee wegkomen.

“Wie vernielingen aanbrengt, moet gestraft worden. Dat staat buiten kijf. Maar tegelijk besef ik dat het niet eenvoudig is voor de politie om die mensen te identificeren. Daar moeten wij als samenleving ook begrip voor hebben. Die relschoppers liepen tussen gewone betogers.”

Is het een idee om extreemlinkse groepen zoals Antifa te verbieden, zoals de MR wil?

“De vraag is wie en wat je wil verbieden. Je mag daar niet lichtzinnig over gaan. Dat is ook wat het Grondwettelijk Hof zegt. Het gaat hier over vrijheid van meningsuiting, maar ook over vrijheid van vereniging. Ik ga daar geen grote uitspraken over doen. De verheerlijking van terrorisme is al strafbaar gemaakt in het nieuwe strafwetboek.”

De grootste terreurdreiging komt van het jihadisme, zegt het OCAD, het coördinatieorgaan voor dreigingsanalyse. Hoe moeten we dat zien?

“Het jihadisme was nooit weg. Eén dreiging op drie komt bovendien van jongeren onder de achttien jaar die onze normen en waarden verwerpen. Dat is zéér problematisch. Het OCAD gebruikt de term ‘salad bar-ideologie’, omdat zij hier en daar wat dingen oppikken, vooral online, en daarmee aan de slag gaan. Vroeger was IS het model, nu is het veel diffuser. Het gevaar is daardoor moeilijker op te sporen.”

Beangstigend. Net nu kopt De Standaard dat u een machteloze minister bent. Is dat zo?

(zucht) “Wat is het nut en het doel van zo’n artikels, vraag ik mij af. Is de wereld daar nu beter van geworden? (benadrukt) Neen, ik voel mij niet machteloos. Wie het regeerakkoord leest, kan vaststellen dat ik uitvoer wat daarin staat. Maar goed… (even stil) Ik wist op voorhand dat de uitdaging op Justitie gigantisch zou zijn. (fijntjes) Ik denk trouwens dat iedereen dat wist, want anders waren er allicht ook andere kandidaten. Maar wat wij doen, is wel cruciaal voor onze veiligheid. Al moet ik eraan toevoegen dat de realiteit toch mijn stoutste verwachtingen overtreft.”

Was u verrast door de puinhoop in onze gevangenissen? Elke nacht slapen meer dan 300 gevangenen op de grond.

“Ik was verrast door de omvang van de onmenselijke toestanden, ja. Ik denk dat niemand aan de onderhandelingstafel wist dat het zó schrijnend is. We moeten goed beseffen dat we hiermee onze veiligheid niet dienen. Vroeg of laat komen ook deze mensen vrij. En wat nog het meest schrijnende is, zijn de meer dan duizend geïnterneerden in onze gevangenissen. Dat zijn mensen met psychische problemen.”

Zij worden weggeduwd omdat er geen plek is in de zorg. Mag ik dat een schande noemen voor een welvarend land als het onze?

“Absoluut. Die mensen horen niet thuis in de gevangenis. Ten eerste krijgen ze daar niet de gepaste zorg en ten tweede legt dat een enorme druk op het personeel. Het is daarom dat we nu hard werken aan creatieve oplossingen. Tegen eind dit jaar worden enkele geïnterneerden naar gespecialiseerde zorg overgebracht.”

Is de overbevolking van onze gevangenissen uw prioriteit?

“Ja, naast de strijd tegen georganiseerde misdaad en het jihadisme. Dat is immers het sluitstuk van de strafrechtketen. Er zijn meer dan 13.000 gedetineerden voor 11.000 plaatsen. Dat klopt niet.”

4.000 gedetineerden hebben geen verblijfsrecht in België. Waarom krijgt u hen niet op het vliegtuig? Dan is uw probleem opgelost.

“Zo eenvoudig is het niet. Wie kan verwijderd worden, moet terug. Maar als de landen van herkomst hen niet willen opnemen, lukt dat niet. Dat is waarom we investeren in bilaterale afspraken. Vorig jaar zijn we met de halve regering naar Marokko gegaan. Dat levert op. Dit jaar gaan we 25 procent meer gedetineerden terugsturen naar het land van herkomst. Ik reken erop dat de minister van Asiel en Migratie (Anneleen Van Bossuyt, N-VA, red.) blijft investeren in deze akkoorden.”

Hoe gaat u de overbevolking aanpakken?

“Op korte termijn is het brandjes blussen. Er zijn verschillende dingen die we doen: versnelde procedure voor mensen zonder verblijf, oude gevangenissen openhouden, creatief nadenken over geïnterneerden, detentiehuizen, enzovoort. Maar ik wil niet alleen crisismanager zijn. Op lange termijn moeten we extra capaciteit creëren, maar ook nadenken over ons strafrechtsysteem. Sluiten wij de juiste mensen op? Zijn alternatieven zoals elektronisch toezicht en werkstraf soms niet beter? Ik stel vast dat onze detentiegraad hoger ligt dan het Europees gemiddelde. Een ander element is voorlopige hechtenis. Houden wij mensen niet te lang in voorlopige hechtenis?”

De vraag stellen, is ze beantwoorden.

“Ik vind dat we hierover een fundamenteel debat moeten voeren. Een celstraf is niet altijd de beste oplossing.”

Was het fout van de vorige regering om ook straffen tot drie jaar te willen uitvoeren?

“Dat was een inschattingsfout. De vorige ministers (doelt op Vincent Van Quickenborne en Paul Van Tigchelt, Open Vld, red.) hebben dat ook toegegeven. Zij hebben een verkeerde inschatting gemaakt over de omvang van de toestroom. Daarnaast bleek het in de praktijk niet zo eenvoudig om detentiecentra, waar korte straffen zouden uitgevoerd worden, te realiseren.”

U wil 2.000 extra cellen tegen 2030. Zal dat genoeg zijn?

“Uit onderzoek blijkt dat 13.000 cellen een goed niveau is voor een land als België. Maar het aantal plaatsen mag niet het doel op zich zijn. Het doel is een veilige samenleving. Dat wil zeggen: zorg dragen voor slachtoffers en voor daders.”

“Het zal jouw dochter maar zijn die door een tekort aan rechters moet wachten op de behandeling van haar zedenzaak”

U beschikt over een budget van 2,7 miljard. Is dat genoeg om uw plannen uit te voeren?

“Ik vind dat er onvoldoende middelen zijn. Ik heb de regering gevraagd om extra middelen vrij te maken, ook al ben ik mij bewust van de budgettaire beperkingen. Justitie wordt geconfronteerd met heel wat maatschappelijke problemen: terrorisme, criminaliteit, drugs, mentaal welzijn, huisvesting, enzovoort. De samenleving verwacht van ons antwoorden, en terecht. Maar door een gebrek aan middelen kunnen wij die antwoorden niet bieden. Of niet voldoende snel. Als je meer illegalen wil uitzetten, meer jeugdrechters nodig hebt, meer zorg wil bieden aan geïnterneerden, dan heb je ook meer middelen nodig. Het zal jouw dochter maar zijn die door een tekort aan rechters moet wachten op de behandeling van haar zedenzaak.”

U wil één miljard extra, lees ik.

(knikt) “Dat is mijn moonshot. In een ideale wereld maken we 500 miljoen vrij voor de werking en 500 miljoen voor de gebouwen, waar nu dikwijls de plafonds van de muren vallen.”

Minister van Justitie Annelies Verlinden: “Ik was verrast door de omvang van de onmenselijke toestanden in onze gevangenissen.” (foto Christophe De Muynck)
Minister van Justitie Annelies Verlinden: “Ik was verrast door de omvang van de onmenselijke toestanden in onze gevangenissen.” (foto Christophe De Muynck)

Kwatongen zeggen dat premier Bart De Wever (N-VA) u geen extra centen gunt, omdat u zijn concurrent bent in Antwerpen. Is dat denkbaar?

“Dat zijn geruchten die ik weiger te geloven. (op dreef) Justitie gaat niet over mij, maar over de veiligheid van ons allemaal. Een gevangene die op de grond slaapt, zal geen beter mens worden. Dat moet iedereen in de regering, ook de premier, goed beseffen. De meeste gedetineerden komen ooit vrij. Je moet hen daarop voorbereiden. Anders geef je hen een ticket voor recidive. Als we niet extra investeren, riskeren we nieuwe drama’s met een Witte Mars tot gevolg. Is dat wat iemand wil?”

Gelooft u dat iemand een beter mens kan worden in de gevangenis?

“Absoluut. Ik heb de voorbije maanden al veel mooie verhalen gehoord en gezien, zelfs van mensen die bijzonder lang gedetineerd waren. Er gebeuren echt prachtige dingen in onze gevangenissen, op voorwaarde dat de omkadering goed zit. (zwijgt even) Ik ken de premier als iemand voor wie veiligheid een prioriteit is. Dus ik reken erop dat hij álles zal doen om de veiligheid van de samenleving te garanderen.”

Voor Defensie is er wel geld genoeg. Legt de regering wel de juiste prioriteiten?

“Het is niet het ene of het andere. Ik zeg alleen dat er een prijskaartje hangt aan onze veiligheid en onze rechtstaat. Ik sprak deze week met mijn Poolse collega. Hij vertelde me hoe moeilijk het is om een rechtstaat te herstellen, als die eenmaal is afgegleden. Zo ver willen wij het toch niet laten komen?”

Staat onze rechtstaat onder druk?

“Ik zal met een boutade antwoorden: de rechtstaat is niet verloren, maar staat wel onder druk. Je merkt dat mensen minder vertrouwen hebben, omdat er niet altijd antwoorden komen. Bovendien leven we in tijden waarin alles snel moet gaan. Wat onze rechtstaat ook ondergraaft, zijn politici die het oordeel van een rechter in vraag stellen. Alsof een rechter een mening uit. Als een uitspraak hen niet bevalt, wordt justitie in vraag gesteld. Dat is gevaarlijk.”

Ook uw collega-minister Anneleen Van Bossuyt (N-VA) legt rechterlijke beslissingen naast zich neer.

(wikt haar woorden) “Als wij als overheid dingen doen die niet in overeenstemming zijn met de internationale wetgeving, dan moeten wij ons beleid bijstellen. Wij staan niet boven de wet. Desnoods ben ik de laatste ambassadeur van onze rechtstaat, maar ik zal beslissingen van de rechterlijke macht nooit publiek in vraag stellen.”

Mag ik uw pleidooi van vandaag een cri de coeur noemen?

(lacht) “Een warme cri de coeur. Omdat ik onze rechtstaat een warm hart toedraag. De rechtstaat is het fundament van onze democratie en die moeten we absoluut overeind houden. Dat is de zware taak waar ik voor sta.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier