“Natuurlijk mogen militairen zich verdedigen. Ik ben niet gek, hè” – Bernard Quintin, minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, trekt ten strijde

Heeft de maffia de macht overgenomen in het al maanden stuurloze Brussel? Drugs, schietpartijen en terreur zijn dagelijkse kost. Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Bernard Quintin (MR) wil eindelijk een vuist maken, tegengas geven en de maffia weer bang krijgen. Te beginnen door militairen op straat te zetten.

Exact één jaar geleden werd Bernard Quintin minister in de federale regering. Hij was het witte konijn van MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez. In zijn vorige leven was de 53-jarige Brusselaar leraar en diplomaat, met een voorliefde voor Afrika en het gebied van de Grote Meren. We hebben afspraak in een groezelig café op de Vrijheidsplaats voor een gesprek over veiligheid, vrijheid en het imago van onze hoofdstad. Maar eerst: die vermaledijde vakbonden.

De komende drie dagen wordt opnieuw gestaakt tegen het beleid van de regering. Vreest u nieuw geweld?

“Ik hoop van niet, maar we zijn waakzaam, ook al zou er deze keer geen grote betoging gepland zijn. Vrijheid is een belangrijk recht – ook de vrijheid om te staken en te betogen. Alleen: dat mag niet uitmonden in geweld, zoals in oktober. Dat was onaanvaardbaar.”

Zijn de vakbonden geïnfiltreerd door extremistische organisaties?

(blaast) “Dat is een moeilijke vraag. Ik stel vast dat de FGTB (socialistische vakbond, red.) meer en meer elementen overneemt van de PVDA. Dat is uiteraard niet verboden. Helaas stel ik ook vast dat meer en meer acties gekaapt worden door het extreemlinkse Antifa en andere gevaarlijke organisaties. Al is het moeilijk te zeggen hoe zij zich exact verhouden tot de vakbonden.”

U wil dat de regering extreme organisaties kan verbieden, zonder tussenkomst van een rechter. Vindt u dat als liberaal niet verregaand?

“Neen. Als je mijn voorstel leest, zal je zien dat elk initiatief moet vertrekken vanuit een analyse van de veiligheidsdiensten. Als zij tot de conclusie komen dat een bepaalde groep gevaarlijk is voor onze veiligheid en democratie, dan moet de regering – in consensus – kunnen ingrijpen. Dat zal dus nooit de beslissing van één minister zijn. Bovendien zal een verbod aangevochten kunnen worden via gerechtelijke weg.”

“Criminelen zijn niet meer bang van het blauw op straat. Dat is een probleem”

Feit is wel dat u de rechter wil passeren om organisaties te verbieden.

“Maar waarom doen we dat? Omdat de manier waarop het vandaag verloopt, niet werkt. Zelfs Samidoun, een extremistische organisatie die terreur verheerlijkt, is hier nog altijd niet verboden. Dus zoeken wij een andere weg om zulke gevaarlijke organisaties te kunnen uitsluiten.”

Deze week werden acht mensen uit het Albanese criminele milieu opgepakt (en weer vrijgelaten) omdat ze verdacht werden van een aanslag op de Brusselse procureur des Konings. Is dat goed of slecht nieuws?

“De twee. Dat er gedreigd wordt met aanslagen, is nooit goed nieuws. Maar dat het gerecht elke piste onderzoekt, is wel goed nieuws. We spreken hier niet over een klein onderzoek. Dit gaat over de internationale maffia.”

Bent u ook een doelwit?

“Sta me toe daarover niet in detail te gaan. Als het gaat over concrete veiligheid, is het beter te zwijgen.”

De ene schietpartij na de andere, aanslagen, drugs: soms lijkt het alsof Brussel overgenomen is door de maffia. Hoe ziet u dat?

“Ik ontken dat de maffia hier baas is. Er zijn tot nader orde geen no-go-zones voor onze politie in Brussel en bij uitbreiding in heel België. Er zijn wel ernstige veiligheidsproblemen én er zijn wijken en straten waar niemand graag komt. In een buurt als Clemenceau is het helaas niet veilig. De voorbije twintig jaar werden deze dingen niet aangepakt. Daar wil ik verandering in brengen.”

U wil tegen eind dit jaar militairen op straat. Is dat niet zoveel zeggen als: de politie kan het niet aan?

(feller) “Neen, integendeel. We willen hiermee de politie versterken. In eerste instantie zullen er een vijftigtal militairen ingezet worden bij de spoorwegpolitie. Zo kan je het aantal patrouilles bij trein- en metrostations en andere hotspots verdubbelen. Dat is goed voor de effectieve veiligheid én voor het veiligheidsgevoel: twee vliegen in een klap dus. Ten slotte geef je op deze manier ook de stevige boodschap aan de maffia dat de overheid zich niet laat afschrikken, integendeel. Wees maar zeker dat criminelen onder de indruk zijn als er militairen op straat staan.”

Zijn ze niet meer bang van de politie?

(knikt) “Dat is inderdaad een probleem. Dat is iets wat ik hoorde van onze agenten in Clemenceau. De politie pakt iemand op, is twee uur bezig met het pv en tegen die tijd is die persoon alweer op vrije voeten. Dat schrikt niet af. Een agent zei me letterlijk: ‘Ze zijn niet meer bang van het blauw op straat.’ Dat is iets wat ik goed onthouden heb. Al kreeg ik ook te horen dat ze wel nog bang zijn van het zwart. Met andere woorden: van de speciale eenheden bij de politie. Dat is dan weer hoopgevend.”

Is het daarom dat u de kleur van de politie-uniformen wil aanpassen?

“Absoluut niet. Met alle respect, maar dat is een ridicule discussie geworden.”

Leg eens uit.

(blaast) “Ik begrijp het zelf niet. Het enige wat ik weet, is dat de politie een nieuwe uitrusting nodig heeft, want de huidige is dertig jaar oud. Comfortabele kledij is geen detail voor politieagenten. Dat is zelfs heel belangrijk. We zijn daarover nu het Koninklijk Besluit aan het finaliseren.”

Ik hoor waaien dat u niet akkoord gaat met de gele kleuren in het nieuwe uniform.

“Maar neen. Waarom zou ik? Uit studies blijkt zelfs dat een gele tint goed is voor de zichtbaarheid. Er zal dus wellicht geel in het nieuwe uniform zitten.”

Ik wil nog een keer terug naar de militairen op straat. Vreest u niet dat de maffia hen zal viseren en testen? Eens kijken hoe zij reageren op een aanval?

“Je kan dat niet uitsluiten. Ook de politie wordt voortdurend getest. Maar wat is het alternatief? Terugdeinzen? We werken nu aan een protocol met Defensie waarin staat wat militairen wel en niet mogen doen. Het is niet de bedoeling dat zij alle politietaken overnemen. Fouilleren en identificeren blijven taken die alleen de politie mag doen. Maar bijvoorbeeld een perimeter afzetten en bewaken, een veiligheidszone, is een taak die wel kan overgelaten worden aan militairen. Uiteraard zullen zij zich ook mogen verdedigen als ze aangevallen worden. (benadrukt) Ik ben niet gek, hè. Trouwens: de inzet van militairen is maar één luik van een breder plan om onze grote steden weer veilig te maken. Andere luiken die minstens even belangrijk zijn, zijn de connectie van de ANPR-camera’s, ook die van de NMBS, grootschalige controleacties en de aanpak van louche handelszaken.”

Hoe belangrijk is de fusie van de zes Brusselse politiezones in deze strijd?

“Die fusie is sowieso belangrijk, ook als het veiligheidsprobleem minder urgent zou zijn. Ik denk dat Brussel intussen de enige stad ter wereld is, waar zes onafhankelijke zones naast elkaar werken. Zelfs New York, een miljoenenstad, heeft maar één politie: de NYPD. Deze fusie is belangrijk om eindelijk eenheid van commando te krijgen. Iedereen in Brussel zou dat toch moeten beseffen.”

Verschillende burgemeesters dreigen met een juridisch steekspel tegen deze fusie. Hoe zeker bent u dat deze fusie zal lukken tegen begin 2027, zoals beoogd?

“Wij doen alles wat we kunnen. Maar zelfs als het in juni 2027 lukt, zal het een succes zijn. Niet vergeten dat dat dossier al vijftien jaar op tafel ligt. Ik hoop dat ook de burgemeesters zich stilaan bewust zijn van de ernst van het probleem. Ik kén Brussel. Dit is mijn stad, mijn heimat. Het systeem met zes politiezones is echt niet bevorderlijk om criminaliteit en andere problemen aan te pakken.”

Legt de begrotingsimpasse geen bom onder uw hervormingen?

“Natuurlijk wel. Onder elke hervorming die nog niet gestemd is. Als de premier zijn ontslag indient, gaat de regering in lopende zaken en kan je geen enkele hervorming meer stemmen. Ik zou dat zeer spijtig vinden. Maar ik hoop én denk dat het zal lukken om een akkoord te vinden tegen kerst.”

In Vlaanderen wijst bijna iedereen, zelfs N-VA, uw partij met de vinger. Hoe kijkt u daarnaar?

(ontwijkend) “Ik heb de boodschap van de premier (Bart De Wever, red.) goed onthouden. Hij heeft elke regeringspartij gevraagd om niet naar de pers te stappen met details uit de onderhandelingen. Ik ga dat dus ook niet doen. (fijntjes) Ik wil ook zijn partijgenoten aanraden te luisteren naar hem. Als voormalig ambassadeur weet ik trouwens maar al te goed hoe belangrijk discretie is om onderhandelingen te doen slagen. Ik wil wel iets algemeen zeggen. Ik begrijp niet waarom iedereen naar de MR wijst. Waar zijn wij schuldig aan? Wij zijn bereid om te hervormen om zo onze sociale zekerheid overeind te houden. Maar hervormen staat voor ons niet gelijk aan nieuwe taksen. Wij willen geen nieuwe taksen slikken.”

Daar blijft uw partij bij?

“Ja, natuurlijk. Het is met deze belofte dat wij de verkiezingen gewonnen hebben. Waarom zouden wij die moeten breken? En dan maar klagen dat de mensen geen vertrouwen meer hebben in politici. Dat wil overigens niet zeggen dat wij geen compromissen willen sluiten. Lees het regeerakkoord: ook wij hebben veel toegevingen gedaan daarvoor.”

“Ik heb aan mijn collega Theo Francken gezegd: over veiligheid zeg je beter te weinig dan te veel”

Bij uw voorzitter Georges-Louis Bouchez leeft het gevoel dat ook de media in Vlaanderen de premier te veel achterna lopen? Deelt u dat gevoel?

(wikt zijn woorden) “Wij voeren daar intern discussies over. Wij zijn niet doof voor de bekommernissen van de Vlaamse media. Tegelijk vinden wij, en ik persoonlijk ook, dat er te makkelijk naar de MR gewezen wordt. Wij zijn de tweede grootste partij van de regering. Dan mag je toch iets te zeggen hebben? Maar het is niet dat wij denken dat alle Vlaamse media gijzelaars zijn van Bart De Wever, hoor.” (lacht)

Wat als er tegen kerst geen akkoord is? Nieuwe verkiezingen?

“Dat zou ik niet verstandig vinden. Als je alleen al naar de veiligheidssituatie kijkt, kan je je het niet permitteren om weer maanden te verliezen.”

Ook de Russische dreiging lijkt groter dan ooit. Bent u bang van de drones?

“Bang niet. Bezorgd is een beter woord. Wat we twee weken geleden gezien hebben, was een gecoördineerde actie. Van wie dat kwam, kunnen we nog niet met honderd procent zekerheid zeggen. Dus ik ga hier niet naar Rusland wijzen. Het is wel zeker dat het uit het buitenland kwam en dat het een poging tot intimidatie was.”

Zou Brussel het eerste doelwit zijn van Rusland?

“Brussel is de zetel van de Europese Unie en de NAVO. Het is logisch dat wij als doelwit hoger staan dan pakweg Clermont-Ferrand en Utrecht. Maar ik wil hieraan toevoegen dat wij niet alleen naar Rusland mogen kijken, als het gaat over buitenlandse dreiging. En een tweede ding dat ik wil benadrukken: als het over veiligheid gaat, moeten wij veel voorzichtiger spreken.”

Defensieminister Theo Francken (N-VA) zei in Humo dat Poetin goed beseft dat wij Moskou van de kaart vegen als hij een raket op Brussel gooit. Is dat wat u bedoelt?

(zucht) “Exact. Ik heb dat ook aan mijn collega gezegd. Over veiligheid zeg je beter te weinig dan te veel.”

Tot slot: hoe kijkt u als Brusselaar naar het uitblijven van een Brusselse regering? Dat draagt bij aan het Far West-imago.

“Het is ongelooflijk en onaanvaardbaar. We zijn intussen anderhalf jaar na de verkiezingen. Elke partij moet voor de spiegel staan en zijn verantwoordelijkheid opnemen. Een andere oplossing is er niet. Deze situatie mag echt niet blijven duren.”

Is dat niet stilaan het failliet van Brussel als apart gewest met een eigen regering?

(plots feller) “Neen, dat mag niet de conclusie zijn. Zéker niet. Wat wel klopt, is dat het systeem zoals het eind jaren tachtig werd uitgetekend, niet meer werkt. Want het is niet alleen de verantwoordelijkheid van de politici dat het blokkeert. Niemand kan ontkennen dat het Brussels systeem heel complex is.”

Is het nog van deze tijd dat zowel Nederlandstaligen als Franstaligen een meerderheid moeten hebben in de Brusselse regering?

“Ik denk van niet, neen. Dat is mijn persoonlijke mening. In theorie gaat men ervan uit dat Franstaligen alleen op Franstalige partijen stemmen. Dat klopt niet met de praktijk. Er zijn bijvoorbeeld veel Franstaligen die voor Groen stemmen om Vlaams Belang van de macht te houden. Ik denk dat het systeem hervormd en aangepast moet worden aan de realiteit. Maar goed: ook daarvoor is er eerst een volwaardige regering nodig. Ik kan dat als minister niet opleggen.”

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier