Ontbijtbabbel met thrillerauteur Toni Coppers: “Ik begin stilaan mijn metier te beheersen”

Ontploffende granaten in Deurne. Het leek vorig jaar wel fictie, maar helaas was het de harde realiteit. Het gebeurde niet ver van de woning van thrillerauteur Toni Coppers, die deze angstaanjagende gebeurtenissen verwerkte in zijn nieuwe boek ‘Jacht’, vanaf aanstaande woensdag in de winkelrekken.

Of ik bang ben voor een labradoodle, vraagt Annick, Toni’s ravissante partner (en partner in crime), wanneer ze de deur opent en me door haar woning richting Toni leidt. De hond is alvast enthousiast, maar Toni is dat evenzeer. Al snel blijkt dat Vlaanderens bekendste thrillerauteur een bijzonder aimabele vent is, en ik vraag me af hoe deze uiterst zachtaardige man erin slaagt zulke gruwelijke scènes te schrijven. “Het klopt dat ik de laatste jaren explicieter ben gaan schrijven. Ik kan het toch moeilijk over een afrekening hebben waarbij het slachtoffer werd dood gekieteld met een veer. Het onderwerp in mijn nieuwe boek vergt nu eenmaal wat meer gruwel. En ik heb er geen moeite mee om die gruwel te omschrijven, net omdat ik er zelf ook bang voor ben. Zo hou ik het toch een beetje buiten de deur.”

‘Jacht’ is ondertussen je negentiende boek in de Liese Meerhout-serie. Met als basis het drugsgeweld in je eigen buurt.

“Klopt. Die granaataanslagen in Deurne vorig jaar waren de indirecte aanleiding voor de setting van dit nieuwe boek. Ik woon en werk hier, en plots was dit een gebied waar granaten ontploften, in straten waar vrienden wonen, waar hun pubers ’s nachts van een scoutsfuif thuiskomen. Dat heeft iets getriggerd. Dat, en mijn persoonlijke walging van de salongebruikers die hun neus in wit poeder duwen en de hel erachter negeren. Ik wilde uitzoeken hoe die drugstrafiek precies werkt en ben research gaan doen in het drugsmilieu. Dat is uiteraard een zeer spannende biotoop, eentje waarin Liese Meerhout zeer goed gedijt. Het is de ideale wereld om een thriller in te situeren: een verboden substantie, veel geld, agressieve figuren. Daar wilde ik Liese in onderdompelen. Ze krijgt het met andere woorden hard te verduren in dit boek.”

Als schrijver ben je een laatbloeier, wel een heel succesvolle laatbloeier. Het eerste boek met Liese Meerhout kwam nog maar veertien jaar geleden uit. Word je zelf beter met de jaren?

“Ja, dat vind ik wel. Ik begin stilaan mijn metier te beheersen. De laatste jaren is er een soort zelfzekerheid gegroeid. Ik weet nu wel hoe ik een verhaal moet vertellen. Dat maakt het schrijven ook aangenamer dan vroeger. Ik weet nu: als ik een goed onderwerp vind, kan ik een zeer spannend verhaal in elkaar boksen. Vroeger durfde ik daar wel eens aan te twijfelen. Maar elke vakman heeft jaren op de teller nodig.”

Ik wil dat mijn volgende boek een heel bijzonder verhaal wordt, een ijkpunt in mijn carrière

Volgend jaar komt je twintigste boek met Liese Meerhout uit. Dat moet iets bijzonders worden.

“Absoluut. Ik ben daar nu al mee bezig. Ik wil dat dat een heel bijzonder verhaal wordt, een ijkpunt in mijn carrière. Toen ik hier veertien jaar geleden mee begon, was er geen enkel vrouwelijk personage dat een hoofdrol speelde in een thrillerreeks op televisie of in boeken. Het bleek een goede zet van mij om Liese uit te vinden. Je merkt: ik praat over Liese alsof ze echt bestaat. Maar voor Annick en mezelf is dat ook bijna zo. We kunnen van bepaalde plekken zeggen: kijk, hier zou Liese graag komen.”

Is schrijven een verslaving geworden? Je hebt het heel lang gecombineerd met een job als reisjournalist voor Radio 1.

“Het is niet alleen een verslaving, ik kom ook het dichtst bij mezelf wanneer ik schrijf. Het is gek om dat uit te leggen. Je moet weten dat ik uit een klein Limburgs arbeidersgezin kom en tot mijn zestiende nog nooit een boek had gelezen. Toen mijn toenmalige lerares mij naar de stedelijke bibliotheek van Sint-Truiden stuurde, is er iets gebeurd met me. Plots besefte ik dat ik uit mijn eigen wereld kon ontsnappen via boeken, via mijn verbeelding. Dat was een gigantische eyeopener. Daar heb ik mijn passie ontdekt.”

Mis je het leven als reisjournalist niet?

“Een klein beetje. Ik zat vroeger gemiddeld twee weken per maand in het buitenland. Ik heb een grote voorliefde voor Zuidoost-Azië en Europa. Er zijn heel wat bestemmingen die een onuitwisbare indruk hebben nagelaten. Toch heb ik het tien jaar lang eigenlijk nauwelijks gemist, maar door corona is de reismicrobe weer opgedoken. Ik ben nu weer helemaal klaar om te reizen. Ik ben klaar om een nieuwe dosis genot toe te laten in mijn leven.”

‘Jacht’, het nieuwe boek van Toni Coppers in de Liese Meerhout-reeks, ligt vanaf aanstaande woensdag in de boekhandel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier