Met de Vespa door een onbekend stukje Italië

Hoe kan je beter van ‘la bella Italia’ genieten dan met de Vespa? Op het zadel van een originele Piaggio verkenden wij Italië van binnenuit, in een onbekend maar oogverblindend hoekje van het land. Andiamo, op naar Le Marche!

door Gerlinde De Bruycker

Met de Vespa door Italiaanse heuvels snorren? Romantischer kan haast niet. Dus huurden mijn lief en ik ooit twee Vespa’s op vakantie in Toscane. Viel dat even tegen met de romantiek. We raakten verdwaald op een groezelig industrieterrein, reden per ongeluk de snelweg op en eindigden met een bloedstollend bochtenparcours in de bergen. Niks glooiend Toscaans landschap met ondergaande zon. Les 1 op een Vespatrip: vraag naar een panoramische route in plaats van je zomaar in het Italiaanse verkeer te gooien.

ACHT OP EEN RIJ

Drie jaar later is het tijd voor een herkansing. Plaats van afspraak is Le Marche of De Marken, dat ongeveer tussen Toscane en de Adriatische kust ligt. We schepen in voor een driedaagse Vespatour met de organisatie Kalitumba, die over heel Italië Vespa’s verhuurt in combinatie met een vakantieverblijf. Acht knalrode Vespa’s staan glimmend op een rij te wachten aan de voordeur van onze agriturismo. Plots voelt de hele groep de Vespakoorts stijgen. Andiamo , het zadel op! Maar onze begeleidster, de ervaren vespista Valeria Valenti, remt ons af met een verplichte technische briefing. Niet dat het moeilijk is om een Vespa te besturen: sleuteltje omdraaien, startknop induwen en gas geven. Maar toch moet je even wennen aan zo’n 125 CC onder je achterste. Een Vespa weegt zwaarder dan je denkt – je moet je hele gewicht in de strijd gooien om hem op z’n poot te zetten – en je hebt bij dit model een autorijbewijs nodig.

Acht knalrode Vespa’s klaar voor de driedaagse tour. (foto Gerlinde De Bruycker)
Acht knalrode Vespa’s klaar voor de driedaagse tour. (foto Gerlinde De Bruycker)

KLEINE ZUSJE

De start is dan ook, eh, moeizaam. Kiezelstenen spatten hoog op als we in een sliert het steile grindwegeltje optuffen. Maar al snel krijgen de banden grip op het asfalt en rijden we door het typische Italiaanse platteland alsof we nooit anders gedaan hebben. Onze brommers zoemen van plezier – Vespa betekent niet toevallig ‘wesp’ in het Italiaans. De binnenwegen in Le Marche zijn meestal rustig en ongerept, veel auto’s komen we niet tegen. Dat is het grote voordeel van Toscanes kleine zusje: Le Marche is minder toeristisch, maar minstens zo mooi. Lange tijd was het een doorreisregio op weg naar Puglia, maar steeds meer Italofielen blijven hier hangen. Betoverd door de gemoedelijk golvende heuvels en de krachtige Apennijnen op de achtergrond. Met hier en daar een zonnebloemveld of wijngaard om het postkaartje af te maken. En het eten, mamma mia , is naar Italiaanse gewoonte verduiveld lekker. De eenvoudige kraakverse gerechten maken van De Marken een echte culinaire regio, aan eerlijke prijzen.

WIJN & OLIJFOLIE

Op dag één houden we een tussenstop in het wijnresort Filodivino voor een lichte lunch en wijndegustatie. De wijnkelder is ingenieus in een heuvel ingebouwd en het 180°-uitzicht op het postkaartlandschap is verbluffend. Eigenaar Alberto Gandolfi, een rijke industrieel uit Milaan, begon met dit wijnhuis zijn tweede leven. “Le Marche is ideaal gelegen: zuidelijk, maar ook niet té zuidelijk. En de wijn is hier zo lekker. De lokale Verdicchio-druif brengt de beste witte wijn voort van Italië, misschien zelfs van de wereld.”

Er zijn nog wel meer streekspecialiteiten waar je maag een spontane buiteling van maakt. Zo staat het lieflijke dorpje Cartoceto bekend om zijn olijfolie, die hier al sinds de middeleeuwen wordt geperst. In het voormalige huis van de kardinaal bevindt zich de artisanale olijfperserij van de familie Beltrami. “Wij persen 4.000 liter verse olijfolie op één dag, bij industriële olijfolie doen ze daar amper twee uur over. Maar we willen de authentieke persmethodes in ere houden”, vertelt dochter Cristiana Beltrami. “Het gaat over meer dan smaak alleen, we keren terug naar de roots van het pure, Italiaanse leven.”

Het grote voordeel van Toscanes kleine zusje: Le Marche is minder toeristisch, maar minstens zo mooi. (foto Getty Images)©clodio Getty Images/iStockphoto
Het grote voordeel van Toscanes kleine zusje: Le Marche is minder toeristisch, maar minstens zo mooi. (foto Getty Images)©clodio Getty Images/iStockphoto

RESET

Na een heerlijke degustatie bij de Beltrami’s gaan we weer de baan op. Op de Vespa is het volop genieten van het groene lappendeken van wijngaarden en olijfbomen, maar het is ook een reset voor je brein. Vaak rijd je urenlang door verlaten landschappen, met gedachten die alle kanten op waaieren. Door het luide gezoem kan je niet converseren met je collega-vespista’s, dus je bent aangewezen op jezelf onder een dikke helm. “Ik ben mezelf al vaak tegengekomen op de Vespa”, lacht Valeria Valenti als we haar erover aanspreken. “Sinds mijn tienertijd rijd ik op die brommer en ik heb er al veel dingen op overdacht.” Yep, na twee dagen op de Vespa weten we weer waar we naartoe willen met ons leven. Les 2 op een Vespatrip: geniet van het gedachteloos rijden, maar hou altijd die ene Italiaan in het oog die je met zijn Alfa Romeo van de baan wil duwen.

GELATO STOP

Op dag drie ligt onze levensbestemming alvast in Corinaldo, een parel van een omwald stadje. Corinaldo draagt het label van Italiaanse dorpjes waar de levenskwaliteit hoog is: dan weet je dat het de moeite is om te bezoeken. De 1 kilometer lange middeleeuwse muur rond het stadje is nog bijna helemaal intact, een unicum. Nog zo’n trekpleister is Mondavio, bekend om z’n imposante kasteel dat ontworpen werd door een leraar van Leonardo da Vinci. Van hieruit zie je de zee, de bergen en San Marino. In Mondavio sluiten we onze Vespatour af met de meest elegante gelato stop van ons leven: zonnebril in de haren, leunend over het stuur van onze Italiaanse beauty . Les 3 op een Vespatrip: vergeet nooit je zonnebril!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier