De Britten kloppen zich graag op de borst dat België dankzij hen ontstaan is, omdat zij onze neutraliteit garandeerden. Feit is dat we al eeuwenlang nauwe betrekkingen hebben met Engeland. Denk maar aan de lakenhandel. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog onderhielden de Britse vorsten hier een uitgebreid netwerk aan spionnen. Wat danken we nog aan Engeland?
1. Eenrichtingsverkeer
Britse soldaten scheepten vanuit havens als Folkestone en Dover massaal in om in Flanders Fields tegen de Duitsers te vechten. In Poperinge konden de half miljoen Britten ontspannen. Het was er zo druk dat ze er het eenrichtingsverkeer uitvonden en een ring rond de stad aanlegden. In een herenhuis van voormalige hophandelaars in het centrum van de stad richtte aalmoezenier Tubby Clayton de herenclub ‘Talbot House’ op. De naam komt van Gilbert Talbot, die op 30 juli 1915 aan het front sneuvelde en symbool stond voor de teloorgang van een hele generatie jonge mannen. In Talbot House telde je rang niet. Nu nog steeds is het huis een museum voor jong en oud. Je kan er zelfs logeren en genieten van een ontbijt in Britse stijl.
www.talbothouse.be
2. Brits warenhuis
Wie vanuit het Centraal Station in Brussel de Kunstberg beklimt, komt voorbij een prachtig art-nouveaugebouw met zwarte voorgevel en grote ramen. Net onder het dak staat in grote letters ‘Old England’ te lezen. Het is de naam van de Britse firma die hier vanaf 1899 luxeproducten zoals hautecouturekledij en koffie verkocht. Het mooie liedje kon niet blijven duren, in de jaren 1970 sloot het warenhuis de deuren. Sinds 2000 huist het Muziekinstrumentenmuseum in deze zalen. De originele grandeur van het warenhuis bleef behouden. Hier ontdek je de geschiedenis van muziek door de eeuwen heen, van de prehistorie tot nu. Jammer dat het restaurant op het dak al jaren gesloten is voor renovatie, het biedt een prachtig uitzicht over Brussel.
www.mim.be
3. Architect met te veel werk
De neogotiek komt overgewaaid uit Engeland. Het waren Britse architecten die zich als eersten door de middeleeuwse gotiek lieten inspireren. Dankzij hun contacten kwam de architecturale stroming ook op het Europese vasteland terecht. In eigen land wordt Jean-Baptiste de Bethune (1821-1894) als de vader van de neogotiek genoemd. Hij was goed bevriend met de Brit Edward Pugin (1834-1875). Deze laatste had zoveel werk dat hij niet wist waar eerst gesprongen. Pugin had het contract binnen gesleept om voor de familie van Caloen een nieuw kasteel te bouwen in Loppem. De bouwheren waren niet tevreden over deze samenwerking en vroegen de Bethune om in Engeland Pugin te helpen met de plannen. Uiteindelijk nam de Bethune het volledige project over. Het Kasteel van Loppem ziet er binnen en buiten nog steeds uit zoals het in 1858 werd opgeleverd. De Bethune nam van Pugin trouwens ook het project voor de bouw van de Onze Lieve Vrouwbasiliek van Dadizele over.
www.kasteelvanloppem.be