
Expeditie Spitsbergen: de laatste wildernis van Europa
Koud, grillig en onherbergzaam. Spitsbergen is niet meteen het prototype van een makkelijke vakantiebestemming. Toch zuigt de Noorse archipel elk jaar meer ontdekkingsreizigers aan, geprikkeld door de oneindige wildernis en het unieke wildlife.
“Daar op die berg zijn twee vrouwelijke hikers vorig jaar aangevallen door een ijsbeer.” Lena, een Duitse studente biologie, die in haar vrije tijd fungeert als gids in Longyearbyen, de grootste nederzetting op Spitsbergen, zegt het met een uitgestreken gezicht. Over haar schouder hangt een geweer, een noodzakelijk accessoire voor bewoners van de Noorse archipel. De Barentszzee, waar Spitsbergen aan grenst, is namelijk de thuisbasis voor drie- tot vierduizend ijsberen, die de Noorse eilandengroep frequenteren.
Die ijsberen, hoe gevaarlijk ook, zijn meteen een van de redenen waarom Spitsbergen elk jaar in populariteit groeit onder (avontuurlijke) vakantiegangers. Dit is nu eenmaal Europa’s laatste wildernis, een ijskoud toneel aan de rand van de planeet, waar van menselijke beschaving nauwelijks sprake is. Hier heeft de natuur het voor het zeggen, en die natuur is zowel adembenemend als afschrikwekkend. “Het is een erg bijzondere plek om te wonen. Drie maanden licht in de zomer, drie maanden duisternis in de winter; je moet er even aan wennen. Maar kijk eens om je heen, dit is toch een magnifieke omgeving.” Ik laat mijn blik over de bergtoppen glijden, over de mistroostige huizen in dit meest noordelijke stadje ter wereld, tot aan het fjord en kan na twee weken expeditie niet anders dan tot dezelfde conclusie komen: Spitsbergen is ronduit magnifiek!”
Expeditieschip
Mijn reis door wat Noren Svalbard noemen, begon tien dagen eerder in Tromsø, een verrassend leuke stad in Noord-Noorwegen en de zelfverklaarde toegangspoort tot het Noordpoolgebied, waar ik samen met zo’n tweehonderd andere vakantiegangers de Seabourn Venture, een glimmend expeditieschip van 172 meter lang en 24 meter breed, enterde. Elf dagen lang zou dit schip mijn drijvend hotel worden; restaurants, bars, zwembad en jacuzzi’s incluis. En met het ‘Discovery Center’ als kloppend hart, waar wetenschappers uit verschillende vakgebieden presentaties zouden geven over geologie, topografie, klimaat, wildlife en geschiedenis van Spitsbergen.

Diezelfde wetenschappers wisten meteen te melden dat een cruise de ideale manier is om de streek in de zomermaanden te verkennen. Want met maar een handvol nederzettingen, waarvan Longyearbyen (met zo’n 2.000 inwoners) veruit de grootste is, en in totaal maar 46 kilometer aan verharde wegen, heeft roadtrippen geen enkele zin. En zo zette de Seabourn Venture koers richting Bereneiland, het meest zuidelijke puntje van de Spitsbergenarchipel. Een opwarmertje voor wat later zou komen, omgeven door vervaarlijke kliffen, smaragdblauw zeewater en bewoond door miljoenen luid kwetterende zeevogels.
Poolvossen en papegaaiduikers
De volgende ochtend varen we over de rustige wateren van het 12 kilometer brede fjord Hornsund, waar we voor het eerst aan land gaan. Genietend van het fabelachtige uitzicht word ik verrast door een nieuwsgierige poolvos die op zoek is naar eieren van een drieteenmeeuw of zeekoet, maar wellicht even verblind wordt door de feloranje parka die ik – en alle andere passagiers – dragen. Een unieke confrontatie met Arctisch wildlife, en niet voor het laatst tijdens deze expeditie.

Op Poolepynten, een ruwe landtong op het eiland Prins Karls Forland dat als nationaal park bescherming geniet, sta ik een paar dagen later oog in oog met een kudde slaperige walrussen, die op een stenen strandje en met uitzicht op een gigantische gletsjer uren in de wind liggen te stinken. In Fjortende Julibukta, een waanzinnige baai in het noordwesten van Spitsbergen, laat ik me vanop een kajak verrassen door honderden prachtige papegaaiduikers die in dit broedseizoen druk in de weer zijn met eten zoeken en voor de kleintjes zorgen. Bovenop de klif die hun thuisbasis vormt, spot ik bovendien een kudde spitsbergenrendieren, die volgens de wetenschappers aan boord een stuk kleiner zijn dan gewone rendieren (omwille van het barre klimaat) en enkel in dit stukje van de wereld voorkomen. Een andere poolvos maakt het Arctische tafereeltje compleet, en al helemaal met de enorme ijsmuur op de achtergrond. Hier spuugt de gletsjer ijsblokken van wel tien meter hoog uit, die tussen de kajaks door drijven. Ik vis een kleiner blokje eeuwenoud ijs uit het water om later in mijn cocktail te nuttigen.
“Zoals voor alle wildlife ter wereld geldt: je kunt ze niet op commando laten komen”
IJsbeer in zicht
Terug aan boord en met inmiddels een dikke week in Spitsbergen op de teller groeit het verlangen van de opvarenden om een ijsbeer te zien gevoelig. Op het achtersteven staar ik naar de ijsplaten op het water, hopend een jagend exemplaar te spotten. Helaas! De kapitein waarschuwt wel geregeld voor walvissen, die nu en dan hun staart omhoog zwaaien, maar van ijsberen is er nog geen spoor.
“Zoals voor alle wildlife ter wereld geldt: je kunt ze niet op commando laten komen”, vertelt de Nederlandse kapitein me tijdens de lunch. “Maar ik heb nog goede hoop. Twee weken geleden hebben we er nog gezien.” We dobberen inmiddels aan de Lilliehöökbreen, een gigantische gletsjerverzameling van wel 22 kilometer breed, waar scheuren in het ijs voor een ijskoude soundtrack zorgen. Dit is niet meteen de habitat van de ijsbeer, maar dat maakt het uitzicht niet minder spectaculair. “Weet je dat die ijsmuur op sommige plekken meer dan honderd meter hoog is?”

Wat verderop, aan de Monacobreen, een van Spitsbergens bekendste gletsjers, vaar ik in een zodiac langs eenzelfde ijsmuur en zie ik een deel ervan met eigen ogen instorten. Geen kwestie van klimaatopwarming, zo blijkt, want dit is de normale gang van zaken in Spitsbergen. Al valt er natuurlijk wel wat te zeggen over de impact van het klimaat. De temperaturen stijgen hier twee keer zo snel als het globaal gemiddelde, wat van Spitsbergen ‘ground zero’ maakt in de strijd tegen klimaatverandering. En hoewel de streek er in juli nog behoorlijk winters uitziet, zijn veel van de gletsjers niet meer wat ze ooit geweest zijn.

Ondertussen komt het einde van de expeditie aan zicht en sta ik in de douche wanneer ik de kapitein door de intercom een opgewonden aankondiging hoor maken: er zijn ijsberen in zicht. Vliegensvlug kleed ik me aan, ren naar de boeg, kijk bezeten door mijn verrekijker en zie uiteindelijk drie witte stipjes in het water die recht op ons afkomen. Een moederbeer en twee welpen. Heel het schip slaakt een zucht van verlichting: dit is de kers op de ijskoude taart en het gedroomde einde van een prachtige expeditie.
Praktische info
• Wij maakten deze reis op uitnodiging van cruisemaatschappij Seabourn.
• Expeditieschip Seabourn Venture vaart in de zomermaanden geruime tijd door het Noordpoolgebied, met een focus op Spitsbergen, IJsland, Groenland en Nunavut (Canada).
• Mijn 11-daagse Spitsbergen-expeditie vertrok in Tromsø en eindigde in Longyearbyen, van waaruit een chartervlucht naar Edinburgh was georganiseerd. Voor een Veranda Suite (de standaardkamer, 35 vierkante meter met eigen badkamer en balkon) betaal je vanaf 8.999 euro per persoon, drank, eten, activiteiten en de chartervlucht inbegrepen.
Meer info: seabourn.com.Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier