Onze Champa Pandaw, gestrand op een zandbank. De perfecte plek voor een barbecue, zo zal even later blijken. (foto SRA)

Laos op het ritme van de Mekong

Sandra Rosseel
Sandra Rosseel Chef De Zondag

Een waterbuffel steekt briesend zijn kop boven water, wat verder staan enkele kinderen enthousiast te zwaaien, terwijl een visser onverstoord zijn netten uitgooit. Nog wat verder wanen we ons alleen op de wereld, terwijl we uitkijken over fotogenieke heuvels in duizend tinten groen. Al varend op de Mekong Laos verkennen, we krijgen er niet genoeg van.

Maar vooraleer we inschepen op ons drijvend hotel, verkennen we eerst een stukje Thailand. Vanuit Bangkok vliegen we naar Chiang Rai, in het hart van de gouden driehoek: het grensgebied van Thailand, Birma en Laos dat ooit beroemd – of moeten we zeggen berucht – was voor de opiumteelt. Maar daar zullen we morgen meer over te weten komen, vandaag zoeken we de hogere sferen op een veiliger manier op. Beginnen doen we met een bezoek aan Wat Rong Khun. Deze witte tempel is het levenswerk van kunstenaar Chalermchai Kositpipat, die in 1997 met de bouw begon, en daar nog altijd aan bezig is. Maar zelf onafgewerkt is het tempelcomplex ronduit indrukwekkend. Daarna bezoeken we de meer ingetogen tempel Wat Phra Kaeo. Ooit was dit de plek waar de Smaragden Boeddha – het belangrijkste boeddhabeeld in Thailand – werd gevonden, nu moet de tempel het met een replica in brons doen. Het originele beeld kan je in Bangkok bekijken.  

De witte tempel bij Chiang Rai is meer kunstwerk dan tempel, en een populaire plek bij influencers. (foto SRA)

De volgende dag zetten we koers richting Mekong, al houden we eerst nog een tussenstop in Chiang Saen, het punt waar Thailand, Birma en Laos samenkomen, van elkaar gescheiden door de Mekong en de Ruak. Hier bezoeken we het Huis van de Opium. Een charmant én bijzonder leerrijk museum over de geschiedenis, de productie en het gebruik van de drugs. 

Koloniale parel

En dan is het zo ver: we schepen in op de Champa Pandaw, ons drijvende thuis voor de komende zeven dagen. Het schip ziet er als een koloniale parel uit, maar heeft alle moderne comfort. En met amper 14 kajuiten – goed voor maximum 28 gasten – voelt het bijna alsof we een privéjacht opgestapt zijn. Eens geïnstalleerd verzamelen we op het bovendek, waar we vergast worden op welkomstcocktails. Een lokale groep zorgt – niet voor het laatste deze reis – voor traditionele muziek en de bijhorende dansen.

(foto SRA)

Terwijl ons schip stroomafwaarts vaart, staren wij gefascineerd naar het landschap. Fotogenieke heuvels in duizend tinten groen, met af en toe een hutje of een klein dorpje. We zien zandbanken met tenten op, van goudzoekers zo blijkt even later. Waterbuffels luieren op de oever, of steken briesend het hoofd boven water. We leggen aan om een Khmou-dorpje te bezoeken, de grootste minderheidsgroep van Laos, dat maar liefst 49 etniciteiten rijk is. Terwijl de kinderen ons al joelend verwelkomen, stappen we wat bedremmeld door het dorp. De woningen zien er sjofel uit, de bevolking is duidelijk heel arm. Onze gids benadrukt dat we ons geen ramptoeristen moeten voelen. “Rivages du Monde steunt de dorpen die we bezoeken, onder meer op vlak van onderwijs, om hen zo een betere toekomst te bezorgen.” Een bezoek aan de lokale school is dan ook een must bij elk dorp dat we bezoeken, net zoals het samen zingen van Frère Jacques.  Wanneer we terug naar de boot wandelen, hebben enkele vrouwen zelfgeweven sjaals uitgestald. Toerisme is ook hier een belangrijke inkomstenbron.

Grot vol boeddhabeelden

En zo kabbelt onze reis verder. We genieten van de prachtige natuur, bezoeken dorpjes, luisteren naar de interessante spreekbeurten van onze gids en kijken naar het leven op en langs de rivier. En dat terwijl het personeel ons in de watten legt. Het eten op het schip is ronduit fantastisch. Maar dat vindt de crew nog niet voldoende, en dus laat de kapitein het schip op een zandbank stranden.

“De kapitein laat het schip op een zandbank stranden. Het begin van een magische avond”

Die in een mum van tijd wordt omgetoverd tot een droomplek. Mét barbecue, een groot vuur, sfeerlichtjes en extra cocktails. Na het diner heeft het personeel nog een verrassing: we mogen wensballonnen oplaten en kijken ontroerd toe hoe die hun weg zoeken richting de fonkelende sterrenhemel.

(foto SRA)

De volgende dag bezoeken we de grotten van Pak Ou, verborgen in de voet van een indrukwekkende klif en gevuld met honderden boeddhabeelden. Daarna zetten we koers naar Luang Prabang, Unesco Werelderfgoed en tot 1975 de koninklijke hoofdstad van het nu communistische land. Met een tuktuk verkennen we de charmante stad. Later strekken we de benen op de nachtmarkt, de ideale plek om souvenirs in te slaan.

Een dag later bezoeken we het nationaal museum in het voormalige koninklijke paleis, waar we zowaar inkijk krijgen in de kamers van de koning en van de koningin… Zou dat de reden zijn waarom fototoestellen hier verboden zijn?  

Bedelronde

‘s Ochtends worden we om 5.30 uur al op het dek verwacht. We trekken te voet de stad in: het is tijd voor de bedelronde van de monniken. Die wandelen netjes tempel per tempel voorbij, terwijl wij bolletjes rijst in hun bedelkommen leggen.

De bedelronde van de monniken in Luang Prabang: een onvergetelijke gebeurtenis. (foto SRA)

‘s Namiddags trekken we naar de watervallen van Kuang Si. Na een wandeling door het prachtige park worden we beloond met een fenomenaal zicht: de waterval stort zich met veel geraas meer dan 60 meter naar beneden. We volgen het water stroomafwaarts, waar de natuurlijke zwempoelen lonken. Heerlijk!

We varen verder, en worden voor het eerst met tekenen van modernisering geconfronteerd: de dam en bijhorende elektriciteitscentrale van Xayaburi. Terwijl we het hoogteverschil van net geen 33 meter door middel van twee sluizen overwinnen, vertelt onze gids dat Laos de batterij van Azië moet worden. Hiervoor worden nog meerdere extra dammen op de Mekong gebouwd.

En dan moeten we ons schip inruilen voor een traditionele schuit. De Mekong is te ondiep geworden voor onze Champa Pandaw. We zetten koers naar Vientiane, de charmante hoofdstad die duidelijk nog de Franse koloniale stempel draagt. Inclusief een Arc de Triomphe. We sluiten onze reis af met een bezoek aan Xieng Khuan, beter bekend als het park van de boeddha’s, en aan Wat Si Muang, een van de mooiste tempels van onze reis. Waar we stiekem een dankwoordje prevelen: dit was echt een prachtige reis.

 

Praktisch

We maakten deze reis op uitnodiging van Rivages du Monde, de cruisemaatschappij die zich specialiseert in kleinschalige rivier- en zeecruises wereldwijd.

www.rivagesdumonde.be

De cruise van Chiang Rai naar Vientiane, of omgekeerd, is mogelijk vanaf 6.950 euro, vluchten, maaltijden, dranken én excursies inbegrepen. De reis duurt, vluchten inbegrepen, 14 dagen en 11 nachten. Afvaarten zijn mogelijk in januari, februari, oktober en november.

Zowel voor Laos als voor Thailand heb je een arrival card nodig. Die kan je digitaal invullen. Voor Laos heb je ook een visum nodig.

Zorg voor gepaste kledij: bij tempelbezoeken moeten knieën en schouders bedekt zijn.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier