China-expert Tom Van de Weghe

VRT-journalist en China-expert Tom Van de Weghe: “Als ik morgen een voorstel krijg, ben ik weg”

Op zondag houdt een mens zich al eens graag bezig met de belangrijke dingen des levens: de kwaliteit van de croissants, sport (beoefenen of bekijken) en een mooie wandeling of een uitje naar een museum. VRT-journalist Tom Van de Weghe gaat nog een stapje verder. Er mag op zondag al eens gekitesurft worden, al is ook die andere passie – China – nooit ver weg. Zeker niet nu zijn boek ‘Terug naar China’ uit is.

In het prachtige Gentse Wintercircus, waar startups uit de technologiesector en creatieve restaurateurs thuis zijn, loopt Tom Van de Weghe – in zijn vrijetijd curator van dit Wintercircus, van beroep nog steeds buitenlandjournalist – geregeld rond. Ook voor onze Ontbijtbabbel tref ik hem in die creatieve hub, al eindigen we ons gesprek tussen de noedels. En daar is een goede reden voor: Tom heeft net Terug naar China gelanceerd, een uiterst boeiend boek waarin hij uitgebreid het verhaal achter de Chinese eeuw vertelt en dertien jaar na het aflopen van zijn correspondentschap terugkeert naar de communistische wereldmacht. “Nog maar een paar decennia geleden heerste er enorme armoede in China; nu is het een militaire, economische en technologische supermacht. Mijn boek is geen ode aan het land, ook geen afbraak ervan, maar wel een blik op een van de meest ongelooflijke verhalen uit de geschiedenis van de mensheid.”

Eerst minder zware kost: hoe ziet jouw ideale zondag eruit?

“Vroeg opstaan, loopschoenen aan en samen met mijn vrouw een uur lang langs de Leie in Afsnee lopen, door een Breugheliaans landschap dat in elk seizoen charmant is. Daarna is het tijd voor koffiekoeken van de beste bakker van Sint-Denijs-Westrem: Bakker Luc. Tegen die tijd zijn onze kinderen, 19 en 16, wel wakker en ontbijten we samen op het gemak. Uiteraard lezen we de kranten en er wordt dan altijd gevochten om De Zondag. Ik neem er altijd twee mee omdat mijn kinderen allebei het kruiswoordraadsel willen invullen. In de namiddag volgt idealiter een uitstap naar een museum. En als het nog even kan, steek ik zondagavond graag de sauna aan bij ons thuis.”

“Misschien ben ik wel iets te gulzig op professioneel vlak”

Waar bezondig jij je aan?

“Ondanks het feit dat ik een vrouw heb die enorm begaan is met het klimaat – ikzelf trouwens ook – neem ik te vaak het vliegtuig. Het buitenland is nu eenmaal mijn job, maar ik ben ook een fervent kitesurfer en durf al eens een verre reis te maken om mijn hobby uit te oefenen. Om een voorbeeld te geven: op 12 september moest ik mijn manuscript indienen en nog dezelfde dag ben ik op een vliegtuig richting Brazilië gesprongen. Een andere zonde: ik ben een gadgetman. Ik was in 1998 de eerste in mijn vriendenkring met een gsm – en ik werd daarvoor uitgelachen. Maar ik durf al eens een zotte aankoop te doen: een goed fototoestel, een beamer, een smartwatch,… Ook ben ik gek op veilingen. Op zondag vind je me wel eens op de veiling van Maison Jules in Gent.”

Kitesurfen

“Ik loop en fiets graag, maar ik kan mijn hoofd pas echt leegmaken als ik op een board sta, een snowboard of een surfboard. Ik doe al vanaf mijn elfde aan windsurfen, ik geef daar ondertussen ook les in. Maar een jaar of tien geleden heb ik in Costa Rica het kitesurfen ontdekt, een sport met een enorme leercurve. Voor mij was het meteen de ideale sport om het hoofd leeg te maken. Je zit op het water en denkt alleen maar: wat ga ik doen om hier overeind te blijven? Je bent dan echt één met de elementen. Zaken waar wij ons nodeloos zorgen over maken, verdwijnen op het water. En op de sneeuw trouwens ook. Binnenkort begint het wintersportseizoen gelukkig weer.”

Ben je ook niet een klein beetje een workaholic? Je hebt vier jaar aan je nieuwe boek gewerkt.

“Het boek vereiste nu eenmaal dat ik de hele wereld afreisde om de invloed van China te duiden. Bovendien raakte ik China zelf eerst helemaal niet binnen. Maar het harde werk, en de vele passies, dat zijn wel familietrekjes. Misschien ben ik wel iets te gulzig op professioneel vlak. Ik laat me al eens graag overladen met werk. Maar een van mijn slogans is: it can be done. We vinden altijd wel een manier om het geregeld te krijgen. Ook China denkt trouwens zo.”

Waarom wilde je eigenlijk nog over China schrijven? In het eerste hoofdstuk wordt duidelijk hoe je daar tijdens je correspondentschap bent behandeld. Dat was soms met slagen en verwondingen, intimidatie, controle,…

“Ik ben daar inderdaad zwaar aangepakt. Maar het is zoals met boksen: je geeft niet op als je slaag krijgt. Je staat weer op. Ik heb het trouwens altijd jammer gevonden dat men in China niet begreep dat wij als buitenlandse journalisten objectief verslag wilden uitbrengen. Ik ben niet anti en ik ben niet pro, maar ik kijk als journalist wel heel kritisch naar zo’n wereldmacht. Mijn boek is geen ode, maar ook geen afrekening. Ik wilde gewoon vanuit mijn ervaring vertellen hoe China in elkaar zit. En dat is dus niet zwart-wit. Volledig begrijpen zullen we China nooit doen, maar het is wel belangrijk om een poging te doen, los van alle propaganda. Ik ben tegen het vijandbeeld dat over China wordt gecreëerd, want dat kan een self-fulfilling prophecy worden.”

Denk je dat je na dit boek nog terug mag naar China?

“De laatste keer duurde het negen maanden voor ik een visum kreeg. Ik had het gevoel dat ik er op proef binnen mocht. Als ik braaf ben, mag ik misschien terug, maar na dit boek – dat met zekerheid vertaald zal worden door en voor de Chinese overheid – kan ik weer persona non grata zijn. Ik weet het zelf niet. Het enige dat ik kan zeggen is dat dit geen anti-China-boek is, wel een kritische blik op het land.”

Na je correspondentschap in China ben je vijf jaar correspondent in de Verenigde Staten geweest. Ondertussen woon je alweer een aantal jaar in België. Kriebelt het niet om nog eenmaal correspondent te worden ergens?

“Aanvankelijk wilde ik Rusland-correspondent worden, maar ik heb dan het Chinese virus opgelopen en dat heeft me nooit meer losgelaten. Mijn vrouw heeft trouwens altijd liever daar dan in Amerika gewoond, terwijl het werk voor mij in de VS aangenamer was. Maar om op je vraag te antwoorden: ja, absoluut, ik zou het zo opnieuw doen. De honger is er op mijn vijftigste nog steeds. Mocht ik morgen een voorstel krijgen om te vertrekken, dan ben ik direct weg. Naar Rusland, China, India,… maakt niet uit. Maar helaas wordt het als journalist niet makkelijker om die landen binnen te raken. De VRT heeft zijn afdelingen in Rusland en China gesloten, terwijl die landen alleen maar belangrijker zijn geworden. We hebben wel nog een correspondent in Amerika, maar daarmee tonen we een wereldmacht die langzaamaan vergaat. Het is niet meer Amerika dat de plak zwaait.”

Nog iets opmerkelijks uit het boek: jij hebt Xi Jinping ooit ontmoet.

“Klopt, al was hij toen nog vicepresident. Ook Trump heb ik ooit geïnterviewd. Poetin? Nee, die helaas niet.”

‘Terug naar China’ is verschenen bij Borgerhoff & Lamberigts en kost €27,50.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier