Vanavond gaat in het Dudenpark officieel het nieuwe voetbalseizoen van start met de Supercup, een duel tussen de succesvolste ploegen van de vorige jaargang van de Jupiler Pro League: titelwinnaar Union en bekerwinnaar Club Brugge. Een openingsinterview met Philippe Bormans, CEO van de landskampioen. “Een nieuwe titel of een bouwvergunning voor een nieuw stadion? Dat is een onmogelijke keuze.”
Het is rustig bij Union. Verhalen over toxisch leiderschap, interne verdeeldheid of onverkwikkelijke transfersoaps vallen er niet te rapen. De aanvraag voor de bouw van een nieuw stadion is ingediend en in Zaventem werd een nieuw oefencomplex in gebruik genomen. Voor het eerst in vier jaar is de coach gebleven en ook de transferbedrijvigheid evolueert naar wens. Drie basisspelers vertrokken: doelman Moris (naar Al-Khaleej), verdediger Machida (voor 4,75 miljoen naar Hoffenheim) en Sadiki (voor 17 miljoen naar Sunderland). Werden al aangetrokken: middenvelder Zorgane (voor 4,3 miljoen van Charleroi) en spits Florucz (voor 5 miljoen van Olimpija Ljubljana). Prioriteit is nu de aanwerving van een nieuwe doelman. Maar er is tijd. Europese voorrondes moeten er niet gespeeld worden en in de Jupiler Pro League ligt het zwaartepunt op het einde: vorig seizoen stond Union na dertien speeldagen pas tiende, maar werd het toch nog kampioen. Dat neemt niet weg dat het de Supercup absoluut wil winnen. “Het is een trofee”, zegt CEO Philippe Bormans. “We zullen er zeker voor spelen.”
Welk seizoen verwacht je?
“Hoe het zal lopen, is heel moeilijk te voorspellen. Dat hangt ook af van de sterkte van de tegenstanders. Maar ik denk dat we weer over een heel kwalitatieve groep beschikken. Zoals elk jaar zullen we ook nu weer elke match proberen te winnen. Met die mentaliteit, die grinta en wat kwaliteit geraak je meestal ver. Voorspellingen zijn voer voor analisten, daar hoeven wij gelukkig niet te veel ons hoofd over te breken. Het zal toch weer pas bij het begin van de lente duidelijk worden wie er zal meedoen. Met de Champions League wacht ons een supermooie uitdaging en we weten dat we in het verleden na Europees voetbal nooit punten hebben laten liggen in de competitie.”
In welke zin heeft het winnen van de titel jullie gesterkt?
“De klik is er al gekomen het jaar ervoor met de bekerwinst tegen Antwerp. Voor ons was dat de eerste echte prijs en je voelde toen bij iedereen: we willen meer. Een paar maanden later wonnen we ook de Supercup op het veld van kampioen Club Brugge en dat versterkte dat geloof en die honger nog meer. Nu we zelf kampioen zijn, zullen we zeker niet minder hard willen presteren. Commercieel blijft het moeilijk in dit stadion, wat niet wegneemt dat je de beleving voelt bij de abonnementenverkoop. Maar wat dat betreft, is het bij ons een beetje Tomorrowland in het klein: heel veel vraag en heel weinig aanbod. Het is wachten op dat nieuwe stadion.”
“Een voordeel is zeker dat iedereen ons nu kent en dat het makkelijker is om een speler te overtuigen om naar ons te komen. Wie wil er niet tekenen voor een traject als dat van Undav, Boniface en Amoura? Anderzijds is het door onze succesvolle aanwervingspolitiek financieel moeilijker geworden omdat clubs redeneren: als jullie hem willen, zal er wel iets zijn dat wij niet gezien hebben. Dan wordt het ineens een andere prijs.”
Zoals Audoor van Club Brugge?
(ontwijkt) “Ons voordeel is dat wij ons nooit toeleggen op slechts één optie. Dan kijken we verder op de lijst. Qua prijs proberen wij altijd heel correct te zijn, zowel bij inkomende als uitgaande transfers. Wij denken ook mee met spelers die een kans krijgen om een nieuwe stap in hun carrière te zetten.”
“Het is makkelijker geworden om een speler
te overtuigen om naar ons
te komen”
Ivanovic en David zijn er nog: maakt het vooruitzicht op Champions League-miljoenen de nood om te verkopen minder groot?
“De voorbije jaren waren Boniface, Amoura en Puertas er rond deze tijd ook nog. Eén van de twee, Ivanovic of David, kan nog vertrekken, maar dat is voor ons geen must. Als Real Madrid komt, wil een speler direct vertrekken. Maar als het is om in een grote competitie tegen de degradatie te gaan voetballen, ga je wel twee keer nadenken natuurlijk, wetende dat je hier Champions League kunt spelen.”
Lukt het om de loonmassa onder controle te houden?
“Wat is loonmassa? De basislonen willen wij beheersbaar houden, omdat we nog altijd een kleine club zijn en diezelfde vaste inkomsten niet hebben. Natuurlijk, als de prestaties top zijn, compenseren bonussen dat grotendeels. Maar niemand komt naar Union om rijk te worden.”
Moeten we Union nu niet een topclub noemen, nadat jullie de laatste vier jaar de beker wonnen, kampioen werden en twee keer als tweede en een keer als derde eindigden?
“Wel, op basis van de prestaties van de laatste vijf seizoenen zijn we net officieel lid van de G5 geworden – we steken AA Gent voorbij. Maar dat betekent niet dat we over het budget van een topclub beschikken.”
Wat verkies je: een nieuwe titel of een bouwvergunning?
“Dat is een onmogelijke keuze (lacht). Maar als je puur naar de waarde kijkt, dan is die van een nieuw stadion onbetaalbaar.”
Is 16.000 toeschouwers jullie maximale groeicapaciteit?
“We moeten zeker niet te groot willen denken: als je in België de gemiddelde toeschouwersaantallen bekijkt, dan denk ik dat we al serieus gaan mogen werken om dat stadion elke wedstrijd gevuld te krijgen. Of je dan sportief aan de top zal meedoen, zal afhangen van of je goed blijft werken en goeie transfers blijft doen. Zelfs in ons huidige stadion slagen wij daarin.”
Nu de tv-rechten aan het devalueren zijn: hoe zie je de komende tien jaar het voetballandschap evolueren?
“De evolutie is dat het de jeugd almaar minder aanspreekt om negentig minuten achter hun tv te gaan zitten om een volledige wedstrijd te zien, maar er komen andere dingen in de plaats. Onze inkomsten zullen meer en meer uit transfers komen. Dat veranderende landschap zien wij dus positief tegemoet, ook door onze investeringen in jeugdopleiding en doorstroming. Ik ben vooral heel nieuwsgierig naar wat er zal gebeuren met onze klacht bij de Belgische Mededingingsautoriteit tegen het inbetonneren van U23-teams in 1B. Dát zijn dingen waarvan we wakker moeten liggen: in welk competitieformat zullen we spelen en hoe positioneren wij ons tegenover andere landen? De rest wijst zichzelf.”
(Christian Vandenabeele)
Verwachte opstellingen