Michael Freilich over integratie, lachen met de Holocaust en het initiatief van Abou Jahjah: “Ik vrees voor mijn veiligheid”

“Ik ben heel bevreesd voor het initiatief van Abou Jahjah en Ahmet Koç. Ik vrees zelfs voor mijn fysieke veiligheid.” Aan het woord is Michael Freilich, opiniemaker en hoofdredacteur van Joods Actueel. Vandaar dat hij een tegenbeweging wil opstarten. Een gesprek over integratie, geloof en lachen met de Holocaust.

Vandaag is het Pinksteren, en dat is ook voor de joden een belangrijke feestdag, Shavoe’ot genaamd. “Wij herdenken die dag de openbaring van de Thora, of de Bijbel, door God aan het joodse volk”, vertelt Freilich. “Dat doen we vijftig dagen na Pesach, het joodse paasfeest, en was dinsdag al. We blijven dan één nacht wakker in de synagoge om de Thora te bestuderen. Daarna volgen twee dagen van feest.”

U noemt uzelf modern orthodox. Wat betekent dat?

Ik probeer de balans te vinden tussen mijn geloof en de moderne samenleving. Ik hou de sabbat in ere, ik draag een keppeltje, maar ik kom ook in de stad, ik kijk televisie. De ultraorthodoxen doen dat niet. Zij blijven weg van alles wat niet koosjer zou kunnen zijn. Zij hebben bijvoorbeeld geen televisie en internet. Ik behoor tot een minderheid in dit land. De meerderheid van de joden is liberaal, niet praktiserend dus.

Als het over integratieproblemen gaat, wordt steevast naar de moslimgemeenschap verwezen. Is de joodse gemeenschap beter geïntegreerd?

Dat denk ik wel. Wij zijn afwezig in de criminaliteitscijfers, wat een indicator is. Anders dan moslims leven we hier ook al honderden jaren. Anderzijds zetten wij ook zelf structuren op, netwerken tegen armoede bijvoorbeeld, waardoor we de samenleving niet ten laste zijn. Wij bewaren wel onze eigenheid. Het ritueel slachten bijvoorbeeld. Dat was ook nooit een probleem. Wij doen dat met respect voor het dier. Tot de politiek het islamitische ritueel wou verbieden, en wij daar nu het slachtoffer van zijn. Idem voor het keppeltje. Dat was nooit een probleem, tot de politiek komaf wou maken met de hoofddoek, en alle religieuze symbolen begon te viseren om niet partijdig over te komen.

Zorgen die structuren, zoals aparte scholen, niet voor isolatie, in plaats van integratie?

Ik denk oprecht van niet. Ik ben het product van een joodse school, en ik leef volop in de samenleving. Ook mijn joodse vrienden: die zijn advocaat, architect of loodgieter, en soms amper te herkennen als jood. Dat hoeft dus geen belemmering te zijn. Je kan het vergelijken met het katholiek onderwijs. De ultraorthodoxe gemeenschap leeft wel meer geïsoleerd, dat klopt. Maar wie zoals Jeroen Meus (voor het één-programma Goed Volk, red) de stap durft zetten naar hen toe, zal zien dat ook zij openstaan voor gesprek.

In de jaren dertig zwegen de joden. Die fout gaan we geen twee keer maken.

Sommige joodse scholen houden vast aan het scheppingsverhaal, en negeren de evolutieleer. Vindt u dat niet problematisch?

Alleen de ultraorthodoxe scholen doen dat. Maar dat zou anders moeten, ja. Dat is ook intern een groot debat. Ik zou liever zien dat alle joodse scholen de eindtermen van de overheid volgen. Dat kan ook. Je kán onderwijzen dat er naast de Thora een evolutieleer is, of dat de teksten van de Thora niet letterlijk te nemen zijn. Het stemt mij alvast hoopvol dat één van de drie ultraorthodoxe scholen dit jaar overgestapt is naar de eindtermen. Ik verwacht dat de twee andere volgen. Probleem is ook dat in België elk kind wel leerplicht heeft, maar dat dat niet gekoppeld is aan eindtermen.

Hoe zijn de relaties tussen de joodse en de islamitische gemeenschap in dit land?

De meeste moslims die ik ken, respecteren ons en bewonderen zelfs hoe wij onze manier van leven integreren in de samenleving. Anderzijds: ik ben heel bevreesd voor het initiatief van Abou Jahjah en Ahmet Koç die een politieke partij willen opstarten. Ik vrees zelfs voor mijn fysieke veiligheid, en die van alle joden in dit land. Abou Jahjah gebruikt graag opruiende taal. Als hij dan iemand vindt zoals Koç, een aanhanger van Erdogan mét geld en middelen, dan maakt mij dat bang. Wij zijn de aanslag op het joods museum niet vergeten (mei 2014, red). Onze scholen en ook onze redactie hebben vandaag al kogelvrije deuren. Ik begrijp niet dat zo iemand zoveel ruimte krijgt op de VRT. Maar ik laat het daar niet bij.

Wat gaat u doen?

Een tegenbeweging opstarten. Samen met Selahattin Koçak (voormalig politicus, red), een moslim. Wij gaan aantonen dat er meer is wat ons bindt dan wat ons scheidt. Selahattin en ik hadden vaak meningsverschillen, over het conflict in het Midden-Oosten bijvoorbeeld. Wel, één van de eerste zaken die wij gaan doen, is Israël bezoeken. En we nemen mensen mee die aan internethaat deden. Als je iets wil veranderen, moet je samenwerken met mensen die anders denken. Ons project is al afgetoetst bij staatssecretaris Zuhal Demir (N-VA, Gelijke Kansen, red). En we voelen steun. Burgemeester Bart De Wever wil zelfs het stadhuis van Antwerpen openzetten voor de officiële voorstelling van ons project, waarschijnlijk eind deze zomer. Let op: we starten geen politieke partij.

Ofwel pak je het antisemitisme af van Unia, ofwel duid je een andere directeur aan.

Dat Israëlisch-Palestijns conflict hier wat minder oprakelen, zou dat het samenleven niet ten goede komen?

Wij rakelen dat niet om de haverklap op. Maar als er kritiek komt, dan reageren wij. In de jaren dertig zwegen wij toen er maatregelen tegen ons genomen werden. Die fout gaan we geen twee keer maken. Let op, ik kan leven met kritiek op het beleid van Israël, maar niet met kritiek op het bestaansrecht van de staat. Israël is de enige joodse staat ter wereld. Was die er in de jaren dertig al, dan wisten we waar naartoe. Onze gevoeligheid is dus normaal.

Dat Israël mensenrechten schendt, mag ik dat zeggen?

Dat mag u zeggen. Maar u moet dat staven met juiste cijfers. Dat is wat veel linkse ngo’s niet doen. Ik hoorde onlangs iemand zeggen dat Israël Gaza onder water zet door de dammen open te zetten. (feller) Er zijn helemaal geen dammen in Gaza. Ik ben trouwens de eerste om kritiek te uiten op premier Netanyahu. Mensen die Joods Actueel lezen, weten dat.

Dat u en de joodse gemeenschap snel verontwaardigd zijn, klopt dat?

Ik vind van niet. Wij kunnen goed lachen met onszelf, met onze rare gewoonten of met ons geloof. Dat is ook een verschil met de moslimgemeenschap. Wij kunnen zelfs lachen met aspecten van de Holocaust. Maar dat moet met respect gebeuren. Lachen met de daders bijvoorbeeld, niet met de slachtoffers. Dat duizenden joodse kinderen vergast werden, vind ik niet om mee te lachen. Komieken als Alex Agnew lachen graag met de Holocaust, maar doen dat zonder respect. Geert Hoste is een voorbeeld van hoe het wel kan. Vergeet niet dat de Holocaust nog steeds zeer actueel is voor ons. Naast mij in de synagoge zit een man van bijna negentig. Op zijn arm staan cijfers getatoeëerd: zijn nummer van Auschwitz. Dan moet ik dat uitleggen aan mijn kinderen.

Is antisemitisme een groot probleem in dit land?

Neen, dat kan ik niet zeggen. Als we op straat nageroepen worden, wat niet vaak gebeurt, is het meestal door jonge, onwetende moslims. Ook het fysiek geweld is tot een minimum herleid. Anderzijds zien we wel meer internethaat. Wij zitten helaas met het probleem-Unia (centrum voor gelijke kansen, red). Dat focust vooral op racisme tegenover moslims en schuift antisemitisme aan de kant als niet-prioritair. Wij voelen ons als joodse gemeenschap niet gehoord. Gelukkig werkt de politiek aan een oplossing. Voor mij is het duidelijk: ofwel pak je het antisemitisme af van Unia, ofwel duid je een andere directeur aan.

Denkt u aan uzelf? U was kandidaat in 2012.

Ik was toen blijkbaar een jaar te jong om directeur te worden. Denk ik nu aan mezelf? Het zou alleszins beter zijn mocht er een jood bij Unia werken. Maar dat is niet het geval.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier