Sven Ornelis

“In mijn perkament wordende huid wil ik herinneringen neerschrijven”

Ben je 74 jaar en 8 maanden, dan ben je volgens een nieuwe Duitse studie “oud”. Ik kan mezelf nog 24 jaar jong noemen, maar ben ook niet bang voor ouderdom. Ik kan de schoonheid van de jeugd wel waarderen, maar zelf heb ik er geen behoefte meer aan. Rimpels doen me niets, ik koester ze. In mijn perkament wordende huid wil ik herinneringen neerschrijven. Kaalheid is een kwaliteit. Die strijd die veel mannen blijven strijden, geen haar op mijn hoofd maakt zich dáár nog zorgen over. Mijn handen worden ouder, maar ze doen me denken aan die van mijn grootouders, lang geleden, en dat is geruststellend. En ik ben opgelucht met de mildheid die soms in mij sluipt. Ervaring opbouwen is geluk verzamelen, als je dat wilt. Je hebt alles al eens meegemaakt, of toch al veel. Daar kun je verbitterd van raken of optimistisch, want alles komt altijd min of meer goed. Of het stopt. De schrik dat mijn jaren op zullen raken ken ik (nog) niet. De dwaze dood neemt soms kinderen of jonge ouders van ons af; ik ben al minstens halfweg geraakt. Ik ben maar voor een ding bang: afhankelijk worden. Mijn vrijheid kwijt geraken. Dat ik niet meer zou kunnen wandelen naar waar ik wil. Of reizen. Dat ik geen trap meer af zou raken of zelf netjes naar het toilet gaan. Die aftakeling, dat mijn lichaam het echt laat afweten en ik verzorgd moet worden, of betutteld, daar ben ik soms wat ongerust over. Of nog erger: dat mijn geest gaat haperen. Dat ik de dingen dan zes keer na elkaar ga zeggen. Ik vergeet nu soms al de namen van mensen die ik al erg lang ken. Dat ik dan “ik ben dingske tegengekomen, allez, ge weet wel”, tegen mijn partner zeg. Dat baart mij soms zorgen. Maar oud worden op zich lijkt mij zalig. Ik hoop enkel dat het waardig mag zijn. Neem mijn tanden desnoods van mij af, geef mij een sterkere bril en een hoorapparaat, een wandelstok. Maar neem me mijn vrijheid toch niet af om tot aan het einde jong van geest te blijven. Dat schrijf ik nu neer, als prille vijftiger. We zien wel wat dat geeft, op mijn 74ste en 8 maanden. Maar ik ben hoopvol.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier