Kurt Vandemaele

Kurt keek op de week

Kurt keek op de week: Memorabel

Iedere week kijkt Kurt Vandemaele op zondag terug op wat de voorbije week voor hem memorabel maakte.  

Zondag is de dag dat er even niets moet. Zelfs de zaterdag kan dat niet pretenderen. Dan moet alles waar er op weekdagen geen tijd voor was. Maar op zondag valt het leven even stil. En ik heb dan de gewoonte om terug te blikken. Sinds enige tijd noteer ik voor mezelf wat er memorabel was aan de voorbije dagen. Ik wil de dagen van elkaar kunnen onderscheiden. Anders heb ik niet het gevoel dat ik geleefd heb. Voor je het weet is het verleden één grijze brij waarin je niets meer terugvindt. In politiefilms zie je soms van die ondervragingen: ‘Waar was je vier oktober van vorig jaar?’ Terwijl velen onder ons niet eens meer weten waar ze gisteren waren. Je ziet een film en een halve dag later heb je geen idee meer waarover hij ging. Mij zal het niet overkomen. Ik hou een boekhouding bij van wat ik op welke dag anders vond dan op de doorsnee dag.

Helaas zijn de oorlogen en het geweld al lang niet meer uitzonderlijk. Dus geen oorlogen en aanslagen in mijn boekje. Op maandag noteerde ik ‘vermageringskuur voor De Lijn’. Hoewel, is dat zo opmerkelijk? Besparingsrondes zijn vaste kost geworden, maar de hervormingen van maandag gingen schijnbaar niet in de eerste plaats om geld. Maandag kwamen sommigen erachter dat ‘Busje komt zo’ niet alleen een liedje maar ook een leugen is. Want hier en daar komt het busje niet meer. De babbel die ik met mobiliteitsexpert Stef Proost had over dat thema zal me ook bijblijven. En wel om de weinig heugelijke gedachte dat iedere manier om ons te verplaatsen, tenzij zelf stappen of trappen, in de toekomst noodzakelijk veel duurder zal worden. Diezelfde dag nam ik de trein naar Brussel, maar ik voelde me door de trein genomen. Een gevoel dat velen kennen. Reizen met de trein wordt bijna tijdreizen: de NMBS flitst ons keer op keer terug naar de tijd dat treinen niet vooruitgingen. Ik raapte een rondslingerende krant op en las dat wetenschappers nu aan het gekakel kunnen horen of een kip blij is. Tja.

Dinsdag onthou ik omwille van de winterzon en de staalblauwe hemel. De ijselijke koude kon me niet deren, ik stapte om me te laven aan de kleuren die we al veel te lang moeten missen in de grijze brij die al maanden ons landschap overspant. De felle laaghangende zon maakte iedere tint in de lucht intenser en heviger, ook het rood van de bakstenen. Zelfs het asfalt kreeg een haast filmische gloed. Zon en koude, een combinatie die in tijden van klimaatopwarming nog aanlokkelijker is.

Woensdag werd ik er nog maar eens aan herinnerd waarom het voetbal me al lang niet meer kan bekoren. Een Gentse jongen van achttien werd voor zeventien miljoen verkocht aan een Franse club die vijftiende staat in de Franse competitie. Ik stam uit tijden dat voetbalclubs geen eigenaars hadden, maar verenigingen waren waarbij je je aansloot om vrienden te maken en te bewegen. Mijn moeder breide sjaal en muts en naaide een vlag en ik zong me de keel uit het lijf om de helden aan te moedigen die al mijn hele jeugd de clubkleuren verdedigden. Nu sluit mijn favoriete club van weleer de rangschikking in eerste klasse en zijn de spelers die net aangesloten zijn alweer vertrokken voor ik erin slaag hun namen uit te spreken. De clubeigenaar is er in geen tijden te bespeuren geweest. Benieuwd of hij nog leeft.

Donderdag 11 januari noteerde ik de naam van de Oostenrijks-Duitse Marlene Engelhorn, ‘een geluksvogel in de geboorteloterij’ zo bestempelt ze zichzelf. ‘Tax the rich’ schreeuwen de rode affiches van PvdA al jaren en er zijn rijken die dat ook vinden. Marlene Engelhorn heeft problemen met het feit dat Oostenrijk de erfbelasting afschafte. Ze vindt dat de rijken verhoudingsgewijs moeten bijdragen aan de maatschappij waaraan ze hun rijkdom te danken hebben. En ze houdt het niet bij woorden. Mevrouw Engelhorn schenkt maar liefst 25 miljoen euro weg en stelde deze week een betaalde raad van vijftig wijzen samen die ervoor moeten zorgen dat het geld de samenleving ten goede komt. Een voorbeeld dat vast weinig navolging zal krijgen, maar des te uitzonderlijker is. Onthouden die naam. 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier