Sven Ornelis

Sven Ornelis: “Het leek bijna een bijeenkomst van de AA, maar dan met alcohol”

Eigenlijk zou mijn vriend Sjaak komen eten vrijdag. Hij woont in Den Haag en wij zijn al meer dan dertig jaar bevriend. We horen elkaar elke week. En we zien elkaar minstens om de twee maand. Ik ken Sjaak van in mijn studententijd in het Heilige-Geest-College in Leuven, midden jaren 90. Dat was een peda, een studentenhuis, waar enkel mannelijke studenten woonden. Sjaak was toen al pastoor en ik vond, ondanks mijn studies Godsdienstwetenschappen, toch een iets wereldser job. Omdat Sjaak sowieso al langs zou komen dacht ik: “Waarom nodig ik Hans en Fré dan ook niet uit?” Nog vrienden die ik aan die mooie jaren heb overgehouden. En Stefaan, die zie ik nu wat minder, maar dat is ook zo’n fijne man. En nu ik toch bezig ben… hoe zou het nog zijn met Ludovic en Joris en Stijn? Erwin woont in Amerika en Jorge in het zuiden van Frankrijk. Maar wie weet hebben die andere boys wel goesting om nog eens af te spreken? Voor ik het wist had ik een reünie georganiseerd. Zeven mannen die elkaar kennen van toen ze jong waren en het leven nog open lag, zowel op professioneel als op relationeel vlak. Toen we aan tafel gingen stelde ik voor: “Als iedereen, van jong naar oud, nu even de tijd neemt om de rest wat bij te praten. Wat is er de voorbije decennia gebeurd in je leven? Hoe voel je je vandaag? Wat zijn je dromen nog?” Het werd echt een waanzinnig warme avond met verrassend eerlijke getuigenissen. Het leek bijna een bijeenkomst van de AA, de anonieme alcoholisten, maar dan wel met alcohol. Met goede wijn, lekker eten, veel respect, applaus en troost. En wat onbegrip ook: het kan toch niet waar zijn dat wij, die bende jonge gasten uit Leuven, zoveel successen en mislukkingen hebben verzameld, maar ook dubbele kinnen en kale hoofden, bedrijfjes en eigendommen, burn-outs, mislukte huwelijken en nieuwe liefdes, en dat we nu zelfs de vijftig voorbij zijn? De dag nadien voelden we onze leeftijd wel weer… Maar die avond uit de duizend nemen ze ons nooit meer af, en doen we binnenkort nog eens over. Dan zijn we immers tachtig.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier