PVDA-boegbeeld Raoul Hedebouw schiet met scherp op alles wat beweegt: “Links moet niet treuren, maar eindelijk weer dúrven”

LUIK – Zijn partij was een grote winnaar van de verkiezingen, maar wordt overal van de macht gehouden. Dat maakt Raoul Hedebouw strijdvaardig, maar ook kwaad. Op de “arrogante” Elio Di Rupo, de nieuwe numero uno van Wallonië. Maar ook op de “hold-up” van N-VA. Hedebouw is ook scherp voor de linkse partijen in Vlaanderen. “Weet u wat ik vaststel? Dat extreemrechts goed scoort, waar linkse partijen niet dúrven.”

Het is vrijdagvoormiddag. Regendruppels vallen op het postmoderne treinstation van Luik. We drinken een dampende koffie in het stationscafé. Raoul Hedebouw glundert. Het flamboyante boegbeeld van de marxistische PVDA behaalde op 26 mei net geen 50.000 voorkeursstemmen. “Dat maakt me heel gelukkig”, zegt hij. “Ik ben nu een zwaargewicht, vertellen de mensen. Politiek dan, niet fysiek. (lacht) Maar ik ga niet zweven, hoor. Ik ben met de bus naar hier gekomen, en ik ga straks met de trein naar Brussel. Ik hoef geen chauffeur. Ik moet onder de mensen kunnen zijn. Ik heb dat nodig. Als ik geen mensen zie, dan droog ik uit, net zoals een plant die geen water krijgt.”

De Luikenaar praat vlekkeloos Nederlands. Dat komt door zijn Vlaamse roots: vader is West-Vlaming, moeder is van Limburg. Hij heeft trouwens nóg een reden om te glunderen. Hij verklapt dat hij halfweg december voor de tweede keer vader wordt. Na Esteban (3) komt opnieuw een zoontje. Even rekenen: dat maakt maart voor de making of. Hedebouw schatert het uit. “Je ziet: ik heb ook in volle campagne tijd genomen voor ontspanning. Ik kijk ernaar uit, hoor. Al waarschuwen vrienden mij. Twee kinderen vormen een ware challenge, zeggen ze, zeker de eerste levensjaren. Ik ben benieuwd.”

Op het moment van dit gesprek legt Elio Di Rupo (PS) de eed af als Waals minister-president. Dat gebeurt in Namen, waar het parlement gevestigd is. Di Rupo leidt een coalitie van PS, MR en Ecolo. De partij van Hedebouw, nochtans de grote winnaar in Wallonië, valt uit de boot. Dat is een constante in heel België.

Wat vindt u van uw nieuwe minister-president?

(laconiek) Noemt u dat nieuw? Hij was dat al twee keer. Ook het regeerakkoord bevat weinig nieuwigheden. Ik lees daarin 42 keer het woord ‘poursuivre’ en 30 keer het woord ‘continuer’. De nieuwe regering zet gewoon het beleid voort van de vorige regering. Dat betekent vooral veel steun aan grote bedrijven.

Ik lees ook veel klimaatambitie, veel investeringen, gratis openbaar vervoer …

(pikt in) Dat zijn de goede punten. Dat geef ik toe. Maar vanwaar gaan de centen komen? Daarover lees ik niets. Willy Borsus (MR-minister, red) liet al noteren dat het geld zal komen van besparingen in de openbare diensten. Met andere woorden: van de modale man in de straat. Et voilà: de aap is uit de mouw. Maar dat zegt Di Rupo niet, hè. (op dreef) Het beleid verandert niet: dát is mijn grootste kritiek. Dit is geen progressief regeerakkoord. De regering houdt vast aan de rechtse mantra: geef de captains of industry genoeg geld, en het volk zal mee profiteren. Ik geloof daar niet in.

“De N-VA is een hold-up aan het plegen. Dat maakt me woedend.”

Als u een linkser akkoord wou, dan had u zelf moeten springen. U hebt de kans gekregen.

We hebben drie keer aan tafel gezeten met de PS. Dat marcheerde niet. U moet weten: de PS is een arrogante partij. Zij zijn de grootste, en laten dat ook voelen. De kiezer heeft nochtans een écht links signaal gegeven. Wij hebben die verandering op tafel gelegd. Maar Elio zei njet.

Waarom heeft de PS dan geprobeerd met u een regering te vormen?

Dat was geen ernstige poging. Wat wou Di Rupo aan ons geven? Een minister zonder budget. Dat is niet ernstig. Dat is een beproefde strategie van de PS. Ze hebben dat Ecolo ook eens gelapt. Wij waren niet bereid daarin mee te stappen. De PS had eigenlijk één doel: aantonen dat de PVDA niet kan besturen. Zo wil ze onze kiezers terug lokken. Ik noem dat theater.

Kent u Di Rupo eigenlijk?

Neen. Ik heb hem nog nooit onder vier ogen gesproken. Zelfs in het parlement zegt hij amper goeiedag. Dat is opnieuw die arrogantie.

Moet u ook niet in eigen boezem kijken? Zelfs ABVV-voorzitter Robert Vertenueil verwijt u dat u geen verantwoordelijkheid wil opnemen.

(zucht) Ik vind dat raar van hem. Wij namen een deel van zijn programma mee naar de onderhandelingstafel. Wat wil hij dan? Dat we dat opgeven? Neem de sociale huisvesting. Dat stond in zijn programma. Maar liefst 40.000 Walen staan op een wachtlijst. Wij eisten een groot plan. We vroegen geen 40.000 woningen, maar toch minstens 20.000. Di Rupo zei neen. Ik zie dat zijn regering nu 3.000 woningen voorziet. Dat is toch belachelijk? Nu, ik hoor ook andere geluiden uit de vakbond. Ik maak me niet ongerust.

“De N-VA is een hold-up aan het plegen. Dat maakt me woedend.”

Hoeveel van die breekpunten had u?

Twaalf. Vindt u dat veel? We komen van een programma van 500 maatregelen. We mogen toch íets op tafel leggen? De politieke ethiek bijvoorbeeld. Wij vinden 5.000 euro genoeg voor een minister. Dat is een halvering van het loon. Di Rupo helemaal werd bleek in zijn gezicht, toen we dat op tafel legden. Maar dat is nu eenmaal cruciaal voor ons: dat is waarom de mensen op ons stemmen. (denkt na) Kijk: Di Rupo had niet op élk punt moeten toegeven. Dat verwachtten wij ook niet. Maar we wilden wel enkele toegevingen. Die kregen we niet. We stellen vandaag vast dat de MR die wel krijgt. Dat zegt genoeg, zeker?

Maar wou u echt regeren? Velen twijfelen daaraan.

Jawel, maar alleen om een echte breuk te realiseren. Dat bleek nu niet mogelijk. De PS heeft 26 procent, wij 14 procent. We hebben dat gevoeld aan tafel. Dat verschil is nog te groot om een echte breuk af te dwingen. Als de krachtsverhouding anders wordt in 2024, zal er wel iets mogelijk zijn. Dat is nu ons doel. We moeten volgende keer nóg beter scoren. Dan gaan de anderen moeten luisteren. Ook op federaal vlak trouwens. Het is toch onwaarschijnlijk dat wij geen enkele keer uitgenodigd zijn door de informateurs?

Vreest u geen paria te worden?

Neen. Waarom?

Om wat u zonet zei. Uw partij gaat op Vlaams Belang lijken. Ik bedoel: u bent de grote winnaar van de verkiezingen, maar u valt overal uit de boot. Niemand wil met u samenwerken.

Wij pleiten voor radicale verandering. Daarom zien de traditionele partijen ons niet graag komen. Maar wij zijn daarom geen paria. We vormen bijvoorbeeld een coalitie met SP.A in Zelzate en met Groen in Borgerhout. Dat sterkt mij in mijn overtuiging dat het wel degelijk kan. Ik voel zelfs sympathie van andere partijen. Dat is iets anders dan het cordon sanitaire.

Bent u voorstander van dat cordon?

Jawel. Vlaams Belang is geen democratische partij. Dat is extreemrechts, en dus gevaarlijk. Waar extreemrechts aan de macht komt, worden mensenrechten geschonden: agressie tegen vakbonden en migranten, ongelijke behandeling van mensen, noem maar op. Ik vrees echter dat het cordon zal sneuvelen. De vrijage tussen N-VA en Vlaams Belang was géén theater. De Wever meent dat. Je ziet dat aan zijn nota voor de Vlaamse regering. N-VA zal een volgende keer wél in zee gaan met Vlaams Belang. Dat zou eigenlijk een alarmsignaal moeten zijn voor alle democratische partijen. Weet u trouwens wat ik vaststel? Dat extreemrechts goed scoort, waar linkse partijen niet dúrven.

“Wat wou Di Rupo aan ons geven? Een minister zonder budget. Dat is niet ernstig.”

Is dat een kritiek aan de linkse partijen in Vlaanderen?

Deels. Mijn partij durft wel. We zijn daarvoor ook beloond. Maar voorts … (even stil) De SP.A is veel te ver meegegaan in dat liberale verhaal. Als we extreemrechts willen verslaan, dan moeten we weer linkse taal durven spreken. (op dreef) Zég dat de rijken meer moeten betalen. Zég dat er openbare bedrijven nodig zijn. Zég dat de ontslagronde van KBC niet kan. Wij kunnen de opgang van extreemrechts stoppen. We dragen zelfs die verantwoordelijkheid. Maar dan moeten we eindelijk weer dúrven. Vlaams Belang is niet de volkse partij die ze pretendeert te zijn. Vlaams Belang doet mee aan de jacht op langdurig zieken. Vlaams Belang stemt voor loonmatiging in het parlement. Durf dat ook te zeggen.

Waarom zijn identiteit en integratie wel thema’s in Vlaanderen, en niet in Wallonië?

Dat zijn ook thema’s in Wallonië, hoor. Maar de debatten worden anders gevoerd. Dat heeft te maken met het ontbreken van een extreemrechtse partij. Maar ook met de offensieve opstelling van de linkse partijen. Kijk: veel mensen zijn boos, en vaak terecht. Ze kunnen hun huis niet afbetalen, ze krijgen te weinig pensioen, noem maar op. Mensen die boos zijn, gaan op zoek naar een verantwoordelijke voor die problemen. Het antwoord van de rechtse partijen is eenvoudig: het zijn de migranten.

Uw antwoord is even eenvoudig.

Inderdaad. Het zijn de rijken. Of beter: de kleine elite van multimiljonairs. Maar wij hebben gelijk. Als Carrefour en KBC duizenden mensen op straat zetten, dan is dat niet de schuld van de migranten. Dan is dat de schuld van het kapitalisme, waarin rijken alleen maar rijker willen worden, zonder rekening te houden met de gevolgen van dat gedrag. Maar wij zijn niet tegen mensen. Wij zijn tegen dat systeem. Dat durven zeggen, durven in verzet komen tegen onrecht, van onderuit: dat is wat ik bedoel met die offensieve opstelling. Zo ga je verandering afdwingen. Linkse partijen moeten niet in een hoekje zitten treuren. Links kán marcheren, ook in Vlaanderen. Ik ga trouwens niet beweren dat Wallonië immuun is voor extreemrechts. Het Front National haalde destijds ook tien procent. Alleen worstelde die partij met de communautaire kwestie. Was ze nu Waals, Franstalig of Belgisch? Ze wist daar geen antwoord op. Daarom is ze van de kaart geveegd. Ik vind het trouwens opvallend dat in Vlaanderen de drie verliezers van de verkiezingen verder doen alsof er niets gebeurd is. Dat zijn losers, hè.

Dat is ook het taalgebruik van Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken.

Dat is voor zijn rekening. Het is gewoon een feit dat de klassieke partijen serieus zijn afgestraft. Ik vind ook dat het integratiedebat fout gevoerd wordt. Wat is het grote probleem in België? Dat er geen jobs zijn voor alle nieuwkomers. Want waar gebeurt de integratie? Op de werkvloer. Dat is altijd zo geweest.

Willen al die nieuwkomers wel werken?

Natuurlijk wel. Maar dat moeten dan wel kwalitatieve jobs zijn. Zie eens naar die knelpuntberoepen. Ik daag elke minister uit om eens 24 uur in een callcenter te werken. Dat is bellen, bellen, bellen. Ze krijgen amper vijftien seconden tussen twee telefoontjes.

Hebt u dat al eens gedaan?

Jawel, als jobstudent. Ik kan u verzekeren: dat is de hel. En die mensen moeten dat doen voor 1.250 euro per maand. Maar dat weten al die ministers niet. Dat is volgens mij het grote probleem.

Het federaal parlement komt donderdag opnieuw bijeen. Mist u het al?

O ja. Hoort u dat niet? (lacht) Ik heb er zin in. Wij krijgen niet de kans om mee te regeren, dus gaan we vanuit de oppositie het verschil maken. We gaan bijvoorbeeld keihard inzetten op een minimumpensioen van 1.500 euro. We gaan daarvoor 100.000 handtekeningen verzamelen. Dan moeten de andere partijen wel kleur bekennen.

Uw fractie telt voortaan twaalf leden. Wat betekent dat?

We komen van twee, hè. Dat zal een groot verschil maken. We gaan meer in de diepte kunnen werken. Als je maar met twee bent, dan moet je vooral de actualiteit nahollen als je wil opvallen. Je kunt weinig initiatieven nemen. Dat was vaak frustrerend, moet ik bekennen. Dat zal nu veranderen. Elk parlementslid zal zich kunnen toeleggen op één domein. Dat zal ook voor mij bevrijdend werken, denk ik.

Jean-Marie Dedecker is ook terug. Wordt dat een bondgenoot?

(schatert) Neen. Dat is wel een kleurrijk figuur en dat is goed voor de democratie. Ik geloof in de poëzie van de politiek. De politiek hoeft niet grijs te zijn. Zonder kleurrijke figuren haken de mensen af. Jean-Marie is op dat vlak een meerwaarde. Maar ik denk niet dat wij op één thema overeenkomen. (lacht)

Ziet u de PS op federaal vlak een coalitie vormen met N-VA?

Dat kan. Die partij is tot alles in staat. Zelfs tot een nieuwe staatshervorming. Ze hebben nu Jean-Claude Marcourt aangesteld als federaal onderhandelaar. Dat is geen toeval, volgens mij. Marcourt vertegenwoordigt de regionalistische strekking binnen de PS. Dit is een signaal aan N-VA. Ik vind het trouwens schandalig wat nu aan het gebeuren is. De N-VA heeft helemaal geen mandaat gekregen om het land te splitsen. Toch is die partij een hold-up aan het plegen. Is dat wat de mensen willen? Confederalisme? Ik geloof er niets van. (feller) Dat maakt me woedend. Ik heb geen zin in een Franstalig front tegenover een Vlaams front. Ik zie andere uitdagingen voor dit land.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier