Bye bye ijsheiligen, welkom zomer: tuinexpert Anglo Dorny geeft tips voor de komende weken

Ja, het is natuurlijk nog veel te vroeg om het officieel over de zomer te hebben, maar in tuinland betekent het vertrek van de ijsheiligen alle remmen los. Want met de ijsheiligen verdwijnt ook het risico op nachtvorst, en dat wil zeggen dat vanaf nu alle vorstgevoelige planten naar buiten kunnen. Tomaten kunnen de grond in, eenjarige bloemen zijn er helemaal klaar voor en we kunnen stilaan beginnen dromen van een weelderige oogst. Een overzicht van mijn tips voor de komende weken.

‘Warme’ gewassen planten

Onder andere tomaten, pepers, paprika’s, aubergines, komkommers en courgettes zijn zogenaamde warme gewassen. Ze hebben het dus graag warm en kunnen pas naar buiten zodra het gevaar op nachtvorst is geweken. Pepers en paprika’s plant ik hier in potten in de serre, maar courgettes gaan standaard naar buiten. Zet ze op een zonnige plek waar de wind makkelijk bij kan, dat voorkomt vroegtijdige meeldauw. Geef de plant genoeg ruimte, want tevreden courgettes halen met gemak een diameter van 1 meter. Omdat ruimte dit jaar een probleem vormt door alle dahlia’s die ik hier kwijt moet kunnen, heb ik een klimcourgette gezaaid. ‘Tromba d’Albenga’ is de naam. Heerlijk van smaak, bijzondere vorm en klimmende groeiwijze, dus het liefst tegen een rekje laten groeien. Daarnaast zitten alle tomaten reeds in de grond. Ik plant ze standaard in de serre, maar ik waag me af en toe ook aan enkele exemplaren die buiten groeien. Tomaten zet ik ongeveer 40 tot 50 centimeter van elkaar. Daarnaast plant ik ze dieper, want tomaten hebben de eigenschap om wortels te vormen op de stengels. Zo zitten de planten stevig in de grond.

 

Tomaten plant ik standaard in de serre, maar ik waag me af en toe ook aan enkele exemplaren die buiten groeien

De pluktuin

Ik heb jullie de voorbije maanden helemaal gek gemaakt van dahlia’s, dus ik zie het als mijn taak om jullie bij te staan bij het planten ervan. Gelukkig houdt het niks in en kan je ze vrij snel een definitief plekje geven in de tuin. Dahlia’s zijn afkomstig uit Mexico, dus hebben nood aan veel zon. Het zonnigste plekje in je tuin is prima. Halfschaduw kan ook, dus laat je daardoor niet afschrikken. Als je in maart of april dahlia’s hebt voorgetrokken in potten, dan start je nu met flinke planten. Stop die planten in de grond, tot de knol zeker bedekt is met aarde. Meestal is even diep planten als in de pot voldoende. Moet je nu nog dahliaknollen planten, dan kan dat uiteraard ook. Maak een plantgat van ongeveer 10 centimeter diep, leg er de knollen in en maak terug dicht met aarde. Zorg dat het ingedroogde steeltje van vorig jaar net uit de grond komt steken. Geef water en wacht geduldig af. Strooi eventueel ecologische slakkenkorrels om de opkomende scheuten te beschermen tegen slakkenvraat. Hoge dahliavariëteiten zullen uiteindelijk ondersteund moeten worden, zodat ze niet omvallen. Maak nu al een raster met takken of bamboestokken of zet aan elke plant alvast een stok neer. Zo kan je ze straks makkelijk vastmaken met een touwtje.

Een boon mag mei niet zien

Mei, met korte ei, je leest het goed. Mijn grootvader vertelde vroeger altijd dat hij zijn bonen pas eind mei, begin juni in de grond stopte. En die tuinwijsheid was bij nader inzien niet helemaal uit de lucht gegrepen. Bonen, met uitzondering van de tuinboon, zijn echte koukleumen. Ze hebben het altijd veel te koud en hebben problemen met te veel water wanneer ze aan het kiemen zijn. Te nat, en de boon rot, te koud, en de boon groeit niet goed. Als je direct in de vollegrond zaait, dan wacht je beter een droog en warm moment af. Tenzij je, net zoals ik, voorzaait in de serre. Dat doe ik in potjes of zaaitrays.

Volg mij via @Angelo_Dorny op Instagram voor meer tips.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier