‘Gezond’ eten is bijna onmogelijk, maar met deze tips van onze fit- en gezondexperte Claudia Van Avermaet lukt het wel

Natuurlijk weten we dat snoep, koek en taart niet de ideale maaltijden vormen. Maar wist je dat veel producten er gezonder uit zien dan ze werkelijk zijn? Er zijn heel wat strategische trucjes die de voedingsindustrie gebruikt om ons te doen geloven dat een product ‘gezond’ is, ook al is dat niet zo.

Alle producten en vooral de verpakking van de producten worden steeds aantrekkelijker gemaakt om ‘gezond’ te lijken. Je kan natuurlijk de etiketten volledig lezen, maar in onze ‘drukke’ levens hebben we dikwijls geen tijd of zin om daar nog energie in te steken. En dan nog… er worden ook trucjes gebruikt die ons om de tuin kunnen leiden.

Een regelmatige check van de artikelen die je in je winkelkar legt, is dan ook belangrijk. Wat je koopt én wat je eet bepaalt immers mee je gezondheid, je energiepeil en je bloedsuikerspiegel. Met deze boodschappenlijsttips kom je alvast een heel eind…

1. Geen suiker, minder suiker of suikervervangers?

Het eerste ingrediënt op de verpakking is het hoofdingrediënt, dus is het belangrijk om dit goed na te kijken. Maar pas op: de voedingsindustrie durft ‘suiker’ op te splitsen in verschillende soorten, zodat deze suikers niet vooraan in de lijst terechtkomen maar ertussen.

Of de suikers worden vervangen door aspartaam, zoals in vele lightproducten. Aspartaam is een chemische zoetstof met een lage calorische waarde. Goed toch? Nee, er zijn onderzoeken die aantonen dat aspartaam je zenuwstelsel aantast en ook een trigger kan zijn voor hoofdpijn en migraine. Niet zo gezond dus.

2. Schrap transvetten

Transvetten zijn een gevaar voor je gezondheid en schrap je dus beter helemaal. Helaas… het is niet verplicht om ze te vermelden op de verpakking! Handig voor de voedingsindustrie… Transvetten ontstaan bij het hard maken van vloeibare, plantaardige oliën. Je vindt ze dus vooral bij sauzen, margarines, vetten voor bakindustrie, cake, koekjes maar ook bij kant-en-klare producten. Ongemerkt krijg je er dus meer binnen dan je denkt.

Wat je koopt én wat je eet bepaalt mee je gezondheid, je energiepeil en je bloedsuikerspiegel

3. Ik zie, ik zie wat jij niet ziet

Meer en meer willen mensen gezonder leven en zijn ze ook echt bewuster bezig met voeding. De voedingsindustrie moet dus verstoppertje beginnen te spelen. Ongezonde ingrediënten krijgen gezond klinkende namen om zo verstoppertje te spelen en ons te misleiden. Ook E-nummers zijn ideale verstopplekken, want wie weet er waar E621 of MSG echt betekenen? Dat laatste is een toevoeging die wordt gebruikt om je geen vol of voldaan gevoel te geven zodat je die zak chips inderdaad helemaal opeet. Ook deze kan weer een trigger voor vermoeidheid zijn. Natuurlijk kun je niet elk ingrediënt of E-nummer kennen en ook dat weet de voedingsindustrie.

4. Prachtige verpakkingen en slogans

‘Minder suiker’, ‘verrijkt met vitamine D’, ‘nu volkoren variant’, ‘extra antioxidanten’, ‘vetarm’… het zijn prachtige slogans maar klopt het ook werkelijk met je product? De hoeveelheid van deze toevoegingen zijn vaak verwaarloosbaar tegenover de negatieve ingrediënten in het product. Het product kan bijvoorbeeld wel ‘vetarm’ zijn maar kan wel extra suiker of zout bevatten waardoor het terug slecht voor je is.

Dikwijls wordt er een lok-ingrediënt gebruikt, zoals ‘volkoren’ cracker maar als je verder kijkt dan bevat deze cracker een minimum aan volkorenmeel en vooral veel bloem. Ze goochelen ook met de voedingswaarde. Ook de voedingswaarde is niet altijd wat ze lijkt te zijn: sommige fabrikanten vermelden alleen maar de voedingswaarde na de bereiding.

Wie gezond wil eten, kiest dus best vooral voor onbewerkte voeding én leest toch die kleine lettertjes op de verpakking van andere producten. Het is de manier om het kaf van het koren te scheiden en te kiezen voor producten van voedingsproducenten die het woord gezond niet alleen op de verpakking zetten, maar ook in de praktijk toepassen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier