André Schepers, één van de vedetten van Special Olympics: “Mama heeft mijn beperking nooit aanvaard”

Hij wist zelf al snel dat hij anders was dan anderen, maar zijn ouders konden dat niet aanvaarden. School, werk, sport, het lukte hem niet in een ‘normale’ omgeving. Hij was ongelukkig. Pas tien jaar geleden werd zijn verstandelijke beperking erkend. En kon hij zijn leven opnieuw opbouwen. Met succes. Vandaag wil André Schepers (42) een voorbeeld zijn voor vele anderen. “Ik hoop met mijn verhaal het taboe te doorbreken.”

Van 4 tot 7 mei is La Louvière thuisbasis voor de Special Olympics Nationale Spelen, de sportieve hoogmis voor mensen met een verstandelijke beperking. Eén van de ambassadeurs is André Schepers, langeafstandsloper. Hij neemt deel aan 1.500 en de 5.000 meter en mikt twee keer, hoe kan het anders, op goud. De 42-jarige atleet van AC Lebbeke is Europees recordhouder 10.000 meter en halve marathon en pronkt op zijn palmares met gouden medailles op Europese en Wereldspelen. “Hoe langer de afstand, hoe beter ik word. Helaas kan je geen marathon lopen op de Special Olympics. Mijn vader heeft me wel gewaarschuwd: eerst de kat uit de boom kijken. Je weet niet hoe sterk je concurrenten zullen zijn. Maar natuurlijk wil ik goud, dat wil ik altijd.”

Je bent er net 42 geworden. Voel je de jaren niet?
Er is een spreekwoord dat zegt: hoe ouder de wijn, hoe beter ze wordt. Dat is bij mij hetzelfde. Ik denk dat ik nu sterker ben dan ooit.

Je hebt vele jaren verloren doordat je verstandelijke beperking pas op je 32ste erkend werd. Hoe kwam dat?
Mijn ouders hebben dat nooit willen inzien. Zij dachten altijd: André zal er wel komen. Maar ik kon niet mee op school. Ik wist dat zeker toen ik een jaar of dertien was. Ik zat op een normale school. Praktijk lukte wel, theorie niet.

Sprak je daarover thuis?
Nee, ik durfde dat niet. Ik denk niet dat mijn ouders dat wilden.

Het is niet evident voor ouders te aanvaarden dat hun kind een beperking heeft.
(knikt instemmend) Mijn mama heeft het nooit aanvaard. Zij is gestorven toen ik vijftien was. Tien jaar geleden heeft mijn papa wel eindelijk ingezien dat ik niet was zoals alle anderen. Dat was een grote stap voor hem. Hij sprak erover met zijn chef in het leger. Papa was chauffeur/kolonel. Zijn chef heeft hem geholpen. Dan is mijn leven echt veranderd. Ik kon gaan trainen met andere mensen met een beperking, ik mocht deelnemen aan Special Olympics. Ik voelde direct: hier hoor ik thuis.

“Toen ik in 2008 voor de eerste keer goud haalde op de Nationale Spelen van Special Olympics, wees ik met mijn vingers naar boven. Naar mama. Dat was een heel emotioneel moment.”

Ben jij kwaad op je vader?
Neen. We komen zelfs goed overeen. Ja, vroeger lagen we vaak in de clinch. Maar nu niet meer. Hij zegt vaak: ‘Ik zou het begrijpen mocht je boos zijn op mij. Op je moeder kan je niet meer boos zijn.’ Ik zeg dan: ‘Papa, ik kan niet kwaad zijn op jou, en ook niet op ons ma. Wat gebeurd is, is gebeurd. Ik ben blij dat je nu inziet dat ik anders ben.’ Toen ik in 2008 voor de eerste keer goud haalde op de Nationale Spelen van Special Olympics, wees ik met mijn vingers naar boven. Naar mama. Dat was een heel emotioneel moment. Ook voor papa.

Denk jij een taboe te kunnen doorbreken?
Ik hoop dat wel. Ik wil dat ook zeggen aan alle ouders: aanvaard het als je kind een beperking heeft. Kijk naar mij: iemand met een verstandelijke beperking kan succesvol zijn. Ik woon ook zelfstandig (in Dendermonde, red). Alleen voor het papierwerk heb ik hulp nodig.

portret site kleur (Large)André Schepers is 42 en heeft hartritmestoornissen. “Ik zal lopen tot ik sterf.”

Sta me toe een rare opmerking te maken: ik merk eigenlijk aan niets dat jij een verstandelijke beperking hebt.
Dat heb ik te danken aan de mensen van Special Olympics. Zij hebben mij geleerd om vlot te praten. (lacht) Ik heb een IQ van 69. Dan ben je mentaal gehandicapt. De grens ligt op 75. Toen ik acht jaar was, moest ik geopereerd worden. Een tumor onder mijn lever. De operatie liep fout: ik had even zuurstoftekort in mijn hersenen. Dat heeft mijn hersenen beschadigd. Ik kan bijvoorbeeld wel lezen, maar ik begrijp er niets van.

Jij bent hier niet mee geboren?
Nee. Vóór mijn operatie was ik een gewone kleuter die de dingen deed die andere kleuters doen. Ik had wel een kleine achterstand tegenover mijn broers, maar dat was niet dramatisch. Ik heb ook een stoornis in de impulsbeheersing. Als er iets fout loopt, bijvoorbeeld met mijn uurrooster, dan ontploft er een bom in mij. Dan kan ik heel kwaad worden.

Denk je vaak hoe je leven zou gelopen zijn zonder die operatie?
Ik probeer dat niet te doen. (zwijgt even) Dankzij Special Olympics ben ik wel gelukkig geworden. En bekend. Ik ben een andere André nu. Ik heb vertrouwen gevonden in mezelf. Ik had geen mooi leven voordien. Ik was ook niet gelukkig. Ik heb het altijd moeilijk gehad, op school, op het werk. Nu ben ik iemand. Ik ben een voorbeeld voor vele jongeren. De mensen van Special Olympics zijn mijn familie geworden. Wie kan dat zeggen, dat hij twee families heeft? (lacht)

“Beschutte werkplaatsen zijn zoals een gevangenis. Ik vind het belangrijk dat mensen met een verstandelijke beperking op de normale arbeidsmarkt aan de slag kunnen.”

Is het jou niet gelukt op de arbeidsmarkt?
Ik heb het geprobeerd, maar het is niet mooi wat mij is overkomen. Ik heb bijvoorbeeld bij de groendienst gewerkt. Eén ongeval met een machine, wat iedereen kan overkomen, en ik werd ontslagen. Je krijgt gewoon minder kansen.

Opvallend: sinds enkele jaren onderzoek jij voor de Antwerp Management School hoe mensen met een verstandelijke beperking op de normale arbeidsmarkt ingeschakeld kunnen worden.
Dat klopt. Ik ben geen voorstander van maatwerkbedrijven. De naam beschutte werkplaatsen mag je niet meer gebruiken. Je voelt je daar zoals in een gevangenis. En je moet er werken voor weinig geld. De kloof met een normaal loon is groot. Ik vind het belangrijk dat mensen met een verstandelijke beperking, tot een bepaalde graad natuurlijk, aan de slag kunnen op de normale arbeidsmarkt. Binnenkort gaan er zoveel mensen met pensioen. Wie zal hen vervangen? Waarom krijgen wij die kans niet? Het is mooi dat een universiteit ons het vertrouwen geeft om dit te onderzoeken. Ik doe dat samen met Evy Ploegaerts die ook een verstandelijke beperking heeft.

Liggen jullie aanbevelingen al klaar?
Bijna. Half juni zouden we klaar moeten zijn. Dan zullen bedrijven die openstaan om mensen met een verstandelijke beperking aan te werven, een vragenlijst kunnen invullen. Aan de hand daarvan moet blijken of ze ook klaar zijn om dat te doen. Vervolgens zouden zij uitgebreide coaching moeten krijgen. Ik geloof erin. Als ook maar één procent van alle bedrijven openstaat voor ons initiatief, is dat een succes.

“Mijn moeder is gestorven aan een hartaanval toen ze 35 was. Ik heb op diezelfde leeftijd ook een verwittiging gekregen. Maar ik wil niet stoppen. Lopen is te belangrijk voor mij.”

Iets anders. Ik lees ergens dat jij hartritmestoornissen hebt. Is intensief sporten dan niet gevaarlijk?
Men zegt van wel, ja. Mijn moeder is gestorven aan een hartaanval toen ze 35 was. Ik heb op diezelfde leeftijd ook een verwittiging gekregen. Maar ik wil niet stoppen. Ik heb dat ook gezegd aan de specialisten. Lopen is te belangrijk voor mij. Ik zal lopen tot ik sterf. Ik wil zeker tot 2019 verder doen. Dan zijn er opnieuw Wereldspelen. Dat zou een mooi afscheid zijn. Maar ook daarna zal ik blijven lopen. Ik zou graag trainer worden. Ik ken bepaalde geheimpjes die ik jonge lopertjes kan meegeven. Maar aan jou niet, neen. (lacht)

Het sportrapport van André Schepers

Als kind was mijn idool …
Vincent Rousseau en Ruddy Walem. Ik ben dankzij hen beginnen lopen.

Vandaag heb ik grote bewondering voor …
Veerle Dejaeghere, dé grote madam van de Crosscup en een goede vriendin.

Mijn mooiste sportmoment?
De Europese Spelen in Antwerpen in 2014: twee keer goud. Ik heb hard moeten werken om erbij te zijn. Enkele maanden voordien liep ik een meniscusblessure op.

Mijn grootste ontgoocheling?
Na die Spelen werd ik door een concurrent van doping beschuldigd. Op Facebook. Ik was woedend. Dat was niet waar. Ik heb toen gezegd: ofwel wordt hij gestraft, ofwel stop ik. Hij heeft een verwittiging gekregen. En maanden later heeft hij zich geëxcuseerd.

(Foto’s: Frédéric Pauwels)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier