Met ‘Je Geldbijbel’ schreven Ewald Pironet en Michaël Van Droogenbroeck een gids voor tal van geld- en investeringsvragen. (foto Bjorn Comhaire)

“Als je slim belegt, maakt het niet uit of je huurt of koopt”

Het nieuwe boek ‘Je Geldbijbel’ legt op 800 pagina’s helder uit waarin je je geld kunt investeren. Wij legden auteurs Michaël Van Droogenbroeck en Ewald Pironet vijf concrete geldvragen voor.

In welke fase van ons leven we ook zitten, we moeten voortdurend financiële keuzes maken. Ewald Pironet, senior writer bij Knack, en Michaël Van Droogenbroeck, financieel journalist bij de VRT, zijn voortaan onze vakkundige gidsen daarbij. Je Geldbijbel is een financiële roadmap voor twintigers, geeft een antwoord op de geldvragen van veertigplussers en biedt houvast aan de zestiger die zijn pensioen ziet naderen.

1. We krijgen een baby, hoe kunnen we ons kind een goede financiële start geven?

Michaël: “Klassiek staat op het geboortekaartje al een pamperrekening vermeld. Vroeger boden banken op zo’n rekening een interessante rentevoet, maar die tijd is voorbij. Omdat de rente lager ligt dan de inflatie, ben je op 18 jaar een serieuze hap kwijt. Wij denken dat het interessanter is om naar een beleggingsfonds te kijken en daar maandelijks een bedrag in te stoppen. Zo spreid je het risico en spreid je in de tijd. Op lange termijn is dat zeker interessanter dan een gewone spaarrekening.”

2. Kopen we een huis, of is huren net zo verstandig?

Ewald: “Geen gemakkelijke vraag! Wie 30 jaar terug een huis kocht, heeft een goede investering gedaan, want de prijs van huizen is sterk gestegen. Vraag is of dat ook in de toekomst nog zo zal zijn. Je zou ook kunnen opteren om te huren en het geld dat je niet aan huur besteedt consequent te beleggen. Het rendement van die belegging moet dan minstens even groot zijn als de stijging van de huizenprijzen. Als dat zo is, maakt het niet uit of je koopt of huurt. Een eigen huis geeft je natuurlijk wel woonzekerheid.”

3.Onze zoon wordt binnenkort 18. We hebben een mooie spaarrekening op zijn naam, maar hij heeft een gat in zijn hand. Wat kunnen we doen om het geld te beschermen?

Michaël: “In principe kan iemand van 18 jaar vrij beschikken over dat geld, maar als je vreest dat het geld verbrast wordt, kan je een spaarrekening met derdenbeding openen. Dat is een speciale formule waarbij het kind de begunstigde is, maar waarbij jij bepaalt op welke leeftijd hij het geld krijgt. Zowel de leeftijd als de begunstigde kan je onderweg nog aanpassen.”

4. We gaan scheiden. Hoe vermijden we een financieel debacle?

Michaël: “Het financiële aspect is iets waar je best goed over nadenkt op het moment dat je de stap zet om te trouwen. Dat klinkt weinig romantisch, maar statistisch gezien is er een reële kans dat je ooit zal scheiden. Het is nog vaak een taboe, maar ons advies luidt: praat erover! Heel wat mensen huwen ook in een nieuw samengesteld gezin, wat de financiële kant nog complexer maakt. Ook wat dat betreft hebben we alle opties in ons boek opgenomen.”

5. Woonzorgcentra zijn duur. Wat gebeurt er als ik dat zelf niet kan betalen?

Ewald: “80 procent van de mensen kan een woonzorgcentrum niet betalen met hun pensioen en moet spaargeld aanspreken. Is die financiële buffer er niet, dan komt het OCMW tussen. In sommige gemeenten verhaalt het OCMW dat geld op de kinderen, op voorwaarde dat ze daardoor niet zelf in de problemen komen.”

‘Je Geldbijbel’ is uitgegeven bij Lannoo en is te koop op www.dezondag.be/geldbijbel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier