Geef iedereen een minimumpensioen na 20 jaar werken. Ook wie blijft doorwerken!

Minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine wil dat iedereen die 20 jaar effectief gewerkt heeft recht krijgt op een minimumpensioen. Momenteel geldt dit slechts na een loopbaan van 30 jaar. Dit lijkt te mooi om waar te zijn? Inderdaad! Want wie na 20 jaar op zijn lauweren wil rusten, moet het met een aalmoes stellen. Een kleine berekening leert dat het voorstel van de minister de staatskas heel wat geld kan opleveren. En dat is bijzonder onrechtvaardig!

De doelstelling van de minister lijkt heel nobel. Wie vandaag de pensioengerechtigde leeftijd heeft en een minimumpensioen wil krijgen, moet 30 jaar gewerkt hebben. Maar voor die dertig jaar tellen ook de zogenoemde gelijkgestelde periodes mee. Wie jarenlang ziek is geweest of ouderschapsverlof of loopbaanonderbreking nam, kan die jaren ook laten meetellen. Dit kan tot onrechtvaardige situaties leiden.

Zo kan iemand die 24 jaar effectief heeft gewerkt en daar bovenop zes jaar gelijkgestelde periodes inbrengt een minimumpensioen krijgen. Iemand die 29 jaar effectief heeft gewerkt, kan dat niet. De minister wil daar komaf mee maken en iedereen (werknemer, zelfstandige of ambtenaar) die 20 jaar effectief heeft gewerkt, ook het recht te geven op een minimumpensioen.

Tegelijk wil de minister ook een andere onrechtvaardigheid aanpakken. Wie nu een gemengde loopbaan heeft, bv. 20 jaar als werknemer en 25 jaar als ambtenaar heeft gewerkt, heeft wel een volledige loopbaan van 45 jaar maar komt niet in aanmerking voor een minimumpensioen. Dat komt omdat nu de dagen die gewerkt zijn in de overheidssector niet meetellen om aan die dertig jaar te komen. Ook dat wil Bacquelaine veranderen.

Allemaal positieve maatregelen, niet? Dit lijkt inderdaad zo, maar ik zou mijn ontslagbrief toch nog niet meteen versturen. Het minimumpensioen voor een alleenstaande werknemer bedraagt 1.145,80 euro. Dit bedrag wordt toegekend na een volledige loopbaan van 45 jaar. Gepensioneerden met een kortere loopbaan krijgen een pro ratabedrag, bijvoorbeeld 35/45ste na een loopbaan van 35 jaar. Dit betekent dat wie het na 20 jaar voor bekeken houdt, recht heeft op 509 euro per maand. En daar valt uiteraard niet mee te overleven…

Het bedrag is erg klein, maar wie er gebruik van maakt, rijft zonder iets te doen toch veel meer pensioengeld binnen dan iemand die 25 jaar langer werkt. Een voorbeeldje.
Als Jan op zijn 25ste start met werken en er op zijn 45ste mee stopt, ontvangt hij 509,24 euro per maand. Als hij overlijdt op zijn 80ste, heeft hij 35 jaar lang dit bedrag gekregen, goed voor 213.880 euro.
Indien Jan was blijven werken tot zijn 70ste en recht had op het volledige minimumpensioen van 1.145 euro, dan had hij tien jaar van dit bedrag genoten, goed voor 137.400 euro. 25 jaar langer werken en sociale bijdragen betalen, maar uiteindelijk 76.480 euro minder terugkrijgen, is dit eerlijk? Om het verschil goed te maken, zou Jan in plaats van  1.145 euro elke maand 1.782 euro moeten krijgen en die kans lijkt ons bijzonder klein.

Daarom pleiten we voor een alternatief systeem: keer aan iedereen vanaf het 21ste jaar werken het minimumpensioen uit, bovenop het loon. Wie ermee wil stoppen, kan dit doen. Wie wil doorwerken, kan dit eveneens. Allebei ontvangen ze 509 euro van de staat. En na 45 jaar krijgen de doorzetters hun volledig pensioen. Deal, minister Bacquelaine?