Je wil vermijden dat je huurder rookt in het huis of appartement dat je aan hem verhuurt. Katelijne D’Hauwers van Verenigde Eigenaars legt uit of je hem dat kan verbieden en of je hem kan laten opdraaien voor je schade.
Als er geen specifieke clausule in de huurovereenkomst staat, mag je huurder wel degelijk roken in het pand dat je aan hem verhuurt. Neem je in de huurovereenkomst een rookverbod op, dan kan het zijn dat je huurder zich daar spontaan aan houdt. Doet hij dat niet dan is het nog maar de vraag of je de clausule ook kan afdwingen. Je huurder zou namelijk wel eens (met succes) kunnen inroepen dat zo’n verbod niet geldig is. Hij zou daarbij onder andere kunnen wijzen op zijn recht op privacy of op zijn recht op huisvesting. De rechter heeft het laatste woord.
Wat je alleszins wel kan is vragen dat je huurder je de schade vergoedt die aan je woning of appartement veroorzaakt werd doordat je huurder er in rookte. Denk daarbij bijvoorbeeld maar aan het ‘geel’ worden van de muren. Dit kan je zelfs vragen als er geen uitdrukkelijk rookverbod in de huurovereenkomst staat. Je moet dan wel kunnen bewijzen wat de toestand was van de woning bij het begin van de huur. Maak dan ook bij de aanvang van de huur een omstandige plaatsbeschrijving op.
