© Christophe De Muynck

Vlaams viceminister-president Bart Somers: “Kan iemand zoals kardinaal Danneels ereburger blijven? Ik denk van niet”

We zijn exact één jaar voor de lokale verkiezingen. Omdat er heel wat verandert, willen wij de architect van deze veranderingen aan de tand voelen: Vlaams minister Bart Somers (Open VLD). Komen ook aan bod: de verplichte fusieronde, de stinkende stikstofsaga en het ereburgerschap van kardinaal Danneels. “Ik denk dat deze titel moeilijk houdbaar is.”

Heffen, een deelgemeente van Mechelen. Het is donderdagvoormiddag. De zon breekt maar moeilijk door de grauwe wolken. Terwijl de Wetstraat zich verlekkert op het mea culpa van Conner Rousseau, maken wij een wandeling langs het Zennegat, een stevige brok natte natuur. “Zijn uitspraken over matrakken en Roma zijn beschamend, een partijvoorzitter onwaardig”, zal Bart Somers, ook bevoegd voor Gelijke Kansen, de dag nadien zeggen.

De liberale eminentie is casual gekleed, gympjes aan – niet zijn gewoonte. “Ik ben hier thuis, hé”, lacht hij. Hij komt hier graag wandelen, vertelt hij enthousiast, soms zelfs ‘s nachts, na een lange werkdag. “Omdat de donkere nacht iets unheimlichs heeft. Ik hou daar wel van. Even uitwaaien. Alles vergeten.”

De natuur doet dezer dagen helaas ook denken aan stikstof. Waarom krijgt de regering dit niet opgelost?

“Omdat we voor een enorme omslag staan. De manier waarop we altijd hebben omgegaan met landbouw, industrie, ruimtelijke ordening en mobiliteit zet een te grote druk op onze omgeving. Dat moet veranderen, maar dat is aartsmoeilijk, ook al omdat de vorige regeringen het dossier hebben laten aanslepen.”

Zal u het wel opgelost krijgen? De Raad van State zegt neen tegen de plannen die op tafel liggen.

“Dat maakt me diep bezorgd. Ik had niet verwacht dat het advies zo streng zou zijn. Maar laten we nu eerst afwachten wat onze juristen zeggen. Zij gaan bekijken of onze plannen verzoend kunnen worden met het advies. Ik wil me daar verder niet op profileren, er zijn al genoeg politici die dat doen. Eén iets moet wel duidelijk zijn: wij móeten een oplossing vinden. Hoe sneller, hoe beter.”

Is het echt zo erg dat het voortbestaan van de luchthaven van Zaventem op het spel staat?

“Jawel. Élke activiteit staat op het spel, zelfs de organisatie van een festival. We zitten de facto al in een vergunningenstop, hoor. Vergeet dat niet. Iedereen kan vandaag al naar de rechter stappen met het stikstofargument in handen. Natuurlijk moet je kunnen aantonen dat een activiteit extra druk zet op de omgeving. Maar als dat het geval is, en dat is al snel het geval, dan kun je elke vergunning tegenhouden.”

Volgens Vlaams Belang wordt het probleem overdreven.

“Dat is nu eens het superlatief van je kop in het zand steken. Wij leven in een rechtsstaat, dus als een rechter neen zegt, dan moeten we dat volgen. En bovendien: deze regels zijn er niet zomaar, hé. We doen dit niet omdat Europa het wil, we doen dit voor onze omgeving, voor het leefmilieu, voor de biodiversiteit. Iedereen wil toch een leefbare planeet achterlaten aan onze kinderen en kleinkinderen?”

Laten we eens naar uw werk kijken: Binnenlands Bestuur. Over exact één jaar kiezen we een nieuwe gemeenteraad. Waarom hebt u daarvoor de opkomstplicht afgeschaft?

“Omdat ik onze democratie wil versterken. Vorige keer waren er 360.000 mensen die niet gingen stemmen. Moeten we die dan allemaal beboeten? Ik wil het omgekeerde bereiken: we moeten de mensen overtuigen om te gaan stemmen. Dat is hoe een moderne democratie werkt. Behalve België zijn er nog drie landen die de opkomstplicht kennen: Griekenland, Luxemburg en Bulgarije. Dat zou toch ook iets moeten zeggen?”

“Veel politici weten dat Vlaanderen aan het vastlopen is, maar ze hebben schrik om erover te spreken. Ik niet”

‘Een historische vergissing’, zeggen politicologen in koor. Het zal ervoor zorgen dat vooral lager geschoolden afhaken. Wat doet u daarmee?

(geprikkeld) “Niet elke politicoloog zegt dat, maar goed. Ik ben het niet eens met die kritiek. Want wat bedoelen zij dan? Dat Nederland, Denemarken, Duitsland en bijna alle andere landen asociale democratieën zijn? Dat daar niet alle lagen van de bevolking vertegenwoordigd zijn? Komaan, dat klopt toch niet. Kijk naar het beleid van die landen!”

Wat als nadien zou blijken dat de politicologen toch gelijk hebben?

“Dat zou dan een wake-upcall zijn, een signaal dat we – de politiek, maar ook het onderwijs, de media en eigenlijk de hele samenleving – méér mensen moeten overtuigen. Dát is wat ik wil bereiken: debat daarover.”

© Christophe De Muynck

Ruikt dit toch niet naar eigenbelang? Opnieuw volgens experten zal dit vooral impact hebben op de score van de extreme partijen.

(fel) “En wat dan met Meloni in Italië? Of met Le Pen in Frankrijk? Hoe verklaart u dan dat de extreemrechtse partijen toch successen boeken in landen die geen opkomstplicht kennen? Weet u: al van de dag dat ik bezig ben met politiek, ben ik voor stemrecht en tegen stemplicht. Mijn partij ook: het werd zelfs goedgekeurd op het stichtingscongres in 1992. Dat heeft dus niets met eigenbelang te maken. Je moet mensen niet altijd willen verplichten om iets te doen.”

Wil u dit dan ook doortrekken naar de nationale verkiezingen?

“Graag, maar we moeten daarvoor eerst een meerderheid vinden.”

Er zijn nog dingen die veranderen, dacht ik?

“De burgemeester wordt bijna rechtstreeks verkozen. De tijd is voorbij dat een partij met één zetel de sjerp kan opeisen. We versterken dus de stem van de burger. (op dreef) En hoe doen we dat? Door de lijststem te neutraliseren: deze wordt niet langer bij de stemmen geteld van de mensen bovenaan. En twee: wie de meeste stemmen haalt van de grootste fractie in de meerderheid, wordt automatisch burgemeester.”

Tenzij hij of zij niet wil. Of onder druk gezet wordt om neen te zeggen.

“Dat kan, maar de stemmenkampioen kan zélf beslissen. Wat is het idee achter deze hervorming? Dat de partijen vooraf allianties aangaan: in het zicht van de kiezer, en dus niet in achterkamertjes zoals vroeger. Ik ben vijf jaar partijvoorzitter geweest: mijn hand doet nog pijn van de voorakkoorden die ik heb moeten tekenen. Álle partijen deden dat. Je kon niet anders. Daar maken we komaf mee.”

© Christophe De Muynck

Dat zijn mooie woorden, maar in de praktijk worden er nog altijd voorakkoorden gesloten, hoor ik.

“Dat is evident, ik ben niet naïef. Je kan niet uitsluiten dat mensen in elkaars salon afspraken maken. Maar wie de grootste fractie wil worden en dus kans wil maken op het burgemeesterschap, zal vooraf kleur moeten bekennen. Bovendien wordt de voordrachtakte pas afgeleverd als de stembus gesloten is. Ook dat is een verschil met vroeger. Dat zijn écht wezenlijke stappen vooruit.”

Het fusiedebat wordt een belangrijk lokaal thema. Waarom wil u zo graag dat gemeenten fusioneren?

“Ik ben niet geobsedeerd door fusies, wel door beter bestuur. Wat is mijn vaststelling? Dat de Vlaamse overheid niet altijd goed werkt en vaak heeft dat te maken met haar centralistisch karakter. De VDAB is maar één voorbeeld. Ik wil daarom massaal bevoegdheden naar beneden duwen, naar lokale besturen. (benadrukt) Omdat ik ervan overtuigd ben dat zij bepaalde taken veel beter zouden uitvoeren. Ik denk aan werk, kinderopvang, mobiliteit, enzovoort. Máár: om deze extra taken aan te kunnen, moeten lokale besturen wel groot genoeg zijn.”

“Veel politici zijn bang voor hun eigen positie en hun toekomst”

Maar vergeet u de nabijheid niet, wat mensen belangrijk vinden?

“Néén. Dat is ook een reden waarom ik hier wou wandelen. Ik wil u tonen dat schaalvergroting niet betekent dat een dorp zijn identiteit verliest. Heffen is al meer dan veertig jaar een deel van Mechelen, maar heeft niets van haar landelijk karakter verloren, integendeel. We hebben nu meer middelen om daarin te investeren.”

Waarom krijgt u de gemeenten hier niet van overtuigd?

“Omdat het een emotioneel debat is. Omdat mensen bang zijn dat ze zullen verdwijnen in een groter geheel. Maar de realiteit is anders. Hier in Heffen hebben we kunnen investeren in nieuwe Chirolokalen, in een vernieuwd gemeenschapshuis, enzovoort. Nu, dat is niet de enige reden. Er zijn ook veel politici die bang zijn voor hun eigen positie en toekomst. Dat speelt ook een rol. Er lopen momenteel dertien fusietrajecten. Als we aan dit tempo verderdoen, hebben we 72 jaar nodig om aan 100 gemeenten te komen, wat volgens mij een werkbare schaal is voor Vlaanderen (vandaag zijn er 300 gemeenten, red.). Het gaat dus te traag.”

En dus moet de volgende Vlaamse regering fusies verplichten?

“Ja. De regering moet een kritisch minimum opleggen: een minimaal aantal inwoners waaraan elke gemeente moet voldoen. Maar het is aan de gemeenten zelf om hun partners te kiezen. Dat is niet aan de Wetstraat om op te leggen.”

Schaft u dan ook de provincies af?

“Absoluut, onmiddellijk. Dat is een overbodige bestuurslaag.”

Wat hebt u eigenlijk geleerd uit de mislukte fusie van uw stad met Boortmeerbeek?

“Dat dit een emotioneel debat is en dat er blijkbaar toch geen draagvlak was in Boortmeerbeek. Zij waren nochtans vragende partij. Wij hadden die fusie niet nodig, hoor. Maar natuurlijk stonden we daarvoor open.”

Omdat het u centen zou opleveren.

“En omdat de stad nog meer gewicht zou krijgen. Ik betreur dat het debat zo emotioneel gespeeld wordt. De gemeenten die niet mee willen, moeten goed beseffen dat ze de ontwikkeling afremmen van alle andere gemeenten. Want zolang niet elke gemeente groot genoeg is, kunnen wij geen bevoegdheden overdragen.”

Waarom geen referendum bij elke fusie? Dat zou tenminste voor draagvlak zorgen.

“Neen, toch niet. Als we toelaten dat kleine gemeenten neen zeggen, dan zijn alle andere gemeenten gejost. En bij uitbreiding ook Vlaanderen. Want dit gaat in se meer over Vlaanderen dan over de lokale besturen. Het bestuursmodel van Vlaanderen is aan het vastlopen. Veel politici weten dat, maar hebben schrik om erover te spreken. Ik niet. We hebben te lang weggekeken. Er zijn te veel dingen die we niet opgelost krijgen.”

Hebt u zelf zin in de verkiezingen? Uw partij zou nog amper 8 procent behalen.

“Tuurlijk heb ik daar zin in. Dat is de hoogmis van de democratie. Het dwingt je om na te denken over wat je aan het doen bent. Maar ik ga het niet ontkennen: ik ben heel bezorgd over mijn partij. Veel mensen zijn gefrustreerd omdat de politiek geblokkeerd zit. Vandaar mijn hervormingen.”

Had uw partij geen nood aan een voorzitter die de boel eens goed dooreenschudt?

“Tom (Ongena, ooit de woordvoerder van Somers, red.) is een goede voorzitter. Het is een rustige man die zijn dossiers kent en positivisme uitstraalt. En met alle respect, maar wij moeten geen schaamrood op de wangen krijgen van wat we realiseren op federaal en Vlaams niveau, hoor. Alleen: het mag nog diepgaander.”

Bij de vorige verkiezingen toverde u Sihame El Kaouakibi uit uw mouw. Hebt u zichzelf al dikwijls voor het hoofd geslagen daarover?

“Al voldoende, ja. (stil) Ik heb al twee jaar geen enkel contact meer met haar. Bewust. Zij is nu een politica van een andere partij. Voor mij is dat een afgesloten hoofdstuk.”

Doet het pijn dat dit aan u blijft kleven?

“Wat denkt u zelf?” (zwijgt)

Ik denk van wel.

“Ik word binnenkort 60 jaar. Ik heb intussen al wat levenservaring opgedaan. Als je je nek uitsteekt, dan zijn er dingen die lukken en dingen die minder lukken. Dat is hoe het leven loopt.”

Wat als u straks moet kiezen tussen minister en burgemeester?

(weer zijn enthousiaste zelve) “Goede vraag, maar die komt iets te vroeg. Ik ben daarover aan het nadenken. Ik kan u wel zeggen dat mijn hart hier ligt, in de Mechelse terroir. Als je zoveel jaar burgemeester bent, dan heb je een diepe band met je stad. Eén iets kan ik wel zeggen: ik zal een heldere keuze maken.”

Ik zie trouwens dat kardinaal Godfried Danneels hier ereburger is. Vindt u niet dat deze man van zijn troon is gevallen?

“Absoluut. Hij is destijds (in 2010, red.) ereburger gemaakt door de volledige gemeenteraad. Mechelen is immers de zetel van de Katholieke Kerk. Maar ik heb ook naar de reeks Godvergeten gekeken. Ik heb geweend toen ik het allemaal zag. Dat kwam zó hard binnen. Ik was zó kwaad.”

Is het geen tijd om deze titel af te pakken?

“Dat is een legitieme vraag. (wikt zijn woorden) Ik denk dat de titel moeilijk houdbaar is. Ik heb ook geluisterd naar de woorden van bisschop Johan Bonny. Hij was vernietigend voor Danneels. Kan zo iemand dan ereburger blijven? Ik denk van niet. (stil) Ik had nu niet gedacht dat u hier vragen over zou stellen, dus ik wil met twee woorden spreken. Het is niet aan mij om hier en nu de grote inquisitie te organiseren, maar ik ga dit zeker bespreken met alle fracties van de gemeenteraad. Die man is inderdaad van zijn troon gevallen.”

© Christophe De Muynck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier