Tip van de week: De poorten naar de natuur

Prachtige natuurgebieden, maar hoe geraak je er in? Sinds het Nationaal Park Hoge Kempen uitpakte met zijn toegangspoorten wordt het concept zo ongeveer in heel Vlaanderen overgenomen. Het zijn natuurlijk geen echte poorten, wel bezoekerscentra waar je kan parkeren, beleven en genieten.

1. Vlot over het water – Limburg (1)

In Lommel krijgt het House of Nature stilaan vorm. Het wordt de toegangspoort tot de Sahara, een natuurgebied dat deel uitmaakt van Bosland. In Peer opende net voor de zomer het Dommelhuis. Het bezoekerscentrum is genoemd naar de 120 kilometer lange rivier die in het zuiden van Peer ontspringt en uitmondt in de Maas. Op de eerste verdieping van deze architecturale parel loopt een expo over de geschiedenis van de Dommelvallei, het belang van water en hoe je duurzaam met water kan omgaan. Beneden is een fietscafé met terras. Rondom zijn er speelelementen en picknickbanken. Met een vlot trek je jezelf over de vijver. Het Dommelhuis bevindt zich vlakbij het station.

Steenweg Wijchmaal 64, Peer. www.peer.be

2. Op blote voeten – Limburg (2)

De moeder aller toegangspoorten mag niet ontbreken in dit overzicht. Vanuit Lieteberg in Zutendaal trekken negen wandellussen het Nationaal Park Hoge Kempen in. Met een erkend stiltegebied vlakbij is Lieteberg een meer dan geschikte plek om op stap te gaan. Maar het zijn vooral de ‘attracties’ in het bezoekerscentrum die als een magneet op gezinnen werkt. Het drie kilometer lange blotevoetenpad krijgt er nog elk jaar nieuwigheden bij. Je wandelt over hout, stenen, boomsnippers en water waarbij je onder meer hellingen, een hangbrug, een uitkijktoren en een labyrint aandoet. Ook het ondergrondse insectencentrum Entomopolis is een aanrader, net als de vlinderserre ernaast. Op zo’n 2,5 kilometer van Lieteberg staat de ‘beestentoren’, het grootste insectenhuis van het Nationaal Park Hoge Kempen.

Stalkerweg 46, Zutendaal. www.lieteberg.be

3. Historische hoeve – Vlaams-Brabant

Het Zoniënwoud telt negen toegangspoorten, vijf waar iets te beleven valt en vier gewone instappunten om het 4.421 hectare grote beukenbos te verkennen. Het Bosmuseum Ruusbroec in Groenendaal is één van de grotere startplekken. Het gratis toegankelijke museum is ingericht in een historische pachthoeve die ooit nog deel uitmaakte van de priorij van Groenendaal. De 14de-eeuwse mysticus Jan van Ruusbroec woonde in de toen pas opgerichte priorij en trok vaak de bossen in om zijn traktaten te schrijven. Zijn inzichten verspreidden zich over heel Europa. In het museum wordt dieper ingegaan op de geschiedenis van het Zoniënwoud, de priorij en de vele adel die van het woud zijn jachtdomein maakte. Je doet er ook kennis op over de fauna en flora in het bos. Achter het bosmuseum is een wandelpad naar een arboretum met enkele prachtige sequoia’s in de collectie. Het bosmuseum bevindt zich vlakbij het station van Groenendaal.

Duboislaan 2, Groenendaal (Hoeilaart). www.hoeilaart.be/bosmuseum