Jens Dendoncker laat in zijn autobiografie (met een twist) diep in zijn ziel kijken: “Ik besef dat ik vrij ver ga in het delen van persoonlijke informatie en gevoeligheden, maar ik had die keuze al lang geleden gemaakt.” (foto Anneke D’Hollander)

Stand-upcomedian Jens Dendoncker brengt boek uit over zijn leven: “Ik besef dat ik vrij ver ga in het delen van info”

Jens Dendoncker is stand-upcomedian en presentator. Maar ook epilepsiepatiënt, mislukt kunstschilder, angstlijder, verbeten romanticus, ex-psychiatrisch patiënt, Joy Division-fan en postzegelverzamelaar. In zijn kersverse boek ‘Ik mag er niet aan denken’ toont hij enkele stukken uit het museum van zijn leven.

Wat zegt je sterrenbeeld nu eigenlijk echt over je? Wat is de beste manier om aan pensioensparen te doen? Wat zijn de absolute hotspots in Marbella? Allemaal vragen waarop je in Ik mag er niet aan denken het antwoord niet zal vinden. Want dit boek gaat volledig over Jens Dendoncker zelf. Verwacht krachtige passages en aangrijpende verhalen, doorspekt met hilarische anekdotes uit zijn leven. De comedian spreekt openhartig over het leven met epilepsie, depressie en zelfs over zijn opname in de psychiatrie, maar gaat ook dieper in op de positieve momenten. Over het opgroeien in West-Vlaanderen, over vrienden en familie. Van zijn eerste stappen op televisie tot het winnen van een Emmy en het hosten van het meest populaire tv-programma van ons land. En misschien wel het belangrijkste: zijn evolutie binnen de wereld van comedy.

Voordat ik je een compliment geef over je schrijfstijl: waarom wilde je zo graag een boek over je eigen leven?

“Om eerlijk te zijn was het mij minder te doen om het verhaal dan om de stijl. Dat klinkt misschien vreemd. Maar het was altijd een latente wens van me om een boek te schrijven. Ik lees zelf namelijk heel graag en heel veel. Als er straks kritiek komt op de inhoud, zal ik dat dan ook minder erg vinden dan kritiek op mijn schrijfstijl. Toch heb ik natuurlijk ook wel iets te vertellen. Dit boek is een autobiografie met een twist, waarin ik schrijf over mijn epilepsie bijvoorbeeld, over mijn jeugd, mijn mentale problemen en mijn carrière.”

Dan volgt nu dat compliment: mooi geschreven! En heel persoonlijk, wat voor een autobiografie natuurlijk nooit slecht is. Heb je ooit getwijfeld om zoveel te delen?

“Ik besef dat ik vrij ver ga in het delen van persoonlijke informatie en gevoeligheden, maar ik had die keuze al lang geleden gemaakt. Toen ik een paar jaar geleden door een depressie ging, besloot ik om er zelf over te communiceren. Omdat ik de hete adem van bepaalde journalisten in mijn nek voelde, die destijds de ziekenhuizen aan het opbellen waren om informatie in te winnen. Het was dus een beetje onder druk, maar spijt heb ik nooit gehad. Ik kreeg veel reactie van mensen die echt iets hadden aan mijn openheid en eerlijkheid. In die zin vond ik het nu prima om nog een stap verder te gaan. Ik troost me bovendien met het idee dat de paar mensen die dit boek zullen kopen wel wat affiniteit hebben met epilepsie of depressie. Of in ieder geval de context kennen waarin ik dit geschreven heb.”

Als er straks kritiek komt op de inhoud, zal ik dat minder erg vinden dan kritiek op mijn schrijfstijl”

Je hebt hier anderhalf jaar aan gewerkt. Ook wel van genoten?

“Ik heb heel wat frustrerende uren achter de computer doorgebracht (lacht), maar soms had ik momenten van helderheid en kon ik de ene scène naadloos laten overlopen in de andere. Dat was dan wel leuk. Maar nogmaals: schrijven is ook heel frustrerend. Ik wilde dit absoluut zelf doen, zonder hulp. En heb dan snel gemerkt dat schrijven een ambacht is dat bloed, zweet en tranen vergt om onder de knie te krijgen. Als ik me er nog eens aan waag, wil ik wel dat mijn agenda voor de rest leeg is. Dat ik alleen maar aan schrijven moet denken. Maar dan zou ik het podium te veel missen.”

Over dat podium gesproken: je zit volop in de try-outs van je nieuwe show ‘Het zou grappig zijn als het niet zo triestig was’.

“Klopt. Half januari ga ik daarmee in première in Heestert, het West-Vlaamse dorp waar het voor mij allemaal begon. Die try-outs gaan traditiegetrouw met ups en downs, maar er ligt nu een stevig fundament. Het fijne aan comedy is dat je zo snel feedback krijgt. Ik schrijf een stuk, probeer het vaak dezelfde avond nog voor een publiek en heb een dag later versie 2 al klaar – of versie 1 in de vuilbak gesmeten. Als je een boek schrijft, krijg je nooit reactie, op die van een redacteur en een vriend na. Ik ben met andere woorden wel heel benieuwd hoe het boek onthaald wordt.”

‘Ik mag er niet aan denken’ ligt sinds gisteren in de boekhandel.

‘Het zou grappig zijn als het niet zo triestig was’: tickets via jensdendoncker.be.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier